This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document C2004/118/23
Judgment of the Court (Fifth Chamber) of 29 April 2004 in Case C-359/01 P: British Sugar plc v Tate & Lyle plc, Napier Brown & Co. Ltd and Commission of the European Communities (Appeal — Competition — Sugar market — Article 85(1) of the EC Treaty (now Article 81(1) EC) — Agreement — Effect on trade between Member States — Fine — Proportionality)
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 29 april 2004 in zaak C-359/01 P, British Sugar plc tegen Tate & Lyle plc, Napier Brown & Co. Ltd, Commissie van de Europese Gemeenschappen (Hogere voorziening — Mededinging — Suikermarkt — Artikel 85, lid 1, EG-Verdrag (thans artikel 81, lid 1, EG) — Mededingingsregeling — Invloed op handel tussen lidstaten — Geldboete — Evenredigheid)
Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 29 april 2004 in zaak C-359/01 P, British Sugar plc tegen Tate & Lyle plc, Napier Brown & Co. Ltd, Commissie van de Europese Gemeenschappen (Hogere voorziening — Mededinging — Suikermarkt — Artikel 85, lid 1, EG-Verdrag (thans artikel 81, lid 1, EG) — Mededingingsregeling — Invloed op handel tussen lidstaten — Geldboete — Evenredigheid)
PB C 118 van 30.4.2004, p. 13–13
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
30.4.2004 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 118/13 |
ARREST VAN HET HOF
(Vijfde kamer)
van 29 april 2004
in zaak C-359/01 P, British Sugar plc tegen Tate & Lyle plc, Napier Brown & Co. Ltd, Commissie van de Europese Gemeenschappen (1)
(Hogere voorziening - Mededinging - Suikermarkt - Artikel 85, lid 1, EG-Verdrag (thans artikel 81, lid 1, EG) - Mededingingsregeling - Invloed op handel tussen lidstaten - Geldboete - Evenredigheid)
(2004/C 118/23)
Procestaal: Engels
In zaak C-359/01 P, British Sugar plc, gevestigd te Peterborough (Verenigd Koninkrijk), (gemachtigen: T. Sharpe, QC, en D. Jowell, barrister, en A. Nourry, solicitor), betreffende hogere voorziening tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen (Vierde kamer) van 12 juli 2001, Tate & Lyle e.a./Commissie (T-202/98, T-204/98 en T-207/98, Jurispr. blz. II-2035), strekkende tot vernietiging van dat arrest, andere partijen bij de procedure: Tate & Lyle plc, gevestigd te Londen (Verenigd Koninkrijk), Napier Brown & Co. Ltd, gevestigd te Londen (Verenigd Koninkrijk), verzoeksters in eerste aanleg, Commissie van de Europese Gemeenschappen, (gemachtigde: K. Wiedner, bijgestaan door N. Khan, barrister), heeft het Hof van Justitie (Vijfde kamer), samengesteld als volgt: P. Jann, waarnemend voor de president van de Vijfde kamer, C. W. A. Timmermans en S. von Bahr (rapporteur), rechters, advocaat-generaal: C. Stix-Hackl; griffier: L. Hewlett, hoofdadministrateur, op 29 april 2004 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:
1. |
Wijst de hogere voorziening af. |
2. |
Verwijst British Sugar plc in de kosten. |