This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62006TN0378
Case T-378/06: Action brought on 14 December 2006 — IMI and Others v Commission
Zaak T-378/06: Beroep ingesteld op 14 december 2006 — IMI e.a/Commissie
Zaak T-378/06: Beroep ingesteld op 14 december 2006 — IMI e.a/Commissie
PB C 20 van 27.1.2007, p. 30–31
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB C 20 van 27.1.2007, p. 29–30
(BG, RO)
27.1.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 20/30 |
Beroep ingesteld op 14 december 2006 — IMI e.a/Commissie
(Zaak T-378/06)
(2007/C 20/46)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partijen: IMI plc (Birmingham, Verenigd Koninkrijk), IMI Kynoch Ltd (Birmingham, Verenigd Koninkrijk), Yorkshire Fittings Limited (Leeds, Verenigd Koninkrijk), VSH Italia Srl (Bregnano, Italië), Aquatis France SAS (La Chapelle St. Mesmin, Frankrijk) en Simplex Armaturen + Fittings GmbH & Co. KG (Ravensburg, Duitsland) (vertegenwoordigers: M. Struys en D. Arts, advocaten)
Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen
Conclusies
— |
artikel 2, sub b, lid 1, en artikel2, sub b, lid 2, van de beschikking van de Commissie van 20 september 2006, zoals gewijzigd bij de beschikking van de Commissie van 29 september 2006 inzake een procedure op grond van artikel 81 van het EG-Verdrag en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/F-1/38.121 — Fittingen — C(2006) 4180 def.) nietig te verklaren; |
— |
subsidiair, de aan verzoeksters opgelegde geldboeten te verlagen; en |
— |
de Commissie te verwijzen in de kosten van de procedure. |
Middelen en voornaamste argumenten
Verzoeksters verzoeken om gedeeltelijke nietigverklaring van beschikking C(2006) 4180 def. van 20 september 2006 in zaak COMP/F-1/38.121 — Fittingen, waarbij de Commissie heeft vastgesteld dat zij, tezamen met andere ondernemingen, artikel 81 EG en artikel 53 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte hebben geschonden door prijzen vast te stellen, door afspraken te maken over prijslijsten, over kortingen en rabatten en over mechanismen ter invoering van prijsverhogingen, door nationale markten te verdelen, door klanten toe te wijzen en door andere commerciële informatie uit te wisselen.
Tot staving van hun beroep betogen verzoeksters dat de Commissie het evenredigheids- en het non-discriminatiebeginsel heeft geschonden, daar de in de bestreden beschikking aan verzoeksters opgelegde geldboete, in vergelijking met de zienswijze van de Commissie in haar vroegere beschikkingen, veel te hoog is, gelet op de omvang van verzoeksters alsmede op die van de relevante markt. De Commissie heeft een kennelijke beoordelingsfout gemaakt door ter beoordeling van de ernst van de inbreuk binnen de relevante markt rekening te houden met de verkoop van persfittingen.
Verzoeksters stellen verder dat de Commissie een kennelijke beoordelingsfout heeft gemaakt door vast te stellen dat zij niet het bewijs hebben geleverd van het bestaan van een verband tussen de in het Verenigd Koninkrijk vastgestelde regelingen en de paneuropese regelingen. De Commissie heeft dit punt onvoldoende gemotiveerd. Voorts heeft de Commissie het beginsel van gelijke behandeling geschonden waar zij heeft geweigerd de aan verzoeksters opgelegde geldboeten te verminderen op grond van hun medewerking buiten de mededeling inzake medewerking (1), namelijk door het leveren van het bewijs van een verband tussen het kartel in het Verenigd Koninkrijk en het paneuropese kartel, terwijl zij op dezelfde grond aan de onderneming FRA.BO wél een vermindering van de geldboete heeft toegestaan voor het leveren van het bewijs dat de inbreuk na de inspecties werd voortgezet.
Verder betogen verzoeksters dat de Commissie artikel 253 EG heeft geschonden, daar de betwiste beschikking geen motivering bevat voor het opleggen aan de verzoeksters Aquatis France en Simplex Armaturen + Fittings van een aanvullende geldboete van 2, 04 miljoen EUR.
Ten slotte stellen verzoeksters dat de Commissie het beginsel „non bis in idem”, op grond waarvan niemand twee keer voor hetzelfde strafbare feit kan worden veroordeeld, heeft geschonden door aan Aquatis France en Simplex Armaturen + Fittings een afzonderlijke geldboete op te leggen bovenop die welke zij reeds aan elk van hun rechtsvoorgangers en huidige moedermaatschappijen had opgelegd.
(1) Mededeling van de Commissie betreffende immuniteit tegen geldboeten en vermindering van geldboeten in kartelzaken (PB 2002, C 45, blz. 3).