Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62008CB0039

Gevoegde zaken C-39/08 en C-43/08: Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 12 februari 2009 (verzoeken om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundespatentgericht — Duitsland) — Bild digital GmbH & Co. KG, voorheen Bild.T-Online.de AG & Co. KG (C-39/08), ZVS Zeitungsvertrieb Stuttgart GmbH (C-43/08)/president van het Deutsche Patent- und Markenamt (Artikel 104, lid 3, eerste alinea, van het Reglement voor de procesvoering — Richtlijn 89/104/EEG — Aanvragen om inschrijving van merk — Onderzoek van geval tot geval — Oudere beslissingen niet in aanmerking genomen — Kennelijke niet-ontvankelijkheid)

PB C 113 van 16.5.2009, p. 15–15 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

16.5.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 113/15


Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 12 februari 2009 (verzoeken om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundespatentgericht — Duitsland) — Bild digital GmbH & Co. KG, voorheen Bild.T-Online.de AG & Co. KG (C-39/08), ZVS Zeitungsvertrieb Stuttgart GmbH (C-43/08)/president van het Deutsche Patent- und Markenamt

(Gevoegde zaken C-39/08 en C-43/08) (1)

(Artikel 104, lid 3, eerste alinea, van het Reglement voor de procesvoering - Richtlijn 89/104/EEG - Aanvragen om inschrijving van merk - Onderzoek van geval tot geval - Oudere beslissingen niet in aanmerking genomen - Kennelijke niet-ontvankelijkheid)

2009/C 113/30

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bundespatentgericht

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Bild digital GmbH & Co. KG, voorheen Bild.T-Online.de AG & Co. KG (C-39/08), ZVS Zeitungsvertrieb Stuttgart GmbH (C-43/08)

Verwerende partij: president van het Deutsche Patent- und Markenamt

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Bundespatentgericht (Duitsland) — Uitlegging van artikel 3, van de Eerste richtlijn (89/104/EEG) van de Raad van 21 december 1988 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten (PB L 40, blz. 1) — Onderzoek van merkaanvragen geval per geval en los van oudere beslissingen in soortgelijke gevallen — Weigering tot inschrijving van een merk van een aanvrager die houder van een reeks overeenstemmende merken is

Dictum

De bevoegde autoriteit van een lidstaat die zich dient uit te spreken over een aanvraag om inschrijving van een merk, is niet verplicht de weigeringsgronden van artikel 3, lid 1, sub b en c, van richtlijn (89/104/EEG) van de Raad van 21 december 1988 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten, zoals gewijzigd bij beschikking 92/10/EEG van de Raad van 19 december 1991, buiten beschouwing te laten en deze aanvraag in te willigen op grond dat het teken waarvan de inschrijving als merk wordt aangevraagd, op dezelfde of vergelijkbare wijze is samengesteld als een teken waarvoor zij de merkaanvraag reeds heeft ingewilligd en dat betrekking heeft op dezelfde of soortgelijke waren of diensten.


(1)  PB C 107 van 26.4.2008.


Top