Pasirinkite eksperimentines funkcijas, kurias norite išbandyti

Šis dokumentas gautas iš interneto svetainės „EUR-Lex“

Dokumentas 62022CN0679

    Zaak C-679/22: Beroep ingesteld op 4 november 2022 — Europese Commissie / Ierland

    PB C 45 van 6.2.2023, p. 8—9 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    6.2.2023   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 45/8


    Beroep ingesteld op 4 november 2022 — Europese Commissie / Ierland

    (Zaak C-679/22)

    (2023/C 45/14)

    Procestaal: Engels

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: U. Małecka, L. Malferrari, E. Manhaeve, L. Armati, gemachtigden)

    Verwerende partij: Ierland

    Conclusies

    vaststellen dat Ierland, door niet (al) de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die noodzakelijk zijn om te voldoen aan richtlijn (EU) 2018/1801 (1) van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 tot wijziging van richtlijn 2010/13/EU (2) betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) in het licht van een veranderende marktsituatie, of, althans door deze bepalingen niet aan de Commissie mee te delen, de krachtens artikel 2 van deze richtlijn op deze lidstaat rustende verplichtingen niet is nagekomen;

    Ierland gelasten de Commissie een forfaitaire som te betalen, gebaseerd op een bedrag van 5 544,90 EUR per dag met een minimale forfaitaire som van 1 376 000 EUR;

    indien het verzuim om te voldoen aan de onder het eerste streepje bedoelde verplichtingen voortduurt tot aan de datum van uitspraak van het arrest in de onderhavige zaak, Ierland gelasten de Commissie een dwangsom te betalen van 33 257,20 EUR per dag vanaf de datum van uitspraak van het arrest in de onderhavige zaak tot de datum waarop het aan die verplichtingen voldoet; en

    Ierland verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Richtlijn (EU) 2018/1808 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 wijzigt richtlijn 2010/13/EU betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) in het licht van een veranderende marktsituatie. De richtlijnen van 2010 en 2018 harmoniseren nationale wetgeving inzake audiovisuele mediadiensten — zowel traditionele televisie-uitzendingen als diensten op aanvraag. De richtlijn van 2018 bevat voorschriften om technologische ontwikkelingen vorm te geven en brengt voor opkomende audiovisuele media een gelijk speelveld tot stand.

    De Commissie heeft Ierland op 20 november 2020 een aanmaningsbrief gestuurd aangezien Ierland haar niets had meegedeeld over de vaststelling van de noodzakelijke bepalingen om te voldoen aan de richtlijn. Bij brief van 23 september 2021, bij gebreke van enige verdere mededeling omtrent de omzetting van die richtlijn, heeft de Commissie Ierland een met redenen omkleed advies gestuurd. Ierland heeft echter nog altijd geen omzettingsmaatregelen vastgesteld, althans heeft deze lidstaat die maatregelen niet aan de Commissie meegedeeld.


    (1)  PB 2018, L 303, blz. 69.

    (2)  Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) (PB 2010, L 95, blz. 1).


    Į viršų