Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62019CN0090

    Zaak C-90/19: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Consiglio di Stato (Italië) op 5 februari 2019 — Rieco SpA/Comune di Ortona, Ecolan SpA

    PB C 182 van 27.5.2019, p. 7–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    27.5.2019   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 182/7


    Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Consiglio di Stato (Italië) op 5 februari 2019 — Rieco SpA/Comune di Ortona, Ecolan SpA

    (Zaak C-90/19)

    (2019/C 182/09)

    Procestaal: Italiaans

    Verwijzende rechter

    Consiglio di Stato

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Rieco SpA

    Verwerende partijen: Comune di Ortona, Ecolan SpA

    Prejudiciële vragen

    1)

    Verzet het Unierecht (in het bijzonder het beginsel van bestuurlijke vrijheid van de overheid en het beginsel dat de verschillende wijzen van plaatsing van opdrachten en van beheer van diensten die van belang zijn voor de overheid, in essentie gelijkwaardig zijn) zich tegen een nationale regeling (zoals die van artikel 192, lid 2, van de Codice dei contratti pubblici [wetboek overheidsopdrachten; wetsbesluit nr. 50/2016]) die impliceert dat inhouseplaatsingen ten opzichte van plaatsingen via aanbesteding slechts subsidiair en in uitzonderlijke gevallen mogen worden verricht, door (i) dergelijke plaatsingen alleen toe te staan indien is aangetoond dat de relevante markt faalt, en (ii) in elk geval aan de aanbestedende dienst die van plan is een plaatsing onder de regeling interne delegatie te verrichten, te eisen dat hij specifiek aangeeft welke voordelen deze vorm van plaatsing voor de samenleving heeft?

    2)

    Verzet het Unierecht (in het bijzonder artikel 12, lid 3, van richtlijn 2014/24/EU (1), betreffende inhouseplaatsingen onder de regeling van toezicht als op de eigen diensten dat verschillende overheidsdiensten gezamenlijk uitoefenen) zich tegen een nationale regeling (zoals artikel 4, lid 1, van de geconsolideerde tekst betreffende vennootschappen waarin de overheid participeert, wetsbesluit nr. 175/2016) die een overheidsdienst verbiedt in een orgaan waarin meerdere andere overheidsdiensten participeren een participatie te verwerven (die in elk geval niet volstaat om daarover zeggenschap te verwerven of om daarin een vetorecht te kunnen uitoefenen) wanneer deze dienst van plan is om in de toekomst een positie van gezamenlijk toezicht te verwerven en daarmee de mogelijkheid te krijgen rechtstreeks plaatsingen te verrichten bij dat orgaan waarin verschillende overheidsdiensten participeren?


    (1)  Richtlijn 2014/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten en tot intrekking van richtlijn 2004/18/EG (PB 2014, L 94, blz. 65).


    Top