EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Immigratie, integratie en werkgelegenheid

De Commissie heeft in aansluiting op de Europese Raad te Tampere en in het kader van de follow-up van de strategie van Lissabon in deze mededeling voorstellen geformuleerd voor de invoering van slagvaardig beleid inzake de integratie van onderdanen van derde landen. Hierna worden het huidige wettelijke kader voor de integratie, benaderingen op Europees niveau en toekomstige beleidslijnen en -prioriteiten toegelicht.

BESLUIT

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's over immigratie *, integratie * en werkgelegenheid [COM(2003) 336 def. - Niet in het Publicatieblad verschenen].

SAMENVATTING

1. Met deze mededeling heeft de Commissie voldaan aan de taak die haar door de Raad van Tampere is opgedragen om gedetailleerde voorstellen te formuleren voor de uitvoering van een gemeenschappelijk Europees beleid inzake asiel en migratie. Tot nu toe zijn er op drie (partnerschap met landen van herkomst, een gemeenschappelijk Europees asielbeleid, beheer van migratiestromen) van de vier in Tampere afgebakende terreinen concrete voorstellen gedaan.

Het laatste terrein - de aspecten in verband met de integratie - wordt in deze mededeling behandeld. Zoals aangekondigd in het verslag van het voorjaar van 2003, wordt hierin ook nader ingegaan op de rol die immigratie bij het welslagen van de doelstellingen van Lissabon dient te spelen.

Tampere en het wettelijke kader op EU-niveau

2. Naar aanleiding van het nadrukkelijke verzoek van de Europese Raad in Tampere om een krachtiger integratiebeleid heeft de Europese Unie een heel scala van instrumenten in het leven geroepen om de integratie op de volgende terreinen te bevorderen:

EU-maatregelen ter ondersteuning van de integratie, werkgelegenheid en sociale samenhang

3. Op basis van het mandaat van Lissabon heeft de EU open coördinatiemethodes ontwikkeld op het terrein van de werkgelegenheid en de sociale integratie. De Europese werkgelegenheidsstrategie, de nationale actieplannen ter bestrijding van armoede en sociale uitsluiting en de intensievere uitwisseling van informatie en goede praktijkbenaderingen passen in deze aanpak.

4. Een aantal financiële instrumenten en andere initiatieven van de EU leveren een directe of indirecte bijdrage aan de integratie van immigranten, zoals de structuurfondsen, met name het Europees Sociaal Fonds en enige innovatieve activiteiten (EQUAL en URBAN). Ten slotte heeft de Raad met het oog op de totstandkoming van een gemeenschappelijk Europees asielbeleid een Europees Vluchtelingenfonds opgericht dat de bevordering van de sociale en economische integratie van vluchtelingen beoogt.

Nationale benaderingen van integratie

5. De meeste lidstaten hebben de afgelopen jaren hard gewerkt aan de ontwikkeling van een nationaal integratiebeleid. Tal van lidstaten zijn echter van oordeel dat het tot dusverre door hen gevoerde beleid niet voldoende effect heeft gesorteerd en dat obstakels zoals werkloosheid, geringe formele vaardigheden of een laag onderwijsniveau integratie nog steeds in de weg staan.

Dit heeft ertoe geleid dat steeds meer wordt onderkend dat er op EU-niveau collectief moet worden opgetreden.

De economische en demografische uitdaging: de nieuwe dimensie

6. In een algemene economische en sociale situatie die wordt gekenmerkt door een tekort aan bepaalde vaardigheden, door de concurrentie om hoogopgeleiden aan te trekken en door een steeds snellere vergrijzing moet de relatie tussen immigratie en werkgelegenheid enerzijds en immigratie en de toekomstige behoeften van de arbeidsmarkt anderzijds duidelijk in kaart worden gebracht.

De structuur van de immigratiestromen in de EU

7. De EU-lidstaten kennen een lange traditie van immigratie, die over het algemeen een positieve bijdrage heeft geleverd aan de economische groei en het aanpassingsvermogen van de arbeidsmarkt. In de EU woonachtige onderdanen van derde landen vertegenwoordigden in 2000 ongeveer 4% van de totale Europese bevolking.

8. Het afgelopen decennium was er sprake van een toenemende instroom van steeds meer uiteenlopende soorten migranten, van veranderingen in de structuur van de migratiestromen en in de mix van migratie- en gastlanden.

Bovendien is met de toetreding van de tien nieuwe lidstaten tot de EU in 2004 wat voorheen immigratie was gedeeltelijk interne mobiliteit geworden.

De economische rol van de immigratie en het effect ervan op de werkgelegenheid

9. Talrijke studies van onder meer de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) hebben aangetoond dat immigratie om twee redenen een onmiskenbaar positief effect op de werkgelegenheid en de groei heeft: door immigratie neemt het arbeidsaanbod en de vraag naar producten toe.

10. Wat betreft arbeidskansen is er weinig dat er op wijst dat immigratie tot een hogere werkloosheid heeft geleid. Bovendien nemen migranten doorgaans niet de banen van de werknemers van de lidstaten over.

Ten slotte lijkt het effect van de immigratie op de overheidsfinanciën van het gastland tot dusverre gering te zijn.

Perspectieven voor de werkgelegenheid en de mogelijkheden van immigratie

11. Gezien de schaarste aan arbeidskrachten en de steeds gebrekkiger aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt en om de illegale immigratie niet in de hand te werken, beseffen de regeringen dat het immigranten - en met name immigranten met kwalificaties die in staat zijn zich aan te passen - eenvoudiger gemaakt moet worden om deel te nemen aan het arbeidsproces.

Toch is het nog steeds problematisch beleid op te stellen waardoor vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd. Bovendien mag het beroep op immigranten niet ten nadele van de ontwikkelingslanden verlopen, in het bijzonder door een braindrain, en niet leiden tot segregatie op de arbeidsmarkt en een blijvende afhankelijkheid van migratie voor bepaalde soorten werk.

Is immigratie een oplossing voor demografische veranderingen?

12. Aanhoudende migratiestromen kunnen in de komende decennia de behoeften van de Europese arbeidsmarkten helpen opvangen, maar een beroep op immigratie om het effect van de vergrijzing op de arbeidsmarkt volledig te compenseren is geen realistische oplossing.

De immigrantenbevolking is zelf immers ook onderhevig aan vergrijzing waardoor een identieke situatie zal ontstaan als die we vandaag meemaken. Bovendien zou vanuit het perspectief van de sociale samenhang een massieve toename van de immigratie ook de integratieproblematiek aanzienlijk compliceren.

Daarom is het belangrijk middelen te vinden om de migratiedruk te beheersen door een passend opname- en vestigingsbeleid.

De uitdaging van de integratie: een totale aanpak

13. De Commissie heeft in haar mededelingen van 2000 en 2001 over het communautaire immigratiebeleid gewezen op de noodzaak van een totale aanpak waarbij niet alleen rekening wordt gehouden met de economische en sociale aspecten van de integratie, maar ook met kwesties die verband houden met culturele en religieuze verscheidenheid, burgerschap, participatie en politieke rechten.

Integratie op de arbeidsmarkt

14. Om in elke lidstaat tegen 2010 de discrepantie van de werkloosheidscijfers tussen EU-burgers en derdelanders met de helft terug te brengen is het nodig:

  • voort te bouwen op hun eerder buiten de EU verworven ervaringen en kwalificaties.
  • een einde te maken aan discriminatie op het werk en racistisch gedrag.
  • de werkgevers bewust te maken van deze diversiteit en de daaraan verbonden voordelen (zoals talenkennis, groot aantal competenties enz.).

Onderwijs en talenkennis

15. Immigranten staan voor grote problemen waar het gaat om de erkenning van hun academische diploma's en kwalificaties. Bovendien is het probleem van de beheersing van de taal van het gastland nog vaak de voornaamste hinderpaal voor een succesvolle integratie.

Huisvesting

16. Het gebrek aan goede, betaalbare woonruimte in etnisch gemengde gebieden is een probleem waarmee vele migranten en vluchtelingen te maken krijgen. Veelomvattende planningsstrategieën voor steden en regio's waarbij rekening wordt gehouden met bijvoorbeeld huisvesting, vervoer, gezondheidszorg en schoolfaciliteiten, en die inspelen op de behoeften van de lokale arbeidsmarkt, kunnen ertoe bijdragen dat aan de etnische en sociale segregatie in steden en de consequenties ervan het hoofd kan worden geboden.

Gezondheidszorg en sociale diensten

17. De immigrantenpopulaties kunnen met specifieke gezondheidsproblemen te maken krijgen (slechte levensomstandigheden, problemen als gevolg van de onzekere en onveilige situatie waarin zij zich bevinden), maar zij ondervinden vaak moeilijkheden bij het krijgen van toegang tot medische en sociale dienstverlening van goede kwaliteit. Een toenemende participatie van personen met diverse etnische achtergronden aan deze diensten zou moeten helpen om discriminatie te voorkomen en ervoor zorgen dat de dienstverlening rekening houdt met culturele barrières.

Sociaal en cultureel milieu

18. De actieve betrokkenheid en deelname van immigranten aan het maatschappelijk leven en met name aan het verenigingsleven, is een belangrijke stap in het integratieproces.

Het stimuleren van een algemeen positieve instelling van het grote publiek tegenover immigranten vereist een krachtige politieke inzet om rancuneuze gevoelens en de opkomst van racisme tegen te gaan. In dit verband hebben politici en de media een grote verantwoordelijkheid als opiniemakers.

Nationaliteit en burgerschap

19. De Commissie onderstreept dat het voor een geslaagde integratie van belang is om het staatsburger- en burgerschap te verkrijgen. De Europese Raad in Tampere onderschreef in zijn conclusies de doelstelling om onderdanen van een derde land na een langdurig legaal verblijf in de Europese Unie de kans te geven de nationaliteit te verwerven van de lidstaat waarin zij wonen.

Het concept burgerschap garandeert immigranten, zelfs als zij niet zijn genaturaliseerd, bepaalde grondrechten en verplichtingen. Het betreft hier het recht op vrij verkeer, het recht op arbeid en het lokale stemrecht.

De voornaamste actoren bij een alomvattend integratiebeleid

20. Het succes van een alomvattende aanpak van de immigratieproblematiek hangt in eerste instantie van de regeringen af, maar deze moeten op hun beurt weer kunnen rekenen op de medewerking van de sociale partners, wetenschappelijke onderzoekers, openbare dienstverleners, ngo's en andere maatschappelijke groeperingen, met inbegrip van de immigranten zelf.

Specifieke behoeften van bepaalde groepen immigranten

21. Sommige immigranten hebben specifieke verlangens en prioriteiten waarmee in de algemene integratiestrategieën rekening moet worden gehouden. Hierbij kan gedacht worden aan vluchtelingen en personen die internationale bescherming genieten, vrouwen en jonge migranten van de tweede en derde generatie.

Aanpak van het probleem van de illegale migranten 22. Onderdanen uit derde landen die illegaal in de EU verblijven vormen een belangrijk obstakel voor het integratieproces. In de context van het gemeenschappelijk immigratiebeleid bestaat de enige coherente aanpak van het probleem van illegale ingezetenen erin ervoor te zorgen dat zij naar hun land van herkomst terugkeren.

De te volgen weg: beleidslijnen en -prioriteiten

23. De Europese Unie moet zich intensiever inspannen om meer samenhang te brengen in het Europees kader voor immigratie en om ervoor te zorgen dat de immigratie zo effectief mogelijk bijdraagt aan de nieuwe demografische en economische uitdagingen waarmee de EU nu wordt geconfronteerd.

Consolidatie van het wettelijk kader

24. De Commissie dringt erop aan dat het proces voor de nog niet afgehandelde initiatieven wordt versneld. Hierbij gaat het met name om:

De Commissie wijst er met klem op dat de lidstaten er voor moeten zorgen dat de in 2000 goedgekeurde richtlijnen (gelijke behandeling in arbeid en beroep en gelijke behandeling ongeacht ras of etnische afstamming (es de en fr)) zo snel mogelijk in het nationaal recht worden omgezet.

Versterking van de coördinatie van het integratiebeleid

25. In haar mededeling van november 2000 over het communautaire immigratiebeleid heeft de Commissie aangekondigd dat zij een jaarverslag over de uitvoering van het gemeenschappelijke immigratiebeleid zal opstellen.

Voorts heeft de Commissie in haar mededeling van juli 2001 over een open coördinatiemethode voor het communautaire immigratiebeleid drie voor samenwerking in aanmerking komende prioriteiten aangegeven:

  • introductieprogramma's voor pas aangekomen immigranten;
  • taalcursussen;
  • deelname van immigranten aan het maatschappelijke, culturele en politieke leven.

Burgerschap en nationaliteit

26. Door de toekenning van bepaalde fundamentele rechten en plichten aan migranten worden zij geholpen bij hun inburgering in de samenleving. Deze maatschappelijke verantwoordelijkheid zou hen kunnen voorbereiden op de verwerving van het staatsburgerschap en op de lange termijn de mogelijkheid bieden om deel te nemen aan het politieke leven.

De Europese werkgelegenheidsstrategie (EWS)

27. In de context van de EWS vindt de Commissie dat de volgende aspecten meer aandacht verdienen:

  • duurzame integratie van onderdanen uit derde landen op de arbeidsmarkt.
  • de bestrijding van zwart werk (es de en fr) en het terugdringen van de grijze economie;
  • het op de voet volgen van de behoeften van de arbeidsmarkt van de Europese Unie en de rol van immigratie bij het opvullen van het huidige en toekomstige tekort aan arbeidskrachten;
  • bijdrage aan de grotere arbeidsmobiliteit van de onderdanen uit derde landen in de EU door verdere ontwikkeling van het EURES -netwerk.

Het sociale integratieproces

28. De Commissie wijst er met het oog op de juiste uitvoering van de nationale actieplannen voor sociale integratie op dat:

  • de lidstaten is verzocht verslag uit te brengen over hun maatregelen en beleidsinitiatieven;
  • er studies, statistische werkzaamheden en een groot aantal transnationale projecten ten behoeve van de integratie van immigranten worden uitgevoerd in het kader van het communautair actieprogramma ter bestrijding van sociale uitsluiting (2001-2006).

Economische en sociale samenhang

29. De Commissie vindt het belangrijk dat voortgebouwd wordt op de bestaande ervaringen, met name van het Europees Sociaal Fonds en het EQUAL-initiatief, om gerichter aandacht te kunnen schenken aan de problematiek van de immigratie op het terrein van de werkgelegenheid en de sociale integratie.

Bestrijding van discriminatie

30. Het is belangrijk dat de lidstaten worden gesteund bij de tenuitvoerlegging van de twee belangrijkste antidiscriminatierichtlijnen (gelijke behandeling in arbeid en beroep en gelijke behandeling ongeacht ras of etnische afstamming), maar ook dat de bestrijding van de discriminatie wordt geïntensiveerd door:

  • het geven van meer bekendheid aan de communautaire en nationale wetgeving die discriminatie verbiedt;
  • het betrekken van de bedrijven bij niet-discriminerend beleid, met name in het kader van de maatschappelijke verantwoordelijkheid van bedrijven (es de en fr);
  • nauwlettender monitoren van migranten en etnische minderheden in verband met werkgelegenheid, huisvesting, onderwijs en raciaal geweld;
  • uitwisseling van ervaringen in het kader van het communautair actieprogramma voor de bestrijding van discriminatie (2001-2006).

Samenwerking op het gebied van onderwijs

31. Het is de bedoeling om ten behoeve van de toepassing van de open coördinatiemethode op onderwijsterrein gebruik te maken van benchmarks voor de vaststelling van concrete doelstellingen om te voldoen aan de strategie van Lissabon. Van de vijf geselecteerde benchmarks zijn er drie bijzonder relevant in de context van het integratiebeleid: leesvaardigheid, het aandeel van de bevolking dat het hoger middelbaar onderwijs heeft afgemaakt en het percentage vroegtijdige schoolverlaters.

Nauwere dialoog met derde landen

32. Een betere dialoog met derde landen draagt ertoe bij de migratiestromen in goede banen te leiden en is een belangrijke factor bij de bestrijding van de illegale immigratie. In het kader van deze dialoog wil de Commissie dat:

  • vooruitgang wordt geboekt op het gebied van de wederzijdse erkenning van de door onderdanen uit derde landen verworven beroepskwalificaties;
  • de EU gebruik maakt van de mogelijkheden die worden geboden door de algemene overeenkomst van de Wereldhandelorganisatie (WTO) betreffende de handel in diensten om te onderhandelen over afspraken om tijdelijke werknemers voor het verlenen van diensten toe te laten.

Versterking van de financiële steun van de EU voor integratie

33. Het Europese Vluchtelingenfonds zal financiële steun blijven verlenen voor de ontwikkeling van integratieprogramma's en beleidsmaatregelen voor vluchtelingen en personen die internationale bescherming genieten.

De Commissie heeft in 2003 ook het initiatief genomen tot een aantal proefprojecten voor de integratie van migranten.

Verbetering van de informatie over het verschijnsel migratie

34. De immigratie- en asielkwesties zijn nu volledig geïntegreerd in de prioriteiten van het Zesde kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling en in het actieplan " Financiering van onderzoek ". Verder heeft de Commissie onlangs een actieplan voor de verzameling en analyse van communautaire statistieken over migratie goedgekeurd en heeft zij eind 2002 de eerste aanzet gegeven tot voorbereidende werkzaamheden voor de oprichting van een Europees Migratienetwerk (EMN).

Belangrijkste begrippen

  • Integratie: tweerichtingsproces dat gebaseerd is op wederzijdse rechten en daarmee overeenkomende verplichtingen van enerzijds legaal verblijvende burgers uit een derde land en anderzijds de samenleving van het gastland. Integratie impliceert dat hoe langer een burger van een derde land legaal in een lidstaat verblijft, hoe meer rechten en plichten hij verwerft.
  • De verschillende categorieën migranten: migrerende werknemers, hun gezinsleden die in het kader van de gezinshereniging zijn toegelaten, vluchtelingen en mensen die internationale of aanvullende of tijdelijke bescherming genieten.

GERELATEERDE BESLUITEN

Conclusies van de Raad van 12 en 13 juni 2007 over de versterking van het integratiebeleid in de Europese Unie [Niet in het Publicatieblad verschenen]. De Raad wijst op het belang van een algemene, coherente aanpak van het integratiebeleid in de lidstaten. Hij stelt voor na te gaan of er gemeenschappelijke Europese modellen kunnen worden ontwikkeld en oppert dat gemeenschappelijke indicatoren zouden kunnen worden vastgesteld voor de evaluatie van het nationale beleid. Ten slotte dienen volgens de Raad de nationale contactpunten een grotere rol te spelen bij de integratie.

Laatste wijziging: 16.07.2007

Top