91999E2667

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2667/99

van Olivier Dupuis (TDI) aan de Raad

(13 januari 2000)

Betreft: Vooruitzichten voor toetreding van Azerbeidzjan tot de Raad van Europa en ontwikkeling van de betrekkingen EU/Azerbeidzjan

Kan de Hoge Vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid informatie verstrekken over de stand van de procedure voor toetreding van Azerbeidzjan tot de Raad van Europa? Kan de Hoge Vertegenwoordiger in het algemeen aanduiden op welke wijze de EU haar betrekkingen met dit land denkt te ontwikkelen?

Antwoord

(16 maart 2000)

De Raad steunt ten volle het streven van Azerbeidzjan om lid van de Raad van Europa te worden. De Raad en de Hoge Vertegenwoordiger zijn echter niet bij dit toetredingsproces betrokken en kunnen zich er dan ook niet over uitspreken.

De Hoge Vertegenwoordiger zal de Raad blijven bijstaan bij het uitbouwen van nauwere betrekkingen tussen de Europese Unie en Azerbeidzjan. De Europese Unie heeft contractuele betrekkingen met Azerbeidzjan in het kader van een partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst die onder andere voorziet in intensievere handelsbetrekkingen, financiële samenwerking en een politieke dialoog.

De eerste vergadering van de Samenwerkingsraad EU-Azerbeidzjan, die bij deze overeenkomst werd opgericht, vond plaats in oktober 1999 en een volgende vergadering is later dit jaar gepland.

Door de politieke dialoog krijgt de Europese Unie de mogelijkheid om een aantal belangwekkende kwesties ter sprake te brengen, zoals de mensenrechten, de regionale samenwerking en de situatie in Nagorno-Karabach.