Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022CN0336

    Zaak C-336/22: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Düsseldorf (Duitsland) op 23 mei 2022 — f6 Cigarettenfabrik GmbH & Co. KG / Hauptzollamt Bielefeld

    PB C 318 van 22.8.2022, p. 28–29 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    22.8.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 318/28


    Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Düsseldorf (Duitsland) op 23 mei 2022 — f6 Cigarettenfabrik GmbH & Co. KG / Hauptzollamt Bielefeld

    (Zaak C-336/22)

    (2022/C 318/40)

    Procestaal: Duits

    Verwijzende rechter

    Finanzgericht Düsseldorf

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: f6 Cigarettenfabrik GmbH & Co. KG

    Verwerende partij: Hauptzollamt Bielefeld

    Prejudiciële vragen

    1)

    Moet artikel 1, lid 2, van richtlijn 2008/118/EG (1) in de versie van richtlijn (EU) 2019/475 (2) aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale regeling van een lidstaat betreffende de heffing van belasting op verhitte tabak, die met betrekking tot de berekening van de belasting bepaalt dat naast de belasting op pijptabak een extra belasting wordt geheven ten belope van 80 procent van het bedrag van de belasting op sigaretten, verminderd met het bedrag van de belasting op pijptabak?

    2)

    Indien de extra belasting op verhitte tabak geen andere indirecte belasting met specifieke doeleinden op accijnsgoederen in de zin van artikel 1, lid 2, van richtlijn 2008/118 is, moet artikel 14, lid 3, van richtlijn 2011/64/EU (3) dan aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale regeling van een lidstaat betreffende de heffing van tabaksbelasting op verhitte tabak, die met betrekking tot de berekening van de belasting bepaalt dat naast de belasting op pijptabak een extra belasting wordt geheven ten belope van 80 procent van het bedrag van de belasting op sigaretten verminderd met het bedrag van de belasting op pijptabak?

    3)

    Indien de extra belasting op verhitte tabak geen andere indirecte belasting met specifieke doeleinden op accijnsgoederen in de zin van artikel 1, lid 2, richtlijn 2008/118 is, moet artikel 14, lid 1, eerste alinea, onder b), en lid 2, eerste alinea, onder c), van richtlijn 2011/64 dan aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale regeling van een lidstaat betreffende de heffing van belasting op verhitte tabak, die met betrekking tot de berekening van de belasting bepaalt dat deze moet worden berekend op basis van een ad valorem tarief, alsmede op basis van een specifiek tarief, dat wordt berekend op grond van het gewicht van de tabaksrolletjes en het aantal stuks daarvan?

    (1)  Richtlijn 2008/118/EG van de Raad van 16 december 2008 houdende een algemene regeling inzake accijns en houdende intrekking van richtlijn 92/12/EEG (PB 2009, L 9, blz. 12).

    (2)  Richtlijn (EU) 2019/475 van de Raad van 18 februari 2019 tot wijziging van richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de opname van de Italiaanse gemeente Campione d’Italia en de Italiaanse wateren van het meer van Lugano in het douanegebied van de Unie en in het territoriale toepassingsgebied van richtlijn 2008/118/EG (PB 2019, L 83, blz. 42).

    (3)  Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten (PB 2011, L 176, blz. 24).


    Top