Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91999E002517

    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2517/99 van Adriana Poli Bortone (UEN) aan de Commissie. De onderneming Sviluppo Italia en strijdigheid met het EG-recht.

    PB C 280E van 3.10.2000, p. 60–61 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91999E2517

    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2517/99 van Adriana Poli Bortone (UEN) aan de Commissie. De onderneming Sviluppo Italia en strijdigheid met het EG-recht.

    Publicatieblad Nr. 280 E van 03/10/2000 blz. 0060 - 0061


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2517/99

    van Adriana Poli Bortone (UEN) aan de Commissie

    (22 december 1999)

    Betreft: De onderneming Sviluppo Italia en strijdigheid met het EG-recht

    Bij wetsbesluit van de Italiaanse regering (1/99) houdende maatregelen voor gebieden met recessie in Zuid-Italië, is de onderneming Sviluppo Italia opgericht. Het oprichtingskapitaal van dit bedrijf

    is samengesteld uit het roulerend fonds van wet 208/98 en ook uit communautaire fondsen. De relatie tussen het bedrijf en de openbare instellingen wordt geregeld in speciale conventies en vallen derhalve niet onder openbare procedures.

    Acht de Commissie deze gang van zaken strijdig met het communautaire recht op het vlak van de mededinging, de communautaire fondsen en de overheidssteun, met name in het licht van de volgende overwegingen:

    1. De overheidsgelden die afkomstig zijn van de Gemeenschap en zijn bedoeld voor de financiering van programma's ter bevordering van het ondernemerschap in gebieden met economische recessie, worden gebruikt als oprichtingskapitaal (risicodragend) en als liquiditeiten (financiering) van een enkel, naar de vorm privaatrechtelijk rechtssubject (naamloze vennootschap). Dit rechtssubject staat onder overheidscontrole, en de mogelijkheid is dus gegeven middelen anders aan te wenden dan volgens de bepalingen van de fondsen mogelijk is. Voor het bedrijfsleven ter plaatse is het vervolgens uitgesloten enige invloed uit te oefenen, terwijl de middelen oorspronkelijk voor dit bedrijfsleven waren bestemd.

    2. Gezien het algemene karakter van de activiteiten die de SI zou moeten ontplooien en de onmogelijkheid om boekhoudkundig onderscheid te maken tussen activiteiten in dienst van het algemeen belang en activiteiten als onderneming, bezet de Sviluppo Italia een dominante positie op de markt van dienstverlening ter ondersteuning van de ontwikkeling en de financiële dienstverlening, en kan zich onttrekken aan de procedures voor openbare aanbestedingen. Het bedrijf wordt zo de enige geprivilegieerde aanspreekpartner en dit benadeelt de nieuwe of reeds bestaande ondernemers op de markt.

    3. De SI is een privaatrechtelijke rechtspersoon en kan zich dus als zodanig onttrekken aan de voorzorgen en garanties die verplicht zijn voor de organisatie en afwikkeling van de activiteiten van een publiekrechtelijk lichaam (parlementaire controle, controle op het financieel handelen, openbare procedures voor aanbestedingen, vergelijkende onderzoeken voor de aanwerving van personeel).

    Antwoord van de heer Monti namens de Commissie

    (14 februari 2000)

    De lidstaten zijn bevoegd voor het beheer van de financiële middelen afkomstig uit de structuurfondsen. De keuze om alle staatsholdings te fuseren tot één enkel bedrijf, in de vorm van een naamloze vennootschap, is derhalve niet relevant in het kader van de communautaire voorschriften inzake steunmaatregelen van de staten. Artikel 295 (voorheen artikel 222) van het EG-Verdrag laat de regeling van het eigendomsrecht in de lidstaten onverlet. Derhalve is de oprichting door een lidstaat van een holding in de vorm van een naamloze vennootschap die actief is op de markt, op zichzelf geen inbreuk op de communautaire mededingingsvoorschriften.

    De commerciële activiteiten van Sviluppo Italia zullen hoe dan ook in overeenstemming moeten zijn met de communautaire voorschriften inzake concurrentie en inzake structuurfondsen.

    De Commissie is niet op de hoogte van het bestaan van elementen van staatssteun ten gunste van Sviluppo Italia. Mocht zij in het bezit komen van dergelijke informatie, dan zal zij te dien aanzien een onderzoek instellen en een besluit nemen.

    Top