This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 91997E003196
WRITTEN QUESTION No. 3196/97 by Patricia McKENNA to the Commission. Water pollution in Ireland
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3196/97 van Patricia McKENNA aan de Commissie. Waterverontreiniging in Ierland
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3196/97 van Patricia McKENNA aan de Commissie. Waterverontreiniging in Ierland
PB C 158 van 25.5.1998, p. 54
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3196/97 van Patricia McKENNA aan de Commissie. Waterverontreiniging in Ierland
Publicatieblad Nr. C 158 van 25/05/1998 blz. 0054
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3196/97 van Patricia McKenna (V) aan de Commissie (16 oktober 1997) Betreft: Waterverontreiniging in Ierland De Carra Mask Angling Federation, een vereniging in het westen van Ierland, heeft de Commissie onlangs gevraagd bij de Ierse regering stappen te ondernemen om het overmatige gebruik van fosfaten in de landbouw, die het water sterk vervuilen, terug te dringen. Deze vraag volgde op een beleidsdocument Managing Ireland's Rivers and Lakes, dat het Ierse Ministerie voor Milieubescherming heeft gepubliceerd. De vissersvereniging voert aan dat de toepassing van het principe "de vervuiler betaalt¨ de beste manier is om de waterverontreiniging terug te dringen en dat een belasting op het gebruik van fosfaten daartoe het aangewezen middel is. De vereniging is van mening dat een dergelijke belasting tot een forse daling van het gebruik van fosfaten in de landbouw zal leiden. Is de Commissie voorstander van de invoering van een dergelijke belasting, aangezien de EU-wetgeving het principe "de vervuiler betaalt¨ toch onderschrijft? Wat is zij voornemens te ondernemen ingevolge de suggesties van de Carra Mask Angling Federation? Antwoord van mevrouw Bjerregaard namens de Commissie (20 november 1997) Het vijfde actieprogramma van de Gemeenschap "Op weg naar duurzame ontwikkeling¨ ((PB C 140 van 11.5.1996. )) schetst verscheidene onderling complementaire benaderingen van de milieuverontreinigingsproblematiek, zoals de vaststelling van emissiegrenswaarden en waterkwaliteitscriteria, alsmede striktere toepassing van het beginsel "de vervuiler betaalt¨. Door de voorgestelde kaderrichtlijn "water¨ ((PB C 184 van 17.6.1997. )) zouden de lidstaten ertoe worden verplicht de kwaliteit van al hun water (grond- en oppervlaktewater) tegen het jaar 2010 op een behoorlijk peil te hebben gebracht en, via een combinatie van emissiegrenswaarden en waterkwaliteitsdoelstellingen, wettelijk bindende programma's van milieumaatregelen op te stellen en te implementeren met betrekking tot wateren waarvan de kwaliteit nog niet als "goed¨ kan worden bestempeld. In het voorstel wordt evenwel ook gesteld dat de Commissie, na een eerste stap, bestaande in heffingen voor het volledig terugverdienen van de kosten in verband met op watergebied verleende diensten, eventueel voorstellen zou moeten doen betreffende de milieu- en resource-kosten van schadelijke effecten voor de waterhuishouding. In haar mededeling inzake milieubelastingen en -heffingen in de gemeenschappelijke markt ((COM(97) 9 def. )) heeft de Commissie haar steun uitgesproken voor een intensiever gebruik van fiscale instrumenten door de lidstaten, teneinde het milieubeleid doeltreffender en kostenefficiënter te maken, zolang deze milieubelastingen en -heffingen maar niet strijdig zijn met de communautaire wetgeving. In deze mededeling worden de wezenlijke voorwaarden (mogelijkheden en beperkingen) voor een dergelijke compatibiliteit van de fiscale instrumenten met de interne-marktstructuur uiteengezet. Er wordt niet gesproken over de voor- en nadelen in termen van economische en ecologische doeltreffendheid van het gebruik van milieuheffingen op het niveau van de lidstaten. In het algemeen apprecieert de Commissie echter de mogelijkheden hiervan voor een meer kosteneffectief milieubeleid en bevestigt zij dat milieubelastingen en -heffingen een goede manier kunnen zijn om het beginsel "de vervuiler betaalt¨ ten uitvoer te leggen, waarbij dan de milieukosten in de prijzen van goederen en diensten worden doorberekend. Tenslotte verplicht Richtlijn 76/464/EEG van de Raad ((PB C 129 van 18.5.1976, blz. 23. )) betreffende de lozing van gevaarlijke stoffen de lidstaten ertoe programma's ter vermindering van de vervuiling met bepaalde gevaarlijke stoffen op te stellen en te implementeren. Daar hiermee ook fosforverbindingen worden bedoeld, en Ierland de benodigde programma's nog niet heeft voltooid, heeft de Commissie de in artikel 169 van het EG-Verdrag bedoelde procedure in gang gezet.