This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 91999E001971
WRITTEN QUESTION P-1971/99 by Kathalijne Buitenweg (Verts/ALE) to the Commission. Infringement of Directives 91/0628/EEC and 95/0029/EEC.
SCHRIFTELIJKE VRAAG P-1971/99 van Kathalijne Buitenweg (Verts/ALE) aan de Commissie. Overtreding Europese richtlijnen 91/0628/EEG en 95/0029/EEG.
SCHRIFTELIJKE VRAAG P-1971/99 van Kathalijne Buitenweg (Verts/ALE) aan de Commissie. Overtreding Europese richtlijnen 91/0628/EEG en 95/0029/EEG.
PB C 170E van 20.6.2000, p. 133–134
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
SCHRIFTELIJKE VRAAG P-1971/99 van Kathalijne Buitenweg (Verts/ALE) aan de Commissie. Overtreding Europese richtlijnen 91/0628/EEG en 95/0029/EEG.
Publicatieblad Nr. 170 E van 20/06/2000 blz. 0133 - 0134
SCHRIFTELIJKE VRAAG P-1971/99 van Kathalijne Buitenweg (Verts/ALE) aan de Commissie (19 oktober 1999) Betreft: Overtreding Europese richtlijnen 91/0628/EEG en 95/0029/EEG In juni 1998 heeft de Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren uitvoerig onderzoek gedaan naar de naleving van de Europese richtlijnen 91/0628/EEG(1) en 95/0029/EEG(2) bij de Italiaanse grensposten Gorizia, Fernetti en Prosecco. Uit dit gedocumenteerde onderzoek blijkt dat de richtlijnen grof worden overtreden en dat de betrokken dieren gruwelijk worden mishandeld. Dat dit géén eenmalig incident betreft, moge duidelijk zijn uit het feit dat daar in 1994 en 1996 vergelijkbare video-opnamen werden gemaakt. 1. Is de Commissie met mij van mening dat aan de grensposten van Italië de richtlijnen 91/0628/EEG en 95/0029/EEG volstrekt onvoldoende worden nageleefd? 2. Wat onderneemt de Italiaanse overheid om aan deze schandalige toestand een einde te maken? 3. Worden de mogelijkheden die de richtlijnen bieden, wat betreft het intrekken van vergunningen en de strafrechtelijke mogelijkheden, voldoende benut? 4. Wat is de uiterste sanctie die de Italiaanse overheid opgelegd kan worden als zij onvoldoende onderneemt om de naleving van de richtlijnen te controleren? 5. Welke stappen gaat de Commissie, als hoedster van de Verdragen, nu onder andere nemen? (1) PB L 340 van 11.12.1991, blz. 17. (2) PB L 148 van 30.6.1995, blz. 52. Antwoord van de heer Byrne namens de Commissie (9 november 1999) 1. De Commissie is op de hoogte van de problemen in verband met het welzijn van dieren aan de betrokken grensposten. In Gorizia en Prosecco zijn door het Voedsel- en Veterinair Bureau (VVB) van de Commissie verscheidene veterinaire inspecties uitgevoerd. Naar aanleiding daarvan zijn gedetailleerde aanbevelingen aan de Italiaanse autoriteiten gedaan en werden enige verbeteringen geconstateerd. Helaas duiden de recente klachten erop dat deze niet van blijvende aard zijn geweest. 2. Volgens de Italiaanse autoriteiten is het aantal officiële dierenartsen op de betrokken grensposten uitgebreid en zijn er voor het personeel op de grensposten cursussen gegeven op het gebied van goede praktijken in verband met het welzijn van dieren. 3. De Commissie vindt niet dat er voldoende gebruik wordt gemaakt van de door de richtlijnen geboden mogelijkheden. Aangezien echter Richtlijn 95/0029/EG van de Raad van 29 juni 1995 tot wijziging van Richtlijn 90/0628/EEG inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer, niet buiten het grondgebied van de Gemeenschap van toepassing is, is het uit juridisch oogpunt moeilijk de nationale wetgeving tot omzetting van deze teksten te handhaven indien de verwaarlozing of mishandeling van de dieren plaatsvond voordat zij de Italiaanse grens bereiken. 4. Indien door de Commissie inbreukprocedures tegen een lidstaat worden ingeleid en het Hof van Justitie vervolgens van oordeel is dat de lidstaat een uit het EG-verdrag voortvloeiende verplichting niet is nagekomen en de betrokken lidstaat het arrest niet uitvoert, kan de Commissie krachtens artikel 228, lid 2, van het EG-verdrag (ex artikel 171) de zaak opnieuw voor het Hof brengen en van de betrokken lidstaat een forfaitair bedrag of een dwangsom eisen. Indien het Hof van Justitie vaststelt dat de lidstaat zijn arrest niet is nagekomen, kan het deze staat een dergelijke betaling opleggen. Hiervoor wordt in het EG-verdrag geen maximumbedrag genoemd. Bovendien stelt Verordening (EG) 0615/98 van de Commissie van 18 maart 1998 houdende bijzondere uitvoeringsbepalingen voor het stelsel van uitvoerrestituties met betrekking tot het welzijn van levende runderen tijdens het vervoer ervan(1) de toekenning van de uitvoerrestitutie afhankelijk van de bevredigende tenuitvoerlegging van de bepalingen van Richtlijn 91/0628/EEG. Dit werkt dus rechtstreeks door in de financiering, door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de landbouw (EOGFL), van de restituties in gevallen waarin aanmerkelijke inbreuken op het welzijn van dieren worden geconstateerd. 5. De Commissie bekijkt de zaak opnieuw in het licht van het recente VVB-rapport en het nieuwe bewijsmateriaal dat door dierenbeschermingsorganisaties is verstrekt, teneinde eventueel procedures uit hoofde van artikel 226 (ex artikel 169) van het EGverdrag in te leiden. De Commissie overweegt ook de mogelijkheid om bilaterale overeenkomsten met de betrokken derde landen te sluiten om een oplossing te vinden voor bovengenoemde handhavingsproblemen. De bevindingen van de door de Commissie uitgevoerde inspecties ter plaatse moeten worden beoordeeld met betrekking tot de restitutie die wordt toegekend voor via de grensposten in kwestie geëxporteerde runderen. (1) PB L 82 van 19.3.1998.