This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62011CA0106
Case C-106/11: Judgment of the Court (Eighth Chamber) of 7 June 2012 (reference for a preliminary ruling from the Hoge Raad der Nederlanden — Netherlands) — M.J. Bakker v Minister van Financiën (Social security for migrant workers — Legislation applicable — Worker holding Netherlands nationality working, for an employer established in the Netherlands, on board dredgers flying the Netherlands flag which operate outside the territory of the European Union — Residence in the territory of another Member State — Affiliation to the Netherlands social security system)
Zaak C-106/11: Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 7 juni 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden) — M. J. Bakker/Minister van Financiën (Sociale zekerheid van migrerende werknemers — Toepasselijke wetgeving — Werknemer met Nederlandse nationaliteit die buiten grondgebied van Europese Unie aan boord van baggerschepen onder Nederlandse vlag voor in Nederland gevestigde werkgever werkt — Woonplaats op grondgebied van andere lidstaat — Aansluiting bij Nederlands socialezekerheidsstelsel)
Zaak C-106/11: Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 7 juni 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden) — M. J. Bakker/Minister van Financiën (Sociale zekerheid van migrerende werknemers — Toepasselijke wetgeving — Werknemer met Nederlandse nationaliteit die buiten grondgebied van Europese Unie aan boord van baggerschepen onder Nederlandse vlag voor in Nederland gevestigde werkgever werkt — Woonplaats op grondgebied van andere lidstaat — Aansluiting bij Nederlands socialezekerheidsstelsel)
PB C 217 van 21.7.2012, p. 4–5
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
21.7.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 217/4 |
Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 7 juni 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden) — M. J. Bakker/Minister van Financiën
(Zaak C-106/11) (1)
(Sociale zekerheid van migrerende werknemers - Toepasselijke wetgeving - Werknemer met Nederlandse nationaliteit die buiten grondgebied van Europese Unie aan boord van baggerschepen onder Nederlandse vlag voor in Nederland gevestigde werkgever werkt - Woonplaats op grondgebied van andere lidstaat - Aansluiting bij Nederlands socialezekerheidsstelsel)
2012/C 217/07
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Hoge Raad der Nederlanden
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: M. J. Bakker
Verwerende partij: Minister van Financiën
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — Hoge Raad der Nederlanden — Uitlegging van de artikelen 1, sub a, 2 en 13, lid 2, sub c, van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 149, blz. 2) — Werknemer met de Nederlandse nationaliteit die buiten het grondgebied van de Europese Unie voor een Nederlandse werkgever werkt aan boord van baggerschepen die onder de Nederlandse vlag varen — Werknemer die op het grondgebied van een andere lidstaat woont — Geen aansluiting bij het Nederlandse socialezekerheidsstelsel
Dictum
Artikel 13, lid 2, sub c, van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, in de versie zoals gewijzigd en bijgewerkt bij verordening (EG) nr. 118/97 van de Raad van 2 december 1996, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 307/1999 van de Raad van 8 februari 1999, moet aldus worden uitgelegd dat het eraan in de weg staat dat een wettelijke maatregel van een lidstaat van aansluiting bij het stelsel van sociale zekerheid van die lidstaat uitsluit een persoon in een situatie als die van verzoeker in het hoofdgeding, die de nationaliteit van die lidstaat bezit maar niet in die lidstaat woont en die in dienstbetrekking werkzaam is aan boord van een baggerschip dat onder de vlag van diezelfde lidstaat vaart en buiten het grondgebied van de Europese Unie zijn werkzaamheden verricht.