Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91999E002382

    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2382/99 van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie. impact van Overeenkomst voor handel, ontwikkeling en samenwerking met Zuid-Afrika op zuidelijk Afrika.

    PB C 280E van 3.10.2000, p. 36–37 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91999E2382

    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2382/99 van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie. impact van Overeenkomst voor handel, ontwikkeling en samenwerking met Zuid-Afrika op zuidelijk Afrika.

    Publicatieblad Nr. 280 E van 03/10/2000 blz. 0036 - 0037


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2382/99

    van Bart Staes (Verts/ALE) aan de Commissie

    (16 december 1999)

    Betreft: impact van Overeenkomst voor handel, ontwikkeling en samenwerking met Zuid-Afrika op zuidelijk Afrika

    De Overeenkomst voor handel, ontwikkeling en samenwerking tussen de Europese Unie en de Republiek Zuid-Afrika werd onlangs goedgekeurd. Hierdoor zal de Zuid-Afrikaanse markt worden opengesteld voor 86 % van de EU-producten. De vijftien EU-lidstaten openen hun markt voor 95 % van de Zuid-Afrikaanse producten. Vermits Zuid-Afrika lid is van twee regionale pacten, zal deze overeenkomst ook gevolgen hebben voor andere landen in de regio.

    Samen met Botswana, Namibië, Lesotho en Swaziland vormt Zuid-Afrika een douane-unie. Deze vijf landen mogen geen invoerrechten heffen aan elkaars gerenzen. Daardoor zullen de EU-producten er via Zuid-Afrika rechtenvrij worden verhandeld. En dat terwijl Botswana, Namibië, Lesotho en Swaziland voor hun inkomsten sterk afhankelijk zijn van invoerrechten. Daarnaast onderhandelt Zuid-Afrika met de tien andere SADC-leden over een handelsliberalisering. Zolang geen akkoord is bereikt, hebben bedrijven uit de SADC-landen het moeilijker om toegang te krijgen tot de Zuid-Afrikaanse markt dan hun EU-concurrenten.

    Op 22 september 1998 stelde de heer Pinheiro in antwoord op de schriftelijke vraag E-2287/98(1) van de heer Jaak Vandemeulebroucke dat de Commissie ervan uitgaat dat de beoogde overeenkomst een gunstige en dynamische economische uitwerking zal hebben op zowel Zuid-Afrika als op de andere landen in de regio.

    1. Hoeveel inkomsten verwierven Botswana, Namibië, Lesotho en Swaziland uit de inning van invoerrechten op EU-producten in 1995, 1996, 1997, 1998 en 1999?

    2. Wat is de geschatte opbrengst aan invoerrechten op EU-producten in Botswana, Namibië, Lesotho en Swaziland voor 2000 en 2001?

    3. Welke indicatoren wijzen op een gunstige en dynamische economische uitwerking van de overeenkomst op Botswana, Namibië, Lesotho en Swaziland?

    4. Welke indicatoren wijzen op een gunstige en dynamische economische uitwerking van de overeenkomst op de overige SADC-landen?

    (1) PB C 118 van 29.4.1999, blz. 51.

    Antwoord van de heer Nielson namens de Commissie

    (25 januari 2000)

    Het Instituut voor Onderzoek inzake Ontwikkelingsbeleid van Botswana (Botswana institute for development policy analysis BIDPA) heeft een door de Commissie gefinancierde gedetailleerde studie uitgevoerd over de mogelijke invloed van de vrijhandelsovereenkomst (VHO) tussen de Gemeenschap en Zuid-Afrika (ZA) op de economieën van Botswana, Lesotho, Namibië en Swaziland, en over de aan te bevelen maatregelen welke laatstgenoemde landen in staat zullen stellen zowel de verwachte voordelen te maximaliseren als de eventuele nadelige gevolgen tot een minimum te beperken.

    De gemiddelde jaarlijkse aandelen van Botswana, Lesotho, Namibië en Swaziland in de totale gemeenschappelijke inkomsten komen overeen met respectievelijk 17,1 %, 41,7 %, 27,6 % en 44,8 % van het BBP van die landen.

    De geraamde gevolgen van de overeenkomst inzake handel, ontwikkeling en samenwerking (OHOS) (vermindering van de totale gemeenschappelijke inkomsten als gevolg van lagere tarieven) voor de totale inkomsten van die landen komen overeen met: voor Botswana 5,3 %, voor Lesotho 12,9 %, voor Namibië 8,6 % en voor Swaziland 13,9 %. In werkelijkheid zou het inkomstenverlies veel kleiner moeten zijn, omdat een groot aantal gevoelige producten van Zuid-Afrikaanse zijde van de liberalisering werden uitgesloten en er geen reden is om aan te nemen dat het verlies zal blijven aanhouden. De Gemeenschap is bereid Botswana, Lesotho, Namibië en Swaziland te helpen bij de tenuitvoerlegging van de belastinghervormingen die nodig zijn om hun inkomstenbronnen te diversifiëren en ook nodig zouden zijn geweest indien de OHOS niet was tot stand gekomen.

    De Overeenkomst zal zowel de consument als het bedrijfsleven voordelen opleveren. De ondernemingen krijgen een goedkoper, kwalitatief beter en meer gediversifieerd assortiment grondstoffen en kapitaalgoederen aangeboden. Zij krijgen dus betere vooruitzichten inzake investeringen, uitvoer en werkgelegenheid. Een toename van de werkgelegenheid en van de investeringen in de Zuid-Afrikaanse douane-unie (Southern African Customs Union SACU) is naar verwachting het belangrijkste gunstige gevolg van de VHO. Als gevolg daarvan wordt er voor de economieën van Botswana, Lesotho, Namibië en Swaziland een uitbreiding van de distributie verwacht, zodat de ministeries van financiën in die landen aan de hand van een ander belastingstelsel inkomsten zullen kunnen innen.

    De praktische gevolgen van het samengaan van de SADC en de VHO zijn moeilijker te peilen, omdat de SADC nog geen eigen VHO heeft afgesloten en zich in de commerciële sfeer dus nog niet als gestructureerd geheel manifesteert. Eigenlijk heeft de Gemeenschap, door haar eigen beleid gericht op de aanmoediging van alle economische integratie op regionaal niveau, ervoor gezorgd dat zij tot de markt van ZA geen betere toegang kreeg dan de SADC-landen. ZA heeft bepaalde handelsconcessies in de textielsector bijvoorbeeld voorbehouden aan zijn SADC-partners. Bovendien moeten alle door de Gemeenschap in het kader van de VHO met ZA verkregen handelsconcessies op grond van het SADC-handelsprotocol eveneens aan alle SADC-leden worden verleend. De SADC-leden krijgen daardoor de verzekering van een betere toegang tot de Zuid-Afrikaanse markt.

    Top