Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91997E003888

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3888/97 van Martin SCHULZ aan de Commissie. Seksueel misbruik van kinderen in de Clovis- crèche

    PB C 174 van 8.6.1998, p. 151 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91997E3888

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3888/97 van Martin SCHULZ aan de Commissie. Seksueel misbruik van kinderen in de Clovis- crèche

    Publicatieblad Nr. C 174 van 08/06/1998 blz. 0151


    SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3888/97 van Martin Schulz (PSE) aan de Commissie (27 november 1997)

    Betreft: Seksueel misbruik van kinderen in de Clovis-crèche

    1. Is het de Commissie bekend dat het Belgische Openbaar Ministerie een onderzoek instelt wegens mogelijk seksueel misbruik van kinderen in de interinstitutionele kinderbewaarplaats Clovis?

    2. Is het juist dat de Clovis-crèche door de Belgische particuliere firma ESEDRA in een gebouw van de Commissie wordt geëxploiteerd op grond van een contract dat deze firma met de Commissie heeft gesloten?

    3. Is het juist dat enkele in de crèche tewerkgestelde werknemers van deze firma zich thans in voorarrest bevinden op verdenking van seksueel misbruik?

    4. Sinds wanneer is de Commissie op de hoogte van deze verdenkingen?

    5. Is de Commissie door het Belgische Openbaar Ministerie van deze gebeurtenissen op de hoogte gesteld, of had ze al eerder informatie hierover ontvangen? Zo ja, van wie?

    6. Wie is in de Commissie verantwoordelijk voor wat er in de crèche gebeurd is?

    a) Welk lid van de Commissie?

    b) Welk directoraat-generaal? Welke ambtenaar binnen dit directoraat-generaal?

    7. Op welke tijdstippen zijn de onder punt 6 genoemde personen op de hoogte gesteld van wat er in de crèche is voorgevallen?

    8. Welke stappen hebben genoemde personen en/of diensten tot dusver in deze kwestie ondernomen?

    Antwoord van de heer Liikanen namens de Commissie (7 januari 1998)

    De Clovis-crèche wordt sinds juni 1995 beheerd door Esedra, een vennootschap naar Belgisch recht die tot de Italiaanse vennootschappen Aristea en CIR behoort, waarmee de Commissie in juni 1995 een overeenkomst heeft gesloten via een aanbestedingsprocedure die in december 1994 in het Publicatieblad is aangekondigd.

    De persoon die op 29 oktober 1997 in voorlopige hechtenis is genomen is een personeelslid van Reggio, een Italiaanse onderneming die Esedra op pedagogisch gebied adviseert. Deze persoon is op 1 december 1997 door de raadkamer van de Rechtbank van eerste aanleg voorlopig in vrijheid gesteld.

    De Commissie is op 2 juni 1997 door de directeur van de crèche officieus op de hoogte gesteld van het feit dat een ouder hem op 29 en 30 mei had toevertrouwd te vrezen dat zijn kind het slachtoffer was geweest van seksueel misbruik. Hoewel zij niet was aangesproken, heeft de Commissie contact opgenomen met deze ouder, die de Commissie verzocht zich afzijdig te houden. Wel is het Beveiligingsbureau van de Commissie op de hoogte gebracht, dat de ouders heeft bijgestaan bij hun contacten met instanties buiten de Commissie. Het Beveiligingsbureau heeft tevens volledige medewerking verleend aan de Belgische gerechtelijke instanties, die als enige bevoegd zijn om een onderzoek in te stellen naar dergelijke feiten en om de conservatoire maatregelen te nemen die voor het goede verloop van het onderzoek noodzakelijk zijn.

    De Commissie heeft vanaf het begin getracht te handelen in het belang van de betrokken kinderen en ouders, en tevens het vertrouwelijke karakter van de zaak te eerbiedigen, overeenkomstig de instructies van het parket van Brussel. In eerste instantie heeft zij informeel samengewerkt met de vertegenwoordigers van het personeel, de directie van de crèche en de oudervereniging. Vervolgens heeft zij een crisisteam opgericht om beter te kunnen voldoen aan de informatiebehoefte van de ouders en het personeel. Sindsdien zijn ten behoeve van de ouders verschillende mededelingen gedaan en voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd, en hiermee zal zo nodig worden doorgegaan, ook al heeft de Commissie gedurende het gehele onderzoek slechts over weinig informatie beschikt.

    De eerste officiële mededeling die de Commissie heeft ontvangen met betrekking tot verdenking van pedofiele handelingen in de Clovis-crèche dateert van 21 oktober 1997, toen de Belgische gerechtelijke instanties om toegang tot het gebouw verzochten. Via een tweede mededeling van het parket van 14 november is de Commissie in kennis gesteld van enkele details van het lopende gerechtelijk onderzoek waarvan zij nog niet op de hoogte was. De belangrijkste punten hiervan zijn: dat het parket van Brussel op 28 juni 1997 is begonnen met het onderzoek van dit dossier (...), dat de rechter van instructie de wens heeft geuit dat de lokalen door de onderzoekers konden worden bezocht (...), dat een fotodossier kon worden aangelegd (...), dat de Commissie haar instemming heeft betuigd met alle nodige gerechtelijke stappen (...), dat het onderzoek berust op verklaringen van de ouders (...), dat het onderzoek nog lopende is (...) en dat enkele ouders de rechter van instructie uitdrukkelijk hebben verzocht om discretie met betrekking tot dit onderzoek, uit respect voor hun kinderen.

    Het Beveiligingsbureau valt onder de verantwoordelijkheid van de voorzitter van de Commissie. Met de follow-up van het beheer van de onderaannemer is de administratieve eenheid "Sociaal beleid¨ van DG IX belast, die valt onder de verantwoordelijkheid van het met Personeelszaken en algemeen beheer belaste Commissielid.

    Top