Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015TN0747R(01)

    Rectificatie van het beroep ingesteld op 22 december 2015 — EDF/Commissie (Zaak T-747/15) (PB C 78 van 29.2.2016.)

    PB C 136 van 18.4.2016, p. 51–52 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    18.4.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 136/51


    Rectificatie van het beroep ingesteld op 22 december 2015 — EDF/Commissie

    (Zaak T-747/15)

    ( Publicatieblad van de Europese Unie C 78 van 29 februari 2016 .)

    (2016/C 136/74)

    De mededeling in het PB in zaak T-747/15, EDF/Commissie, dient te worden gelezen als volgt:

    „Beroep ingesteld op 22 december 2015 — EDF/Commissie

    (Zaak T-747/15)

    (2016/C 078/35)

    Procestaal: Frans

    Partijen

    Verzoekende partij: Électricité de France (EDF) (Parijs, Frankrijk) (vertegenwoordiger: M. Debroux, advocaat)

    Verwerende partij: Europese Commissie

    Conclusies

    primair: de artikelen 1, 2, 3, 4 en 5 van het besluit van de Commissie van 22 juli 2015 betreffende steunmaatregel SA.13869 (C 68/2002) (ex NN 80/2002) — Herclassificatie van de belastingvrije boekhoudkundige voorzieningen voor de vervanging van het hoogspanningsnet als kapitaal die door Frankrijk ten uitvoer is gelegd ten gunste van EDF (hierna: „bestreden besluit”) nietig verklaren wegens schending van wezenlijke vormvoorschriften, onjuiste rechtsopvattingen en feitelijke onjuistheden;

    subsidiair: de artikelen 1, 2 en 3 van het bestreden besluit nietig verklaren, voor zover het bedrag dat EDF moest terugbetalen veel te hoog is vastgesteld, en

    in ieder geval de Commissie verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Tot staving van haar beroep voert verzoekster primair drie middelen aan.

    1.

    Eerste middel: schending van artikel 266 VWEU.

    2.

    Tweede middel: onjuiste opvatting van artikel 107 VWEU. Dit middel valt uiteen twee onderdelen:

    Eerste onderdeel: toepasselijkheid van de toets van de particuliere investeerder, dat vijf aspecten heeft.

    Eerste aspect: de Commissie heeft, zonder enige rechtvaardiging of motivering, geen rekening gehouden met tal van documenten en stukken die naar behoren door Frankrijk en EDF zijn overgelegd.

    Tweede aspect: de Commissie heeft de elementen die respectievelijk onder de toepasselijkheid en de toepassing van de toets van de particuliere investeerder vallen, systematisch door elkaar gehaald.

    Derde aspect: de Commissie heeft ten onrechte uitgesloten dat het criterium van de voorzichtige particuliere investeerder van toepassing was, enkel op grond dat Frankrijk de maatregel vooral had onderzocht vanuit het oogpunt van haar hoedanigheid van overheid, naast het oogpunt van haar hoedanigheid van aandeelhouder.

    Vierde aspect: de Commissie heeft ten onrechte overwogen dat EDF afzonderlijk een officieel businessplan moest hebben om te rechtvaardigen dat het criterium van de voorzichtige particuliere investeerder van toepassing was.

    Vijfde aspect: de Commissie heeft de aard en het onderwerp van deze maatregel, de context ervan, alsmede de nagestreefde doelstelling en de regels die op deze maatregel van toepassing zijn, onjuist opgevat.

    Tweede onderdeel: toepassing van de toets van de particuliere investeerder, dat drie aspecten heeft.

    Eerste aspect: de Commissie heeft het Oxera-rapport ten onrechte beoordeeld als niet-ontvankelijk bewijs.

    Tweede aspect: de methode van de Commissie is duidelijk gebrekkig. In de eerste plaats heeft de Commissie geen rekening gehouden met de context van de betreffende periode, noch met de criteria die de investeerders uit de betreffende periode zouden hebben toegepast. In de tweede plaats is de door de Commissie volgehouden stelling van het „belastingcadeau” niet alleen de uiting van een onjuiste rechtsopvatting, maar ook de bron van fouten in de beoordeling van de relevantie van de investering. In de derde plaats heeft de Commissie in haar werkwijze fout op fout gestapeld, die elk afzonderlijk volstaan om aan te tonen dat de Commissie niet duidelijk heeft aangetoond dat het criterium van de particuliere investeerder niet is toegepast.

    Derde aspect: de gevolgen van de fouten die de Commissie in haar werkwijze heeft gemaakt.

    3.

    Derde middel: ontoereikende motivering van het bestreden besluit.

    Tot staving van het beroep voert verzoekster subsidiair nog twee middelen aan.

    1.

    Eerste subsidiaire middel: het grootste deel van de vermeende steun is verjaard. Dit middel valt uiteen in twee onderdelen:

    Eerste onderdeel: het gaat in hoofdzaak om bestaande steun die voortvloeit uit een maatregel die is toegepast voordat de Europese elektriciteitsmarkt werd opengesteld voor concurrentie.

    Tweede onderdeel: een aanzienlijk deel van de vermeende steun is het gevolg van een maatregel die meer dan tien jaar vóór de eerste onderzoekshandeling is uitgevoerd.

    2.

    Tweede subsidiaire middel: rekenfouten die de Commissie heeft begaan bij de vaststelling van de vermeende steun. Dit middel heeft drie onderdelen:

    Eerste onderdeel: de Commissie heeft fouten gemaakt met betrekking tot het totaalbedrag van de reserves voor vervanging.

    Tweede onderdeel: de Commissie heeft fouten gemaakt met betrekking tot de toepasselijke belastingvoet.

    Derde onderdeel: het bedrag van de vermeende steun moet worden herzien op basis van deze gecorrigeerde gegevens.”


    Top