This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document C2007/283/09
Case C-321/07: Reference for a preliminary ruling from the Landgericht Mannheim (Germany) lodged on 12 July 2007 — Criminal proceedings against Karl Schwarz
Zaak C-321/07: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landgericht Mannheim (Duitsland) op 12 juli 2007 — Strafzaak tegen Karl Schwarz
Zaak C-321/07: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landgericht Mannheim (Duitsland) op 12 juli 2007 — Strafzaak tegen Karl Schwarz
PB C 283 van 24.11.2007, p. 6–6
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
24.11.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 283/6 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landgericht Mannheim (Duitsland) op 12 juli 2007 — Strafzaak tegen Karl Schwarz
(Zaak C-321/07)
(2007/C 283/09)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Landgericht Mannheim
Partijen in het hoofdgeding
Karl Schwarz
Prejudiciële vragen
1) |
Is het — in strijd met artikel 7, lid 5, van richtlijn 91/439/EEG (1) — naar gemeenschapsrecht mogelijk dat een burger van de EU houder is van een geldig binnenlands rijbewijs en van een tweede rijbewijs uit een andere lidstaat, die beide zijn verkregen vóór de toetreding tot de EU van laatstbedoelde staat en, zo ja, |
2) |
heeft de intrekking wegens dronkenschap — die plaatsvond vóór de inwerkingtreding van de rijbewijswet — van het recentere, binnenlandse, rijbewijs tot gevolg dat ook de geldigheid van het eerste, buitenlandse, rijbewijs na de toetreding van die staat in de eerstbedoelde staat niet langer moet worden erkend, zelfs indien in de eerstbedoelde staat de binnenlandse verbodstermijn inmiddels is afgelopen? |
(1) Richtlijn van de Raad van 29 juli 1991 betreffende het rijbewijs (PB L 237, blz. 1).