Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91998E001375

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1375/98 van Alexandros ALAVANOS aan de Commissie. Oprichting van een nieuw betaal- en controleorgaan voor bepaalde communautaire steunregelingen van het EOGFL

    PB C 323 van 21.10.1998, p. 128 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91998E1375

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1375/98 van Alexandros ALAVANOS aan de Commissie. Oprichting van een nieuw betaal- en controleorgaan voor bepaalde communautaire steunregelingen van het EOGFL

    Publicatieblad Nr. C 323 van 21/10/1998 blz. 0128


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1375/98 van Alexandros Alavanos (GUE/NGL) aan de Commissie (7 mei 1998)

    Betreft: Oprichting van een nieuw betaal- en controleorgaan voor bepaalde communautaire steunregelingen van het EOGFL

    De Griekse regering heeft een wetsvoorstel ingediend voor de oprichting van een betaal- en controleorgaan voor bepaalde communautaire steunregelingen van het EOGFL, dat de kredieten van het Europees Landbouwfonds zal beheren en controleren en de vereiste eerste technische controles zal uitvoeren.

    Kan de Commissie, overwegende dat overeenkomstig Raadsverordening 1287/95 ((PB L 125 van 8.6.1995, blz. 1.)) "met name na de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het gedecentraliseerde beheer van de communautaire geldmiddelen tot de aanwijzing van verscheidene betaalorganen leidt¨, en dat volgens artikel 1 van Commissieverordening 1663/95 ((PB L 158 van 8.7.1995, blz. 6.)) "de beperking van het aantal door elke lidstaat erkende betaalorganen door de lidstaat wordt beslist na overleg met de Commissie¨, antwoorden op de volgende vragen:

    1. Is zij van oordeel dat het besluit van de Griekse regering om een enkel betaalorgaan in het leven te roepen, dat zal instaan voor het beheer en de technische controles voor alle producten en alle maatregelen die door het EOGFL worden gefinancierd, in overeenkomst is met de geest van verordening 1287/95, waarin ervoor wordt gepleit verscheidene betaalorganen op te richten?

    2. Denkt de Commissie, overwegende dat met de hervorming van het GLB steeds minder productiesteun zal worden gegeven en steeds meer indirecte en structurele steun, waarvoor eerder regionaal en plaatselijk dan gecentraliseerd beheer is vereist, dat de organisatie die zou worden opgericht, op een bevredigende manier de procedures kan uitvoeren voor de controle en de betaling van de communautaire steun uit het EOGFL?

    Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie (9 juni 1998)

    1. Uit niets in Verordening (EG) nr. 1287/95 van de Raad van 22 mei 1995 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 729/70 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid blijkt dat de lidstaten verplicht zijn meerdere betaalorganen op te richten. In lid 1 van de nieuwe versie van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ((PB L 94 van 28.4.1970. )) is wel degelijk sprake van "erkende diensten en organen¨, voor het geval dat er meerdere betaalorganen zijn, maar dit sluit helemaal niet uit dat er maar één is. In lid 2 van dat artikel is namelijk uitdrukkelijk het volgende bepaald: "Elke lidstaat beperkt, met inachtneming van zijn grondwettelijke bepalingen en zijn staatsinrichting, het aantal erkende betaalorganen tot het kleinste aantal dat nodig is voor een in administratief en boekhoudkundig opzicht bevredigende afwikkeling van de in de artikelen 2 en 3 bedoelde uitgaven¨.

    De regeling in Griekenland is derhalve naar de geest en naar de letter volledig in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 1287/95.

    Bij wijze van voorbeeld zij erop gewezen dat in nog vijf andere lidstaten slechts één betaalorgaan erkend is, namelijk in Denemarken, Ierland, Luxemburg, Finland en Zweden).

    2. Het betaalorgaan moet de verplichtingen nakomen die zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1663/95 van de Commissie van 7 juli 1995 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 729/70 van de Raad aangaande de procedure inzake de goedkeuring van de rekeningen van het EOGFL, afdeling Garantie. In de bijlage daarvan zijn de criteria voor de erkenning van betaalorganen opgenomen. Op grond daarvan kan de lidstaat naar behoefte kiezen uit een groot aantal verschillende organisatievormen en procedures.

    Met name kan het betaalorgaan op grond van punt 4 in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1663/95 het toestaan van betalingen (deze functie houdt de bepaling in van het bedrag dat aan een aanvrager in overeenstemming met de Gemeenschapsvoorschriften moet worden betaald) en de technische dienst (deze dienst moet de feiten verifiëren waarop de betalingen aan de aanvragers gebaseerd zijn) geheel of gedeeltelijk aan andere organen delegeren, voor zover aan een aantal voorwaarden is voldaan. Dankzij deze bepalingen kan een beter op de plaatselijke behoeften afgestemd beheer worden gevoerd, zoals door het geachte Parlementslid verlangd wordt.

    Top