Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62019CN0869

    Zaak C-869/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Supremo (Spanje) op 28 november 2019 — L / Banco de Caja España de Inversiones, Salamanca y Soria, S.A.U.

    PB C 87 van 16.3.2020, p. 5–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    16.3.2020   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 87/5


    Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Supremo (Spanje) op 28 november 2019 — L / Banco de Caja España de Inversiones, Salamanca y Soria, S.A.U.

    (Zaak C-869/19)

    (2020/C 87/06)

    Procestaal: Spaans

    Verwijzende rechter

    Tribunal Supremo

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekster tot cassatie/verzoekende partij in eerste aanleg: L

    Verweerster in cassatie/verwerende partij in eerste aanleg: Banco de Caja España de Inversiones, Salamanca y Soria, S.A.U.

    Prejudiciële vraag

    Staat artikel 6, lid 1, van richtlijn 93/13/EEG (1) in de weg aan de toepassing van de procedurele beginselen van lijdelijkheid, samenhang en verbod op reformatio in peius, op grond waarvan de rechter die kennisneemt van het door de bank ingestelde hoger beroep tegen een vonnis dat de terugbetaling in de tijd beperkt van bedragen die door de consument onverschuldigd zijn voldaan op grond van een nietig verklaard “bodemrentebeding”, geen volledige terugbetaling van voornoemde bedragen kan gelasten en daardoor de verzoekende partij in een nadeliger situatie plaatst, omdat zij die beperking niet heeft aangevochten?


    (1)  Richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten (PB 1993, L 95, blz. 29).


    Top