EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62013TN0354

Zaak T-354/13: Beroep ingesteld op 4 juli 2013 — Zentralverband des Deutschen Bäckerhandwerks/Commissie

PB C 260 van 7.9.2013, p. 43–44 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
PB C 260 van 7.9.2013, p. 33–34 (HR)

7.9.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 260/43


Beroep ingesteld op 4 juli 2013 — Zentralverband des Deutschen Bäckerhandwerks/Commissie

(Zaak T-354/13)

2013/C 260/78

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Zentralverband des Deutschen Bäckerhandwerks e.V. (Berlijn, Duitsland) (vertegenwoordigers: I. Jung, M. Teworte-Vey, A. Renvert en J. T. Saatkamp, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

verweersters besluit van 8 april 2013 in de zaak „Kołocz śląski/Kołacz śląski” — Silezisch kruimelgebak (Ref. Ares [2013] 619104 — 10 april 2013) nietig te verklaren.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij twee middelen aan.

1)

Eerste middel: onjuiste rechtsgrondslag

Verzoekster voert aan dat verweerster blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door haar besluit op verzoeksters verzoek tot annulering van de registratie „Kołocz śląski/Kołacz śląski” als beschermde geografische aanduiding te baseren op de ten tijde van verweersters besluit geldende nieuwe versie van verordening (EU) nr. 1151/2012 (1) in plaats van op de ten tijde van verzoeksters verzoek geldende oude verordening (EG) nr. 510/2006 (2), waardoor zij het beginsel „tempus regit actum” heeft geschonden.

Verzoekster voert voorts aan dat het verzoek tot annulering van de registratie overeenkomstig verordening nr. 510/2006 ontvankelijk en gegrond is. Dienaangaande betoogt zij onder meer dat voor de toepassing van artikel 12, lid 2, van verordening nr. 510/2006 sprake is van twee redenen om tot annulering over te gaan (de litigieuze aanduiding is een soortnaam in de zin van artikel 3, lid 1, van verordening nr. 510/2006 en het geografische gebied Silezië is verkeerd afgebakend in het op de registratie betrekking hebbende productdossier) en dat een afwijkende uitlegging en toepassing van deze bepaling de bakkersbedrijven in de Bondsrepubliek Duitsland zou schaden in hun grondrechten.

2)

Tweede middel: schending van verordening nr. 1151/2012

Verzoekster voert aan dat haar verzoek ook ontvankelijk en gegrond is indien het op grond van verordening nr. 1151/2012 zou worden beoordeeld.


(1)  Verordening van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 343, blz. 1).

(2)  Verordening van de Raad van 20 maart 2006 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 93, blz. 12).


Top