Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62008CN0240

    Zaak C-240/08: Beroep ingesteld op 2 juni 2008 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Groothertogdom Luxemburg

    PB C 183 van 19.7.2008, p. 17–17 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    19.7.2008   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 183/17


    Beroep ingesteld op 2 juni 2008 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Groothertogdom Luxemburg

    (Zaak C-240/08)

    (2008/C 183/34)

    Procestaal: Frans

    Partijen

    Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordiger: N. Yerrell, gemachtigde)

    Verwerende partij: Groothertogdom Luxemburg

    Conclusies

    vast te stellen dat het Groothertogdom Luxemburg, door niet alle wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die nodig zijn om te voldoen aan richtlijn 2006/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 inzake minimumvoorwaarden voor de uitvoering van de verordeningen (EEG) nr. 3820/85 en (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer en tot intrekking van richtlijn 88/599/EEG van de Raad (1), en in ieder geval door deze bepalingen niet aan de Commissie mee te delen, de krachtens deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen;

    het Groothertogdom Luxemburg te verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    De termijn voor omzetting van richtlijn 2006/22/EG in nationaal recht is op 1 april 2007 verstreken. Op het ogenblik van instelling van het onderhavige beroep had verweerder nog steeds niet de nodige maatregelen vastgesteld voor de uitvoering van de richtlijn of, in ieder geval, had hij deze niet aan de Commissie meegedeeld.


    (1)  PB L 102, blz. 35.


    Top