EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/082/108

Zaak T-55/07: Beroep ingesteld op 23 februari 2007 — Nederland/Commissie

PB C 82 van 14.4.2007, p. 52–53 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

14.4.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 82/52


Beroep ingesteld op 23 februari 2007 — Nederland/Commissie

(Zaak T-55/07)

(2007/C 82/108)

Procestaal: Nederlands

Partijen

Verzoekende partij: Koninkrijk der Nederlanden (vertegenwoordigd door: H.G. Sevenster en D.J.M. de Grave, gemachtigden)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies van verzoekende partij

Gedeeltelijke vernietiging van de Beschikking van de Commissie van 14 december 2006 houdende onttrekking aan communautaire financiering van bepaalde uitgaven die de lidstaten voor het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, hebben verricht, voor zover de Beschikking betrekking heeft op Nederland en meer in het bijzonder met betrekking tot de financiële correctie die is toegepast ter zake van betaling die gevraagd is voor niet-subsidiabele uitgaven in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie, voor het jaar 2002 ter grootte van 5,67 miljoen euro; en

Veroordeling van de Commissie in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van zijn verzoekschrift roept Nederland ten eerste een schending in van artikel 4 van Verordening 2603/1999 (1), doordat er een onjuiste uitleg en toepassing werd gegeven van het begrip „meerjarige uitgaven ”in de zin van dit artikel.

Ten tweede roept verzoeker een schending in van artikel 44, lid 2, van Verordening 1257/1999 (2) en tevens van het vertrouwensbeginsel door het opleggen van een financiële correctie ter grootte van het volledige betrokken bedrag, als gevolg van de door de Nederlandse autoriteiten gevolgde procedure, terwijl de Commissie eerder haar goedkeuring heeft gegeven aan de declaratie onder de afdeling „Garantie ”ingevolge de procedure in het kader van de goedkeuring van het Nederlandse Programmeringsdocument voor plattelandsontwikkeling 2000-2006.

Subsidiar roept verzoeker een schending in van artikel 7, lid 4, van Verordening 1258/1999 (3) en van artikel 5, lid 2, sub c, van Verordening 729/90 (4), doordat er een onjuiste toepassing van deze artikelen plaatsvond in de bestreden beschikking, aangezien er voor de Gemeenschap geen financiële schade is ontstaan als gevolg van de door de Nederlandse autoriteiten gevolgde procedure.

Meer subsidiair roept verzoeker een schending in van het evenredigheidsbeginsel, doordat een correctie werd opgelegd ter grootte van het volledige betrokken bedrag, terwijl deze gelden van het EOGFL, zoals onbestreden vaststaat, door de Nederlandse autoriteiten correct zijn besteed in die zin dat er voor de Gemeenschap geen financiële schade is ontstaan als gevolg van de door de Nederlandse autoriteiten gevolgde procedure.

Tenslotte roept verzoeker een schending in van het motiveringsbeginsel, doordat er zonder enige motivering en in afwijking van de vaststellingen van het bemiddelingsorgaan een correctie werd opgelegd ter grootte van het volledige betrokken bedrag, terwijl deze gelden van het EOGFL, zoals onbestreden vaststaat, door de Nederlandse autoriteiten correct zijn besteed in die zin dat er voor de Gemeenschap geen financiële schade is ontstaan als gevolg van de door de Nederlandse autoriteiten gevolgde procedure.


(1)  Verordening (EG) nr. 2603/1999 van de Commissie van 9 december 1999 tot vaststelling van overgangsbepalingen inzake de in Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad voorziene steun voor plattelandsontwikkeling (PB L 316, blz. 26).

(2)  Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en instelling van een aantal verordeningen (PB L 160, blz. 80).

(3)  Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160, blz. 103).

(4)  Verordening (EEG) nr. 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 94, blz. 13).


Top