Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92000E002175

    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2175/00 van Jorge Hernández Mollar (PPE-DE) aan de Commissie. Europees sociaal statuut van de huisvrouw.

    PB C 72E van 6.3.2001, p. 184–184 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    92000E2175

    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2175/00 van Jorge Hernández Mollar (PPE-DE) aan de Commissie. Europees sociaal statuut van de huisvrouw.

    Publicatieblad Nr. 072 E van 06/03/2001 blz. 0184 - 0184


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2175/00

    van Jorge Hernández Mollar (PPE-DE) aan de Commissie

    (7 juli 2000)

    Betreft: Europees sociaal statuut van de huisvrouw

    De uiteenlopende bepalingen die de status van huisvrouw in de lidstaten regelen maken Europese afspraken omtrent de rol van de huisvrouw noodzakelijk, teneinde tegemoet te komen aan de legitieme aspiraties van deze belangrijke communautaire groep.

    In Frankrijk wordt de status van niet-werkende huisvrouw erkend, in Italië is voorzien in een overheidsstelsel van verzekering tegen huishoudelijke ongevallen, en in Spanje wordt de invoering overwogen van een preferentieel systeem van pensioensparen voor huisvrouwen. In een niet-communautair land zoals Zwitserland ontvangen huisvrouwen een pensioneringsvergoeding, en kunnen huisvrouwen die voor kinderen moeten zorgen rekenen op een toelage.

    Is de Commissie niet van oordeel dat, teneinde de diverse regelingen die momenteel in de lidstaten voor de huisvrouw gelden eenvormig te maken, een Europees sociaal statuut van de huisvrouw moet worden voorgesteld, waarin alle aspecten worden behandeld die dienen te worden geregeld om de sociale dimensie van de huisvrouw in de huidige economische context te consolideren?

    Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

    (13 september 2000)

    De vraag van de geachte afgevaardigde heeft betrekking op de huidige status van huisvrouwen in de lidstaten. De geachte afgevaardigde vraagt zich in dit verband af of het dienstig zou zijn een voorstel te doen voor een Europees sociaal statuut van de huisvrouw om de huidige, van lidstaat tot lidstaat sterk verschillende situatie te uniformiseren.

    Hoewel de Commissie oog heeft voor het belang van de taken die huisvrouwen ten behoeve van hun gezinnen en de samenleving in het algemeen verrichten, moet worden gepreciseerd dat de Gemeenschap op het vlak van het familierecht slechts over zeer beperkte bevoegdheden beschikt.

    Wat de status van huisvrouwen betreft, zij erop gewezen dat de Commissie in 1987 een voorstel voor een richtlijn(1) heeft gedaan om iets te doen aan de lacunes in de gelijke behandeling van mannen en vrouwen op het vlak van de sociale zekerheid. Als alternatief voor de afgeleide rechten voorziet het voorstel in de individualisering van de rechten op het vlak van de sociale zekerheid, waaronder voor huisvrouwen.

    Dit voorstel is uiteindelijk niet door de Raad goedgekeurd, ondanks positieve adviezen van het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité.

    In het kader van de nieuwe strategie van modernisering en verbetering van de sociale bescherming in Europa is de Commissie van plan dit vraagstuk verder te onderzoeken.

    (1) PB C 309 van 19.11.1987.

    Top