Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91997E003726

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3726/97 van Jens-Peter BONDE aan de Commissie. Sterkere bescherming van volksgezondheid in landbouwbeleid

    PB C 223 van 17.7.1998, p. 19 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91997E3726

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3726/97 van Jens-Peter BONDE aan de Commissie. Sterkere bescherming van volksgezondheid in landbouwbeleid

    Publicatieblad Nr. C 223 van 17/07/1998 blz. 0019


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3726/97 van Jens-Peter Bonde (I-EDN) aan de Commissie (21 november 1997)

    Betreft: Sterkere bescherming van volksgezondheid in landbouwbeleid

    Ondanks 15% braaklegging worden in de EU geldverslindende voedseloverschotten geproduceerd. Tegelijkertijd wordt de nitraat- en gifverontreiniging door de landbouw slechts zeer langzaam teruggedrongen en maken steeds meer consumenten zich steeds meer zorgen over eenzijdige productiebevorderende veeteeltsystemen, die geen rekening houden met het milieu en het natuurlijke gedrag van de dieren. Tegenwoordig staan niet langer de natuur en schoon drinkwater haaks op intensieve-landbouwmethoden. Zoals is gebleken uit de BSE-problematiek (gekkekoeienziekte), staan thans mens en dier lijnrecht tegenover elkaar. Alle slachthuizen moeten hersenen, ruggenmerg en andere dierlijke organen verwijderen, en de vernietiging hiervan kost DKR 300. Het lijkt erop dat de Commissie op dit gebied te heftig reageert, terwijl zij zich in andere sectoren te lijdzaam opstelt. Een actueel voorbeeld:

    De Landbouwcommissie ex ¶ 2 heeft haar verontrusting geuit over het voorstel tot wijziging van richtlijn 70/524 inzake veevoederadditieven ((PB L 270 van 14.12.1970, blz. 1. )) - waarschijnlijk omdat het beschermingsniveau wordt verlaagd door meer antibiotica toe te laten: avilamycine, virginiamycine, zinkbacitracine en een cooidiostaticum diclazuril - juist op het moment dat Denemarken het antibioticum avoparcine heeft verboden, omdat hierdoor resistentie tegen glycopeptiden in geneesmiddelen op de mens kan worden overgebracht.

    Wanneer gaat de Commissie in het landbouwbeleid meer rekening houden met de volksgezondheid?

    Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie (2 februari 1998)

    De Commissie heeft bij haar voorstellen voor een gemeenschappelijk landbouwbeleid, altijd belang aan de bescherming van de volksgezondheid gehecht. De vele bepalingen die zij in verband met hygiënevoorschriften en veiligheid van landbouwproducten heeft ingevoerd, zijn het bewijs van haar voortdurende aandacht voor dit punt.

    Die voortdurende aandacht blijkt duidelijk uit de toevoegingsmiddelen die in diervoeder worden gebruikt. De Raad heeft immers, op verzoek van de Commissie, al in 1970 een Richtlijn aangenomen die bepaalt dat aan diervoeder geen middelen mogen worden toegevoegd, die een gevaar kunnen inhouden voor de gezondheid van het dier, de mens of het milieu. De stoffen waar het geachte Parlementslid naar verwijst, zijn toegestaan voor de Gemeenschap en voldoen dus aan de in Richtlijn 70/524/CEE vastgestelde veiligheidscriteria. De toelatingen om bepaalde toevoegingsmiddelen te gebruiken zullen opnieuw worden bezien, behalve wat avoparcine betreft, dat uit voorzorg in 1996 in de hele Gemeenschap verboden is (sinds 1970 zijn 15 antibiotica op grond van hetzelfde voorzorgsbeginsel verboden).

    De mededeling van de Commissie over de gezondheid van de consumenten en de voedselveiligheid ((COM(97) 176 def. )), en ook het Groenboek inzake de algemene beginselen van het levensmiddelenrecht (1) in de Europese Unie, zijn nog een bewijs van de aandacht die de Commissie aan de bescherming van de volksgezondheid wil blijven besteden. Deze aandacht blijkt ook in Agenda 2000 ((COM(97) 2000 def. )). Bij de hervorming van het landbouwbeleid zou een gemeenschappelijk standpunt moeten kunnen worden bereikt waarbij wordt gestreefd naar een harmonieus evenwicht tussen de belangen van de landbouw, de verwachtingen van de consument inzake kwaliteit en veiligheid van levensmiddelen, en de bescherming van het milieu.

    Top