Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92003E001459

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1459/03 van Herman Schmid (GUE/NGL) aan de Commissie. Werkgelegenheid en economische gevolgen van overnames.

PB C 280E van 21.11.2003, p. 148–149 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

92003E1459

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1459/03 van Herman Schmid (GUE/NGL) aan de Commissie. Werkgelegenheid en economische gevolgen van overnames.

Publicatieblad Nr. 280 E van 21/11/2003 blz. 0148 - 0149


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1459/03

van Herman Schmid (GUE/NGL) aan de Commissie

(29 april 2003)

Betreft: Werkgelegenheid en economische gevolgen van overnames

Het Directoraat-generaal Studies van het Europees Parlement heeft een studie uitgebracht over werkgelegenheid en economische gevolgen van bedrijfsherstructureringen en overnames (Afdeling sociale en juridische zaken, IV/WIP/2003/01/008). In deze studie wordt een overzicht gegeven van empirische studies op dit terrein en worden enkele algemene conclusies getrokken.

Studies in het Verenigd Koninkrijk, waar de meeste fusies en overnames plaatsvinden, hebben uitgewezen dat overnames in het Verenigd Koninkrijk gepaard gaan met een aanzienlijke daling van de werkgelegenheid en van de productie. De werkgelegenheid in de nieuwe bedrijven die na een overname ontstaan, daalt met gemiddeld 11 % in de vijf jaren na de overname.

De studie van het Parlement verwijst naar het Wereldinvesteringsverslag van de UNCTAD over 1999, volgens hetwelk empirisch onderzoek een verbijsterend resultaat oplevert, nl. dat opmerkelijk veel fusies en overnames in termen van het creëren van welvaart mislukken (IV/WIP/2003/01/008, blz. 6). Een fusie blijkt meestal het volgende resultaat te hebben: winstgevendheid en productiviteit verbeteren niet, een fusie schijnt een vertragend effect te hebben op de groei van het marktaandeel, en waarschijnlijk een negatief effect te hebben op investeringen in onderzoek en ontwikkeling, enz. Het lijdt geen twijfel dat de werknemers als gevolg van wijzigingen in de structuur van de organisatie, werkgelegenheid, arbeidsvoorwaarden en ontslagen, zwaar getroffen zullen worden door een fusie.

Wat is het nut van overnames nu uit ervaring is gebleken en onomstotelijk is komen vast te staan dat zij geen welvaart creëren?

Hoe rechtvaardigt de Commissie het voorstel om bedrijven ertoe te verplichten de werknemers te informeren en te raadplegen, hoewel bij het definitieve besluit met hen geen rekening behoeft te worden gehouden, in de wetenschap dat veel fusies tot een groot banenverlies leiden en de winstgevendheid niet verbetert of minder verbetert dan het geval zou zijn geweest indien er geen fusie had plaatsgevonden?

Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

(23 juni 2003)

Herstructureringen, fusies en overnames leiden in sommige gevallen weliswaar niet tot de verwachte resultaten in de zin van grotere winstgevendheid, een betere concurrentiepositie en een hogere productiviteit van de betreffende bedrijven maar het is omstreden of dat altijd het geval is(1). Inderdaad is in sommige studies beweerd dat fusies en overnames in verlaging van de productiekosten, verhoging van de productie, verbetering van de kwaliteit van het product, verwerving van nieuwe technologieën of volledig nieuwe producten kunnen resulteren. Andere studies hebben daarentegen uitgewezen dat een fusie vaak prblemen en moeilijkheden oplevert. Dit verklaart waarom en groot aantal fusies de verwachte waarde-creatie en synergieën niet waar maakt. Voorzichtigheidshalve moet dus niet klakkeloos worden beweerd dat fusies altijd mislukken. Fusies en overnames zijn in sommige gevallen de beste manier om bedrijven efficiënter te maken. De effecten hiervan op de economie worden over het algemeen neutraal, zo niet gunstig geacht. Artikel 10, lid 6, van de communautaire verordening op concentraties van ondernemingen bepaalt bijv. dat concentraties met een communautaire dimensie in het algemeen als rechtmatig worden beschouwd, tenzij binnen een maand anders wordt beschikt. In elk geval is het leiden van het bedrijf het recht van het management en mag de Gemeenschap zich daar niet in mengen.

Fusies en overnames leiden normaliter tot herstructureringen. Het vermogen van bedrijven om snel hun activiteiten te hergroeperen is een belangrijke voorwaarde voor de concurrentiepositie van de Europese economie en bij gevolg voor het scheppen van banen op de lange termijn. Inderdaad kan het merendeel van die operaties ook negatieve gevolgen voor de werkgelegenheid en de omgeving hebben, tenminste op de korte termijn. Daarom zijn begeleidende maatregelen bij herstructureringen van belang om te voorkomen dat de personen die hier waarschijnlijk door zullen worden getroffen, de dupe worden. De Commissie zou erop willen wijzen dat de Unie in de loop der jaren een totaalbeleid heeft ontwikkeld om de sociale gevolgen van herstructureringen van bedrijven, waaronder fusies en overnames, te ondervangen. Als gevolg van dat huidige beleid moet aan iedere herstructurering overeenkomstig de communautaire richtlijnen Collectief ontslag(2), Overgang van ondernemingen(3), Europese ondernemingsraden(4) en Informatie en raadpleging(5) doeltreffende voorlichting en raadpleging van de werknemersvertegenwoordigers voorafgaan.

In het algemeen pleit de Commissie ervoor om bedrijven altijd rekening te laten houden met de gevolgen van hun besluiten voor de werknemers, de omgeving en de regio. Hierop is onlangs nog gewezen in de mededeling van de Commissie over maatschappelijk verantwoord ondernemen: een bijdrage van het bedrijfsleven aan duurzame ontwikkeling(6).

Bovendien heeft de Commissie de Europese sociale partners verzocht om een dialoog aan te gaan over anticipatie op en aansturing van veranderingen om de sociale aspecten van herstructurering van bedrijven krachtig aan te pakken. De sociale partners zijn overeengekomen om dit punt in hun werkprogramma voor 2003-2004 op te nemen. De Commissie hoopt ten zeerste dat hun gezamenlijke arbeid op dit gebied tot een communautair kader zal leiden waarmee bedrijven en hun werknemers het sociale aspect van bedrijfsherstructureringen in goede banen kunnen leiden.

(1) Zie voor een algemeen overzicht van de evaluatie van fusies en overnames bijv. werkdocument nr. 243 van Paul A. Pautler, Bureau of Economics, Federal Trade Commission op internetsite://http://www.ftc.gov/be/econwork.htm; zie ook http://www.ftc.gov/be/rt/mergerroundtable.htm.

(2) Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag (deze richtlijn is een consolidatie van de richtlijnen 75/129/EEG en 92/56/EEG), PB L 225 van 12.8.1998.

(3) Richtlijn 2001/23/EG van de Raad van 12 maart 2001 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij overgang van ondernemingen, vestigingen of onderdelen van ondernemingen of vestigingen, PB L 82 van 22.30.2001.

(4) Richtlijn 94/45/EG van de Raad van 22 september 1994 inzake de instelling van een Europese ondernemingsraad of van een procedure in ondernemingen of concerns met een communautaire dimensie ter informatie en raadpleging van de werknemers, PB L 254 van 30.9.1994.

(5) Richtlijn 2002/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2002 tot vaststelling van een algemeen kader betreffende de informatie en de raadpleging van de werknemers in de Europese Gemeenschap, PB L 80 van 23.3.2002.

(6) COM(2002) 347 def.

Top