EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91998E002832

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2832/98 van Niall ANDREWS aan de Commissie. Asielaanvragen

PB C 118 van 29.4.1999, p. 152 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

91998E2832

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2832/98 van Niall ANDREWS aan de Commissie. Asielaanvragen

Publicatieblad Nr. C 118 van 29/04/1999 blz. 0152


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2832/98

van Niall Andrews (UPE) aan de Commissie

(28 september 1998)

Betreft: Asielaanvragen

Kan de Commissie mededelen welke algemene regelingen elke lidstaat heeft voor het afhandelen van asielaanvragen en welke richtlijnen de EU momenteel kent om de instroom van illegale immigranten in de EU te reguleren?

Antwoord van mevrouw Gradin namens de Commissie

(13 november 1998)

Asiel- en immigratieaangelegenheden worden momenteel behandeld in het kader van Titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie en vallen onder de derde pijler. Volgens artikel K.1 van het Verdrag betreffende de Europese Unie zijn het asielbeleid en het immigratiebeleid, met inbegrip van de strijd tegen illegale immigratie, illegaal verblijf en illegale arbeid door onderdanen van derde landen op het grondgebied van de lidstaten, aangelegenheden van gemeenschappelijk belang. Krachtens artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie kunnen gemeenschappelijke standpunten, gemeenschappelijke optredens en overeenkomsten worden gebruikt als rechtsinstrumenten om deze aangelegenheden te behandelen. Dat geldt niet voor de conventionele instrumenten van de Gemeenschap zoals richtlijnen en verordeningen.

Deze situatie zal veranderen na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam, omdat dan krachtens de nieuwe Titel IV van het EG-Verdrag asiel- en immigratieaangelegenheden onder de bevoegdheid van de Gemeenschap vallen. Volgens het nieuwe artikel 63 van dat Verdrag moet de Raad binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam maatregelen inzake asiel en maatregelen inzake illegale immigratie en illegaal verblijf aannemen.

Op het gebied van het asielbeleid is slechts één juridisch bindend instrument goedgekeurd op Europees niveau, te weten de Overeenkomst betreffende de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat bij een van de lidstaten van de Europese Gemeenschappen wordt ingediend(1), beter bekend als de Overeenkomst van Dublin. Deze overeenkomst werd in 1990 ondertekend, maar werd pas op 1 september 1997 van kracht. Het bij artikel 18 van de Overeenkomst van Dublin opgerichte comité heeft verschillende uitvoeringsbepalingen goedgekeurd en bekendgemaakt in het Publicatieblad.

Voorts hebben de ministers die belast zijn met het immigratiebeleid en, sinds de inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de Raad, een aantal niet-bindende instrumenten met betrekking tot het asielbeleid of de strijd tegen illegale immigratie goedgekeurd. De instrumenten die zijn goedgekeurd door de Raad zijn ook bekendgemaakt in het Publicatieblad.

(1) PB C 254 van 19.8.1997.

Top