EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022TN0643

Zaak T-643/22: Beroep ingesteld op 14 oktober 2022 — Yanukovich / Raad

PB C 451 van 28.11.2022, p. 26–26 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

28.11.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 451/26


Beroep ingesteld op 14 oktober 2022 — Yanukovich / Raad

(Zaak T-643/22)

(2022/C 451/30)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Viktor Fedorovych Yanukovych (Rostov aan de Don, Rusland) (vertegenwoordiger: B. Kennelly, Barrister)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

Besluit (GBVB) 2022/1355 van de Raad van 4 augustus 2022 tot wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (1), en uitvoeringsverordening (EU) 2022/1354 van de Raad van 4 augustus 2022 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (2), voor zover dit van toepassing is op verzoeker, nietig verklaren. Verzoeker vordert tevens verwijzing van de Raad in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Tot staving van zijn beroep voert verzoeker één middel aan, namelijk dat de Raad kennelijke beoordelingsfouten heeft gemaakt door vast te stellen dat aan het aanwijzingscriterium was voldaan. In het bijzonder heeft de Raad, zonder enige poging tot verificatie, ongefundeerde en grotendeels historische beweringen, beschuldigingen en zelfs meningen uit verschillende mediaberichten van twijfelachtige betrouwbaarheid, op het eerste gezicht aanvaard. De Raad heeft deze beweringen en beschuldigingen als feiten gepresenteerd, ondanks de vele onjuistheden en inconsistenties die verzoeker in zijn opmerkingen heeft vastgesteld. De Raad had verder onderzoek moeten instellen en een behoorlijk onderzoek moeten verrichten naar de toereikendheid, geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van het materiaal waarop hij zich heeft gebaseerd, maar heeft dit nagelaten. Bijgevolg is er geen voldoende solide feitelijke basis voor de sancties van augustus 2022 en moeten deze dienovereenkomstig nietig worden verklaard.


(1)  PB 2022, L 204 I, blz. 4.

(2)  PB 2022, L 204 I, blz. 1.


Top