This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62013TN0125
Case T-125/13: Action brought on 4 March 2013 — Italy v Commission
Zaak T-125/13: Beroep ingesteld op 4 maart 2013 — Italië/Commissie
Zaak T-125/13: Beroep ingesteld op 4 maart 2013 — Italië/Commissie
PB C 114 van 20.4.2013, p. 44–45
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
20.4.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 114/44 |
Beroep ingesteld op 4 maart 2013 — Italië/Commissie
(Zaak T-125/13)
2013/C 114/67
Procestaal: Italiaans
Partijen
Verzoekende partij: Italiaanse Republiek (vertegenwoordigers: G. Palmieri en S. Fiorentino, avvocati dello stato)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:
— |
besluit C(2012) 9448 final van de Commissie van 19 december 2012, betekend op 20 december, over de verhoging van het kapitaal door de vennootschap SEA SpA ten gunste van SEA Handeling SpA, nietig te verklaren; |
— |
de Commissie te verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
In de onderhavige zaak keert de verzoekende Staat zich tegen het besluit van de Europese Commissie waarbij deze heeft verklaard dat de maatregelen die SEA SpA, exploitant van de luchthavens Milaan Malpensa en Milaan Linate, heeft genomen ten gunste van haar dochtermaatschappij SEA Handling SpA, die belast is met de grondafhandelingsdiensten op deze luchthavens, staatssteun vormen die onverenigbaar is met de interne markt. Deze maatregelen bestaan in wezen in herhaalde inbreng van kapitaal om exploitatieverliezen te compenseren.
Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij vier middelen aan.
1) |
Eerste middel: schending van de beginselen van behoorlijk bestuur en rechtszekerheid.
|
2) |
Tweede middel: schending van wezenlijke vormvoorschriften, namelijk schending van het recht te worden gehoord en ontoereikend onderzoek.
|
3) |
Derde middel: schending van de artikelen 107 en 108, lid 3, VWEU, en onjuiste reconstructie van de feiten, alsook motiveringsgebrek met betrekking tot de toerekenbaarheid van de omstreden maatregelen aan de overheid.
|
4) |
Vierde middel: schending van de artikelen 107 en 108, lid 3, VWEU, en onjuiste reconstructie van de feiten, alsook motiveringsgebrek met betrekking tot de toerekenbaarheid van de omstreden maatregelen aan de overheid.
|