This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62017CA0535
Case C-535/17: Judgment of the Court (First Chamber) of 6 February 2019 (request for a preliminary ruling from the Hoge Raad der Nederlanden — Netherlands) — NK, liquidator in the bankruptcies of PI Gerechtsdeurwaarderskantoor BV and PI v BNP Paribas Fortis NV (Reference for a preliminary ruling — Judicial cooperation in civil matters — Jurisdiction and the enforcement of judgments in civil and commercial matters — Regulation (EC) No 44/2001 and Regulation (EC) No 1346/2000 — Scope of those regulations — Bankruptcy of a bailiff — Action brought by the liquidator in charge of administering and liquidating the bankruptcy)
Zaak C-535/17: Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 6 februari 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden — Nederland) — NK, in zijn hoedanigheid van curator in de faillissementen van PI Gerechtsdeurwaarderskantoor BV en PI/BNP Paribas Fortis NV (Prejudiciële verwijzing — Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken — Rechterlijke bevoegdheid en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken — Verordeningen (EG) nr. 44/2001 en (EG) nr. 1346/2000 — Respectieve werkingssfeer — Faillissement van een gerechtsdeurwaarder — Vordering van de curator belast met het beheer en de vereffening van de boedel)
Zaak C-535/17: Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 6 februari 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden — Nederland) — NK, in zijn hoedanigheid van curator in de faillissementen van PI Gerechtsdeurwaarderskantoor BV en PI/BNP Paribas Fortis NV (Prejudiciële verwijzing — Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken — Rechterlijke bevoegdheid en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken — Verordeningen (EG) nr. 44/2001 en (EG) nr. 1346/2000 — Respectieve werkingssfeer — Faillissement van een gerechtsdeurwaarder — Vordering van de curator belast met het beheer en de vereffening van de boedel)
PB C 131 van 8.4.2019, p. 9–9
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
8.4.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 131/9 |
Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 6 februari 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden — Nederland) — NK, in zijn hoedanigheid van curator in de faillissementen van PI Gerechtsdeurwaarderskantoor BV en PI/BNP Paribas Fortis NV
(Zaak C-535/17) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken - Rechterlijke bevoegdheid en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken - Verordeningen (EG) nr. 44/2001 en (EG) nr. 1346/2000 - Respectieve werkingssfeer - Faillissement van een gerechtsdeurwaarder - Vordering van de curator belast met het beheer en de vereffening van de boedel)
(2019/C 131/10)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Hoge Raad der Nederlanden
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: NK, in zijn hoedanigheid van curator in de faillissementen van PI Gerechtsdeurwaarderskantoor BV en PI
Verwerende partij: BNP Paribas Fortis NV
Dictum
Artikel 1, lid 1 en lid 2, onder b), van verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken moet aldus worden uitgelegd dat een vordering tot schadevergoeding uit onrechtmatige daad als in het hoofdgeding aan de orde, ingesteld door de curator in het kader van een insolventieprocedure, waarvan de opbrengst bij slagen ervan ten goede komt aan de boedel, onder het begrip „burgerlijke en handelszaken” in de zin van lid 1 van deze bepaling valt en dus binnen de materiële werkingssfeer van deze verordening.