Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91998E002683

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2683/98 van Gerhard HAGER aan dee Raad. Inwerkingtreding van de Europol-overeenkomst

    PB C 96 van 8.4.1999, p. 135 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91998E2683

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2683/98 van Gerhard HAGER aan dee Raad. Inwerkingtreding van de Europol-overeenkomst

    Publicatieblad Nr. C 096 van 08/04/1999 blz. 0135


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2683/98

    van Gerhard Hager (NI) aan de Raad

    (1 september 1998)

    Betreft: Inwerkingtreding van de Europol-overeenkomst

    Het huidige voorzitterschap van de Raad verwacht dat de start van de Europol-activiteiten een belangrijke impuls aan met name de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit zal geven. Het is de bedoeling dat Europol bij de strijd tegen de grensoverschrijdende criminaliteit een centrale rol gaat vervullen. Voor de inwerkingtreding van de overeenkomst moeten evenwel nog talrijke vraagstukken worden behandeld.

    Wanneer zal de overeenkomst naar verwachting in werking treden?

    Wanneer zullen de organen definitief zijn bezet en met hun werkzaamheden kunnen beginnen?

    Welke maatregelen zijn er tot dusver getroffen om de verplichtingen van de toepassingsmaatregelen overeenkomstig art. 45, lid 4, van de Europol-overeenkomst na te komen en binnen welke termijn moeten er nog verdere maatregelen worden genomen?

    Antwoord

    (22 oktober 1998)

    De Overeenkomst betreffende de oprichting van een Europese Politiedienst (Europol-overeenkomst) is op 1 oktober 1998 in werking getreden. De oprichtingsvergadering van de Raad van Bestuur van Europol heeft ook op die datum plaatsgevonden. De leden van haar organen (directeur, adjunct-directeuren, financieel controleur, leden van het begrotingscomité) moeten zo spoedig mogelijk door de Raad van Bestuur of door de lidstaten benoemd worden. De oprichtingsvergadering van het gemeenschappelijk controleorgaan is ook voor oktober gepland.

    Een van de hoofdprioriteiten van het Oostenrijkse voorzitterschap is om zo snel mogelijk een besluit te nemen over de negen maatregelen van artikel 45, lid 4, van de Europol-overeenkomst, zodat Europol zo spoedig mogelijk aan het werk kan gaan.

    Met betrekking tot die negen maatregelen, waarvan de meeste al voorlopig door de Raad goedgekeurd en vervolgens "bevroren" zijn, kan het volgende gezegd worden:

    - tijdens de oprichtingsvergadering van de Raad van Bestuur op 1 oktober 1998 is een begin gemaakt met de procedures voor het nemen van besluiten over de ontwerp-teksten voor het statuut waarin de rechten en plichten van de verbindingsofficieren jegens Europol zijn vastgelegd, de uitvoeringsbepalingen voor de analysebestanden, het statuut voor het Europol-personeel, de regels voor veiligheidsclassificatie, het financieel reglement en de zetelovereenkomst;

    - de nationale bekrachtiging van het Protocol betreffende voorrechten en immuniteiten van Europol, de leden van haar organen, de adjunct-directeuren en personeelsleden van Europol en de procedure voor de sluiting van de overeenkomsten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de andere lidstaten betreffende de voorrechten en immuniteiten van de verbindingsofficieren en hun gezinsleden, zijn gaande;

    - het reglement van orde van het gemeenschappelijk controleorgaan van Europol moet door dat orgaan zelf met eenparigheid van stemmen worden vastgesteld en vervolgens door de Raad goedgekeurd.

    Top