This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020CN0337
Case C-337/20: Request for a preliminary ruling from the Cour de cassation (France) lodged on 23 July 2020 — DM, LR v Caisse régionale de Crédit agricole mutuel (CRCAM) Alpes-Provence
Zaak C-337/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation (Frankrijk) op 23 juli 2020 — DM, LR/Caisse régionale de Crédit agricole mutuel (CRCAM) Alpes-Provence
Zaak C-337/20: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation (Frankrijk) op 23 juli 2020 — DM, LR/Caisse régionale de Crédit agricole mutuel (CRCAM) Alpes-Provence
PB C 339 van 12.10.2020, p. 3–4
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
12.10.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 339/3 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation (Frankrijk) op 23 juli 2020 — DM, LR/Caisse régionale de Crédit agricole mutuel (CRCAM) Alpes-Provence
(Zaak C-337/20)
(2020/C 339/04)
Procestaal: Frans
Verwijzende rechter
Cour de cassation
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: DM, LR
Verwerende partij: Caisse régionale de Crédit agricole mutuel (CRCAM) Alpes-Provence
Prejudiciële vragen
1) |
Moet artikel 58 van richtlijn 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt tot wijziging van de richtlijnen 97/7/EG, 2002/65/EG, 2005/60/EG en 2006/48/EG, en tot intrekking van richtlijn 97/5/EG (1) aldus worden uitgelegd dat daarbij voor niet-toegestane of foutieve betalingstransacties een aansprakelijkheidsregeling wordt ingesteld voor de betalingsdienstaanbieder waardoor elke aansprakelijkheidsvordering naar gemeen recht op basis van dezelfde feiten wegens niet-nakoming door deze aanbieder van de verplichtingen die hem door het nationale recht worden opgelegd, wordt uitgesloten, met name wanneer de betalingsdienstgebruiker de betalingsdienstaanbieder niet binnen 13 maanden na de debitering ervan in kennis heeft gesteld dat een betalingstransactie niet is toegestaan of onjuist is uitgevoerd? |
2) |
Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord: verzet dat artikel zich ertegen dat de borg van de betalingsdienstgebruiker zich op basis van dezelfde feiten beroept op de aansprakelijkheid naar gemeen recht van de betalingsdienstaanbieder, de begunstigde van de borgtocht, om het bedrag van de gegarandeerde schuld te betwisten? |