Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62005CA0274

Zaak C-274/05: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 23 oktober 2008 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Helleense Republiek (Niet-nakoming — Richtlijn 89/48/EEG — Werknemers — Erkenning van diploma's)

PB C 313 van 6.12.2008, p. 2–2 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

6.12.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 313/2


Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 23 oktober 2008 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Helleense Republiek

(Zaak C-274/05) (1)

(Niet-nakoming - Richtlijn 89/48/EEG - Werknemers - Erkenning van diploma's)

(2008/C 313/02)

Procestaal: Grieks

Partijen

Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: G. Zavvos en H. Støvlbæk, gemachtigden)

Verwerende partij: Helleense Republiek (vertegenwoordiger: E. Skandalou, gemachtigde)

Voorwerp

Niet-nakoming — Schending van de artikelen 1, 3, 4, 7, 8 en 10 van richtlijn 89/48/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hogeronderwijsdiploma's waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten (PB 1989, L 19, blz. 16) — Erkenning van de beroepskwalificaties die in een andere lidstaat zijn verworven, voor de tewerkstelling in de publieke sector en de inschrijving bij de Techniko Epimelitirio Elladas

Dictum

1)

Door niet de diploma's te erkennen die door de bevoegde autoriteiten van een andere lidstaat zijn afgegeven na opleidingen die zijn verzorgd in het kader van een overeenkomst krachtens welke een door een particuliere instantie in Griekenland verzorgde opleiding door die autoriteiten wordt gehomologeerd;

door te voorzien in de toepassing van compenserende maatregelen in meer gevallen dan is toegestaan volgens richtlijn 89/48/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hogeronderwijsdiploma's waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten, zoals gewijzigd bij richtlijn 2001/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 mei 2001;

door aan de Raad voor de erkenning van de professionele gelijkwaardigheid van hogeronderwijstitels de bevoegdheid te verlenen om te beoordelen of „de onderwijsinstelling waar de aanvrager zijn opleiding heeft voltooid, tot het hoger onderwijs behoort”, en in hoeverre „de aanvrager over de vereiste beroepservaring beschikt, ingeval de duur van de opleiding ten minste één jaar korter is dan die welke in Griekenland wordt verlangd voor de uitoefening van het betrokken beroep”, en

door niet toe te staan dat in de publieke sector herindeling in een hogere rang plaatsvindt van personen die zijn aangesteld op een lager niveau dan dat waarop zij aanspraak hadden kunnen maken indien hun diploma's overeenkomstig artikel 3 van richtlijn 89/48, zoals gewijzigd bij richtlijn 2001/19, zouden zijn erkend,

is de Helleense Republiek de verplichtingen niet nagekomen die op haar rusten krachtens de artikelen 1, 3, 4, 8 en 10 van richtlijn 89/48, zoals gewijzigd bij richtlijn 2001/19.

2)

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

3)

De Helleense Republiek wordt verwezen in twee derde van de kosten van de Commissie van de Europese Gemeenschappen en draagt haar eigen kosten.

4)

De Commissie van de Europese Gemeenschappen draagt één derde van haar eigen kosten.


(1)  PB C 129 van 9.6.2007.


Top