Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91997E002357

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2357/97 van Leonie van BLADEL aan dee Raad. Wenselijkheid EU-afgezant voor China en ASEAN

    PB C 158 van 25.5.1998, p. 6 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91997E2357

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2357/97 van Leonie van BLADEL aan dee Raad. Wenselijkheid EU-afgezant voor China en ASEAN

    Publicatieblad Nr. C 158 van 25/05/1998 blz. 0006


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2357/97 van Leonie van Bladel (UPE) aan de Raad (18 juli 1997)

    Betreft: Wenselijkheid EU-afgezant voor China en ASEAN

    Kan de Raad bevestigen dat zij de naleving van de mensenrechten als een belangrijk instrument van buitenlandse politiek beschouwt, en in het algemeen als bevorderend voor de stabiliteit op de wereld ziet?

    Meent de Raad dat het naleven van de mensenrechten gelijktijdig in Afrika, Latijns-Amerika en Azië dient te worden bevorderd?

    Ziet de Raad het enorme profijt dat de EU-landen trekken uit de snelle economische ontwikkeling van de markten in China en ASEAN als een reden om minder gewicht te hechten aan het naleven van de mensenrechten in die regio's?

    Deelt de Raad de mening dat noch de mening van de Raad, noch de maandelijkse urgentieresoluties van het Europees Parlement met betrekking tot het naleven van de mensenrechten in deze gebieden tot een ander beleid van de overheden in de respectievelijke gebieden hebben geleid?

    Wil de Raad, op basis van pragmatische overwegingen ter bevordering van de stabiliteit in het gebied, overwegen of een speciale EU-afgezant voor zowel China als de ASEAN, tot een betere relatie van de EU en het Europees Parlement met deze landen kan leiden, en daarmee indirect een betere naleving van de mensenrechten kan bevorderen?

    Antwoord (16 februari 1998)

    De Geachte Afgevaardigde maakt een juiste analyse wanneer zij stelt dat de ontwikkeling en de consolidatie van de democratie en de rechtsstaat, alsmede eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden kernelementen zijn van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie, zulks overeenkomstig artikel J.1 van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

    Dit beginsel wordt door de Unie wereldwijd toegepast. De Europese Unie spreekt zich daarom steevast uit tegen schendingen van de mensenrechten, ongeacht waar die plaatsvinden.

    Om de bevordering en de bescherming van de mensenrechten in China en de ASEAN-landen te stimuleren, voert de Europese Unie in talrijke fora een constante dialoog inzake mensenrechten. Met name ten aanzien van de Chinese autoriteiten, voert de Europese Unie sinds 1995 een mensenrechtendialoog op deskundigenniveau. De meest recente vergadering in dit kader heeft op 1 en 2 december 1997 plaatsgevonden in Beijing. De Europese Unie probeert door een constructieve dialoog en actieve samenwerking tot tastbare verbeteringen van de mensenrechtensituatie in China te komen.

    Tenslotte moge de Raad de Geachte Afgevaardigde nog attenderen op de bijzonder positieve initiatieven die door een aantal lidstaten worden ontwikkeld (studiebijeenkomsten, congressen, uitwisselingen van deskundigen, enz.) teneinde op internationaal niveau te komen tot een grotere bewustwording met betrekking tot mensenrechtenvraagstukken.

    Top