Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62016TA0087

    Zaak T-87/16: Arrest van het Gerecht van 21 september 2017 — Eurofast/Commissie („Financiële steun — Zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie — ASSET-overeenkomst — Besluit tot invordering door verrekening van bepaalde uitgekeerde bedragen na een financiële audit — Beroep tot nietigverklaring — Gewettigd vertrouwen — Arbitragebeding — Termijn voor het mededelen van het auditverslag — Beginsel van hoor en wederhoor — Subsidiabiliteit van kosten — Contractuele aansprakelijkheid”)

    PB C 374 van 6.11.2017, p. 31–32 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    6.11.2017   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 374/31


    Arrest van het Gerecht van 21 september 2017 — Eurofast/Commissie

    (Zaak T-87/16) (1)

    ((„Financiële steun - Zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie - ASSET-overeenkomst - Besluit tot invordering door verrekening van bepaalde uitgekeerde bedragen na een financiële audit - Beroep tot nietigverklaring - Gewettigd vertrouwen - Arbitragebeding - Termijn voor het mededelen van het auditverslag - Beginsel van hoor en wederhoor - Subsidiabiliteit van kosten - Contractuele aansprakelijkheid”))

    (2017/C 374/47)

    Procestaal: Frans

    Partijen

    Verzoekende partij: Eurofast SARL (Parijs, Frankrijk) (vertegenwoordiger: S. Pappas, advocaat)

    Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: J. Estrada de Solà, S. Delaude en S. Lejeune, gemachtigden)

    Voorwerp

    Ten eerste een verzoek krachtens artikel 263 VWEU tot nietigverklaring van het besluit van de Commissie van 17 december 2015 om over te gaan tot invordering door verrekening, op basis van de conclusies van een financiële audit, van bepaalde aan verzoekster betaalde voorschotten ter uitvoering van subsidieovereenkomst nr. 211625 voor de verwezenlijking van het project Asset, dat is overeengekomen in het kader van het Zevende kaderprogramma voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie en, ten tweede, een verzoek krachtens artikel 272 VWEU waarmee wordt verzocht vast te stellen dat die vordering niet bestaat, te verklaren dat de kosten gemaakt voor de uitvoering van subsidieovereenkomst nr. 211625 ter verwezenlijking van het project Asset subsidiabel zijn, de Commissie de rechtmatigheid van de toegekende financiering te laten bevestigen, de Commissie te gelasten een bedrag te betalen tot uitvoering van subsidieovereenkomst nr. 607049 voor de verwezenlijking van het project Eksistenz, en de Commissie te veroordelen tot het betalen van een contractuele schadevergoeding

    Dictum

    1)

    Het beroep wordt verworpen.

    2)

    Eurofast SARL wordt veroordeeld tot betaling aan de Europese Commissie van 78 380,28 EUR, hetgeen overeenkomt met de terugbetaling van de financiële steun die zij heeft genoten uit hoofde van subsidieovereenkomst nr. 211625 voor de verwezenlijking van het project „Aeronautic Study on Seamless Transport”, vermeerderd met vertragingsrente van 3,55 % vanaf 13 januari 2015, met aftrek van het gesaldeerde bedrag, zijnde 69 923,68 EUR op 17 december 2015.

    3)

    Eurofast zal haar eigen kosten dragen, alsmede die van de Europese Commissie, met inbegrip van de kosten van de procedure in kort geding.


    (1)  PB C 136 van 18.4.2016.


    Top