Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007CA0453

Zaak C-453/07: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 25 september 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgericht Gießen — Duitsland) — Hakan Er/Wetteraukreis (Associatieovereenkomst EEG-Turkije — Besluit nr. 1/80 van Associatieraad — Artikel 7, eerste alinea, tweede streepje — Verblijfsrecht van meerderjarig kind van Turkse werknemer — Geen arbeid in loondienst verricht — Voorwaarden voor verlies van verkregen rechten)

PB C 301 van 22.11.2008, p. 12–12 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

22.11.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 301/12


Arrest van het Hof (Derde kamer) van 25 september 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgericht Gießen — Duitsland) — Hakan Er/Wetteraukreis

(Zaak C-453/07) (1)

(Associatieovereenkomst EEG-Turkije - Besluit nr. 1/80 van Associatieraad - Artikel 7, eerste alinea, tweede streepje - Verblijfsrecht van meerderjarig kind van Turkse werknemer - Geen arbeid in loondienst verricht - Voorwaarden voor verlies van verkregen rechten)

(2008/C 301/22)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Verwaltungsgericht Gießen

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Hakan Er

Verwerende partij: Wetteraukreis

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Verwaltungsgericht Gießen — Uitlegging van artikel 7, eerste alinea, tweede streepje, van besluit nr. 1/80 van de Associatieraad van 19 september 1980 betreffende de ontwikkeling van de associatie, en van artikel 59 van het Aanvullend Protocol betreffende de overgangsperiode voorzien in de Overeenkomst waarbij een Associatie tot stand is gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en Turkije, dat op 23 november 1970 is ondertekend en bij verordening (EEG) nr. 2760/72 van de Raad van 19 december 1972 namens de Gemeenschap is gesloten, goedgekeurd en bevestigd (PB L 293, blz. 1) — Verblijfsrecht van een Turks staatsburger die het grondgebied van een lidstaat als minderjarige is binnengekomen in het kader van een gezinshereniging — Verlies van het verblijfsrecht — Geen regelmatige economische activiteit door de betrokkene als meerderjarige

Dictum

Een Turks staatsburger, die als kind toestemming heeft gekregen om voor gezinshereniging het grondgebied van een lidstaat binnen te komen en die het recht van vrije toegang tot elke arbeid in loondienst van zijn keuze heeft verkregen krachtens artikel 7, eerste alinea, tweede streepje, van besluit nr. 1/80 van 19 september 1980 betreffende de ontwikkeling van de Associatie, dat is vastgesteld door de Associatieraad, die is ingesteld bij de Associatieovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en Turkije, verliest het recht op verblijf in deze lidstaat, dat samenhangt met het recht op vrije toegang, ook dan niet wanneer hij, als 23-jarige, geen arbeid in loondienst heeft verricht sinds hij zijn schoolopleiding op 16-jarige leeftijd heeft afgebroken en heeft deelgenomen aan overheidsprogramma's ter bevordering van het vinden van werk, zonder deze evenwel af te maken.


(1)  PB C 297 van 8.12.2007.


Top