EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62016CA0254
Case C-254/16: Judgment of the Court (Seventh Chamber) of 6 July 2017 (request for a preliminary ruling from the Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hungary) — Glencore Agriculture Hungary Kft., formerly Glencore Grain Hungary Kft. v Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatóság (Reference for a preliminary ruling — Common system of value added tax (VAT) — Directive 2006/112/EC — Article 183 — Principle of fiscal neutrality — Deduction of input tax — Refund of overpaid VAT — Investigation procedure — Fine imposed on the taxable person in the course of such a procedure — Extension of the period within which the refund must be made — Exclusion of payment of default interest)
Zaak C-254/16: Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 6 juli 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Glencore Agriculture Hungary Kft., voorheen Glencore Grain Hungary Kft./Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatóság [Prejudiciële verwijzing — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (btw) — Richtlijn 2006/112/EG — Artikel 183 — Beginsel van fiscale neutraliteit — Aftrek van de voorbelasting — Teruggaaf van het btw-overschot — Controleprocedure — Geldboete opgelegd aan de belastingplichtige tijdens een dergelijke procedure — Verlenging van de teruggaaftermijn — Uitsluiting van de betaling van vertragingsrente]
Zaak C-254/16: Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 6 juli 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Glencore Agriculture Hungary Kft., voorheen Glencore Grain Hungary Kft./Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatóság [Prejudiciële verwijzing — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (btw) — Richtlijn 2006/112/EG — Artikel 183 — Beginsel van fiscale neutraliteit — Aftrek van de voorbelasting — Teruggaaf van het btw-overschot — Controleprocedure — Geldboete opgelegd aan de belastingplichtige tijdens een dergelijke procedure — Verlenging van de teruggaaftermijn — Uitsluiting van de betaling van vertragingsrente]
PB C 283 van 28.8.2017, p. 8–9
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
28.8.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 283/8 |
Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 6 juli 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság — Hongarije) — Glencore Agriculture Hungary Kft., voorheen Glencore Grain Hungary Kft./Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatóság
(Zaak C-254/16) (1)
([Prejudiciële verwijzing - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (btw) - Richtlijn 2006/112/EG - Artikel 183 - Beginsel van fiscale neutraliteit - Aftrek van de voorbelasting - Teruggaaf van het btw-overschot - Controleprocedure - Geldboete opgelegd aan de belastingplichtige tijdens een dergelijke procedure - Verlenging van de teruggaaftermijn - Uitsluiting van de betaling van vertragingsrente])
(2017/C 283/11)
Procestaal: Hongaars
Verwijzende rechter
Fővárosi Közigazgatási és Munkaügyi Bíróság
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Glencore Agriculture Hungary Kft., voorheen Glencore Grain Hungary Kft.
Verwerende partij: Nemzeti Adó- és Vámhivatal Fellebbviteli Igazgatóság
Dictum
Het Unierecht moet aldus worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een nationale regeling als in het hoofdgeding, volgens welke, wanneer de belastingdienst een fiscale controleprocedure heeft ingeleid en aan een belastingplichtige een geldboete wegens niet-medewerking wordt opgelegd, de termijn voor de teruggaaf van het overschot aan belasting over de toegevoegde waarde kan worden verlengd tot de afgifte aan die belastingplichtige van het proces-verbaal van die controle en de betaling van vertragingsrente kan worden geweigerd, ook al duurt de fiscale controleprocedure buitensporig lang en is die buitensporig lange duur niet volledig te wijten aan het gedrag van de belastingplichtige.