EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92000E001185

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1185/00 van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie. Inkomensbelasting voor alleenstaanden.

PB C 26E van 26.1.2001, p. 157–158 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

92000E1185

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1185/00 van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie. Inkomensbelasting voor alleenstaanden.

Publicatieblad Nr. 026 E van 26/01/2001 blz. 0157 - 0158


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1185/00

van Cristiana Muscardini (UEN) aan de Commissie

(12 april 2000)

Betreft: Inkomensbelasting voor alleenstaanden

Het belastingtarief voor alleenstaanden varieert tussen de EU-lidstaten onderling. Uit een recent onderzoek van de OESO blijkt dat in sommige staten meer dan 50 % inkomensbelasting

wordt geheven, terwijl dit in andere lidstaten minstens 10 % lager ligt. Acht de Commissie, gezien het lage geboortecijfer in verschillende EU-lidstaten en de wenselijkheid voor alle burgers van een categorie dezelfde voorwaarden te scheppen, het niet noodzakelijk een belastingharmonisatie naar beneden voor te stellen voor de inkomens van alleenstaanden in alle EU-lidstaten?

Antwoord van de heer Bolkestein namens de Commissie

(24 mei 2000)

De Commissie merkt op dat bij de huidige stand van het Gemeenschapsrecht de inkomstenbelasting van natuurlijke personen in hoofdzaak valt onder de bevoegdheid van de lidstaten, die het stelsel voor de belasting van hun ingezetenen vrij kunnen vaststellen, op voorwaarde dat zij de basisbeginselen van het EG-Verdrag naleven, met name het verbod op iedere discriminatie op basis van nationaliteit.

Het is juist dat op dit ogenblik bepaalde plannen worden bestudeerd voor de invoering van een zekere mate van coördinatie van de nationale voorschriften betreffende de meest variabele belastinggrondslagen en met name situaties met een grensoverschrijdend karakter, waarbij de goede werking van de interne markt meer in het geding komt.

Onder verwijzing naar het subsidiariteitsbeginsel is de Commissie evenwel van oordeel dat een communautair voorstel voor een harmonisatie of zelfs een coördinatie van het progressief karakter van de inkomstenbelasting, hetzij voor alleenstaanden hetzij voor gezinnen, op dit ogenblik geen politieke prioriteit vormt. Voorts hangen de keuzes die iedere lidstaat in dit verband heeft gemaakt, nauw samen met de nationale politieke en sociale tradities, die dienen te worden gerespecteerd.

De Commissie kan alleen maar wensen dat de begrotingsdiscipline die door de deelname aan één enkele munt aan de lidstaten wordt opgelegd, zal leiden tot een algemene verlaging van de belastingdruk, die zowel aan alleenstaanden als aan andere categorieën belastingplichtigen ten goede zal komen.

Top