Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62006TA0053

    Zaak T-53/06: Arrest van het Gerecht van 6 maart 2012 — UPM-Kymmene/Commissie ( „Mededinging — Mededingingsregelingen — Sector van industriële kunststof zakken — Beschikking waarbij inbreuk op artikel 81 EG wordt vastgesteld — Duur van inbreuk — Enkele en voortgezette inbreuk — Geldboeten — Zwaarte van inbreuk — Verzachtende omstandigheden — Passieve rol van onderneming — Evenredigheid” )

    PB C 118 van 21.4.2012, p. 21–21 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    21.4.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 118/21


    Arrest van het Gerecht van 6 maart 2012 — UPM-Kymmene/Commissie

    (Zaak T-53/06) (1)

    (Mededinging - Mededingingsregelingen - Sector van industriële kunststof zakken - Beschikking waarbij inbreuk op artikel 81 EG wordt vastgesteld - Duur van inbreuk - Enkele en voortgezette inbreuk - Geldboeten - Zwaarte van inbreuk - Verzachtende omstandigheden - Passieve rol van onderneming - Evenredigheid)

    2012/C 118/34

    Procestaal: Engels

    Partijen

    Verzoekende partij: UPM-Kymmene Oyj (Helsinki, Finland) (vertegenwoordigers: aanvankelijk B. Amory, E. Friedel en F. Bimont, vervolgens B. Amory, E. Friedel, F. Bimont en F. Amato, en tenslotte B. Amory, advocaten)

    Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: F. Castillo de la Torre, gemachtigde, bijgestaan door M. Gray, barrister)

    Voorwerp

    Verzoek tot nietigverklaring van beschikking nr. C(2005) 4634 definitief van de Commissie van 30 november 2005 inzake een procedure op grond van artikel 81 [EG] (zaak COMP/F/38.354 — Industriële zakken)

    Dictum

    1)

    Beschikking nr. C(2005) 4634 definitief van de Commissie van 30 november 2005 inzake een procedure op grond van artikel 81 [EG] (zaak COMP/F/38.354 — Industriële zakken), wordt nietig verklaard voor zover UPM-Kymmene Oyj daarin aansprakelijk wordt gehouden voor de enkele en voortgezette inbreuk bedoeld in artikel 1, lid 1, daarvan in de periode voorafgaand aan 10 oktober 1995;

    2)

    Het bedrag van de geldboete die wordt opgelegd in artikel 2, sub j, van genoemde beschikking wordt vastgesteld op 50,7 miljoen EUR.

    3)

    Het beroep wordt verworpen voor het overige.

    4)

    De Europese Commissie en UPM-Kymmene zullen elk hun eigen kosten dragen.


    (1)  PB C 86 van 8.4.2006.


    Top