Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015CA0040

    Zaak C-40/15: Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 17 maart 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Naczelny Sąd Administracyjny — Polen) — Minister Finansów/Aspiro SA, voorheen BRE Ubezpieczenia sp. z o.o. [Prejudiciële verwijzing — Fiscale bepalingen — Belasting over de toegevoegde waarde — Richtlijn 2006/112/EG — Artikel 135, lid 1, onder a) — Vrijstelling op verzekeringsgebied — Begrippen handelingen ter zake van „verzekering” en „daarmee samenhangende diensten, verricht door assurantiemakelaars en verzekeringstussenpersonen” — Diensten ter zake van de behandeling van schadegevallen, verricht namens en voor rekening van een verzekeraar]

    PB C 156 van 2.5.2016, p. 13–14 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    2.5.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 156/13


    Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 17 maart 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Naczelny Sąd Administracyjny — Polen) — Minister Finansów/Aspiro SA, voorheen BRE Ubezpieczenia sp. z o.o.

    (Zaak C-40/15) (1)

    ([Prejudiciële verwijzing - Fiscale bepalingen - Belasting over de toegevoegde waarde - Richtlijn 2006/112/EG - Artikel 135, lid 1, onder a) - Vrijstelling op verzekeringsgebied - Begrippen handelingen ter zake van „verzekering” en „daarmee samenhangende diensten, verricht door assurantiemakelaars en verzekeringstussenpersonen” - Diensten ter zake van de behandeling van schadegevallen, verricht namens en voor rekening van een verzekeraar])

    (2016/C 156/18)

    Procestaal: Pools

    Verwijzende rechter

    Naczelny Sąd Administracyjny

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Minister Finansów

    Verwerende partij: Aspiro SA, voorheen BRE Ubezpieczenia sp. z o.o.

    Dictum

    Artikel 135, lid 1, onder a), van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, moet aldus worden uitgelegd dat diensten ter zake van de behandeling van schadegevallen zoals die in het hoofdgeding, die door een derde namens en voor rekening van een verzekeringsmaatschappij worden verricht, niet onder de in die bepaling voorziene vrijstelling vallen.


    (1)  PB C 155 van 11.5.2015.


    Top