EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document E2000J0006

EVA-Hof - Advies van het Hof van 14 juni 2001 in zaak E-6/00 (verzoek om een advies ingediend door de administratieve rechtbank van het Vorstendom Liechtenstein): Dr. Jürgen Tschannett (Recht van vestiging — Eén praktijkregel — Rechtvaardiging om dwingende redenen van algemeen belang) (Overeenkomstig artikel 27, lid 5, van het Reglement voor de procesvoering zijn slechts de teksten in de Engelse en de Duitse taal authentiek)

PB C 237 van 23.8.2001, p. 4–4 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

E2000J0006

EVA-Hof - Advies van het Hof van 14 juni 2001 in zaak E-6/00 (verzoek om een advies ingediend door de administratieve rechtbank van het Vorstendom Liechtenstein): Dr. Jürgen Tschannett (Recht van vestiging — Eén praktijkregel — Rechtvaardiging om dwingende redenen van algemeen belang) (Overeenkomstig artikel 27, lid 5, van het Reglement voor de procesvoering zijn slechts de teksten in de Engelse en de Duitse taal authentiek)

Publicatieblad Nr. C 237 van 23/08/2001 blz. 0004 - 0004


Advies van het Hof

van 14 juni 2001

in zaak E-6/00 (verzoek om een advies ingediend door de administratieve rechtbank van het Vorstendom Liechtenstein): Dr. Jürgen Tschannett

Recht van vestiging - Eén praktijkregel - Rechtvaardiging om dwingende redenen van algemeen belang

(Overeenkomstig artikel 27, lid 5, van het Reglement voor de procesvoering zijn slechts de teksten in de Engelse en de Duitse taal authentiek)

(2001/C 237/05)

In zaak E-6/00, verzoek aan het Hof overeenkomstig artikel 34 van de Overeenkomst tussen de EVA-staten inzake de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie, ingediend door Verwaltungsbeschwerdeinstanz des Fürstentums Liechtenstein (administratieve rechtbank van het Vorstendom Liechtenstein), om een advies in het voor dit gerecht aanhangige geding betreffende Dr. Jürgen Tschannett over de uitlegging van artikel 31 van de EER-overeenkomst, heeft het Hof, samengesteld als volgt: Thór Vilhjálmsson, president, Carl Baudenbacher en Per Tresselt (rechterrapporteur), rechters, en Gunnar Selvik, griffier, op 14 juni 2001 een advies gewezen waarvan het dictum als volgt luidt:

Een nationale bepaling van een overeenkomstsluitende partij bij de EER-overeenkost op grond waarvan een arts niet meer dan één praktijk mag voeren, ongeacht de locatie, is onverenigbaar met artikel 31 van de EER-overeenkomst.

Top