EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022CN0636

Zaak C-636/22: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Corte d’appello di Lecce (Italië) op 12 oktober 2022 — Strafzaak tegen PY

PB C 45 van 6.2.2023, p. 5–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

6.2.2023   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 45/5


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Corte d’appello di Lecce (Italië) op 12 oktober 2022 — Strafzaak tegen PY

(Zaak C-636/22)

(2023/C 45/09)

Procestaal: Italiaans

Verwijzende rechter

Corte d’appello di Lecce

Partij in de strafzaak

PY

Prejudiciële vragen

a)

Verzet artikel 5, punt 3, van [kaderbesluit] 2002/584/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten (1), uitgelegd in het licht van artikel 1, lid 3, van dit kaderbesluit en artikel 7 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, zich tegen een regeling als de Italiaanse die — in het kader van een procedure betreffende een Europees aanhoudingsbevel ter fine van een strafvervolging — de uitvoerende rechterlijke autoriteiten absoluut en automatisch belet om overlevering te weigeren van onderdanen van derde landen die ingezetenen zijn of verblijven op Italiaans grondgebied, ongeacht de banden die zij met dit grondgebied hebben?

b)

indien de vraag onder a) bevestigend wordt beantwoord: op grond van welke criteria en veronderstellingen moeten dergelijke banden worden beschouwd als dermate belangrijk dat de rechterlijke autoriteit de tenuitvoerlegging van de overlevering moet weigeren?


(1)  PB 2002, L 190, blz. 1.


Top