Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 61981CJ0286

Arrest van het Hof van 15 december 1982.
Strafzaak tegen Oosthoek's Uitgeversmaatschappij BV.
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Gerechtshof Amsterdam - Nederland.
Vrij verkeer van goederen - Verbod op gezamenlijk aanbod van produkten ter bevordering van de verkoop.
Zaak 286/81.

Jurisprudentie 1982 -04575

ECLI identifier: ECLI:EU:C:1982:438

61981J0286

ARREST VAN HET HOF VAN 15 DECEMBER 1982. - STRAFZAAK TEGEN OOSTHOEK'S UITGEVERSMAATSCHAPPIJ BV. - (" VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN - VERBOD OP GEZAMENLIJK AANBOD VAN PRODUKTEN TER BEVORDERING VAN DE VERKOOP "). - (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM). - ZAAK NO. 286/81.

Jurisprudentie 1982 bladzijde 04575
Spaanse bijz. uitgave bladzijde 01283
Zweedse bijz. uitgave bladzijde 00583
Finse bijz. uitgave bladzijde 00611


Samenvatting
Partijen
Onderwerp
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum

Trefwoorden


1 . VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN - KWANTITATIEVE UITVOERBEPERKINGEN - MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING - BEGRIP

( EEG-VERDRAG , ARTIKEL 34 )

2 . VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN - KWANTITATIEVE BEPERKINGEN - MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING - VERHANDELING VAN PRODUKT - DISPARITEITEN VAN NATIONALE WETTELIJKE REGELINGEN - BELEMMERINGEN VAN VRIJ INTRACOMMUNAUTAIR HANDELSVERKEER - TOELAATBAARHEID

( EEG-VERDRAG , ARTIKEL 30 )

3 . VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN - KWANTITATIEVE BEPERKINGEN - MAATREGELEN VAN GELIJKE WERKING - VERBOD VAN CADEAUSTELSEL TER BEVORDERING VAN VERKOOP - TOELAATBAARHEID

( EEG-VERDRAG , ARTIKELEN 30 EN 34 )

Samenvatting


1 . IN ARTIKEL 34 VAN HET VERDRAG GAAT HET OM NATIONALE MAATREGELEN DIE EEN SPECIFIEKE BEPERKING VAN HET UITGAAND GOEDERENVERKEER TOT DOEL OF TOT GEVOLG HEBBEN EN ALDUS TOT EEN ONGELIJKE BEHANDELING VAN DE BINNENLANDSE HANDEL EN DE UITVOERHANDEL VAN EEN LID-STAAT LEIDEN , WAARDOOR AAN DE NATIONALE PRODUKTIE OF DE BINNENLANDSE MARKT VAN DE BETROKKEN LID-STAAT EEN BIJZONDER VOORDEEL WORDT VERZEKERD .

2 . BIJ GEBREKE VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING , MOETEN BELEMMERINGEN VAN HET VRIJE INTRACOMMUNAUTAIRE VERKEER ALS GEVOLG VAN DISPARITEITEN VAN DE NATIONALE REGELINGEN INZAKE DE VERHANDELING VAN EEN PRODUKT WORDEN AANVAARD VOOR ZOVER EEN DERGELIJKE REGELING ZONDER ONDERSCHEID VAN TOEPASSING IS OP NATIONALE EN INGEVOERDE PRODUKTEN EN DRINGENDE BEHOEFTEN , ONDER MEER VERBAND HOUDEND MET DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENTEN EN DE EERLIJKHEID VAN DE HANDELSTRANSACTIES , HAAR KUNNEN RECHTVAARDIGEN .

3 . DE ARTIKELEN 30 EN 34 VAN HET VERDRAG VERZETTEN ZICH ER NIET TEGEN , DAT EEN LID-STAAT OP PRODUKTEN AFKOMSTIG UIT OF BESTEMD VOOR EEN ANDERE LID-STAAT , EEN NATIONALE WETTELIJKE REGELING TOEPAST DIE HET TER BEVORDERING VAN DE VERKOOP AANBIEDEN OF VERSTREKKEN VAN GESCHENKEN IN DE VORM VAN BOEKEN AAN DE KOPERS VAN ENCYCLOPEDIEEN VERBIEDT , EN WAAR ZIJ EEN UITZONDERING OP DIT VERBOD TOELAAT , VEREIST DAT ER TUSSEN HET GESCHENK EN HET PRODUKT DAT DE GRONDSLAG VOOR HET AANBIEDEN ERVAN VORMT , EEN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP BESTAAT .

Partijen


IN ZAAK 286/81 ,

BETREFFENDE EEN VERZOEK AAN HET HOF KRACHTENS ARTIKEL 177 EEG-VERDRAG VAN HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM , ECONOMISCHE KAMER , IN DE ALDAAR DIENENDE STRAFZAAK TEGEN

OOSTHOEK ' S UITGEVERSMAATSCHAPPIJ BV ,

Onderwerp


OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING OVER DE UITLEGGING VAN DE ARTIKELEN 30 , 34 EN 36 EEG-VERDRAG IN VERBAND MET DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING HOUDENDE BEPERKING VAN HET AANBIEDEN VAN CADEAUS MET HET OOG OP VERKOOPBEVORDERING ,

Overwegingen van het arrest


1 BIJ ARREST VAN 9 OKTOBER 1981 , INGEKOMEN TEN HOVE OP 3 NOVEMBER DAAROPVOLGENDE , HEEFT HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM KRACHTENS ARTIKEL 177 EEG-VERDRAG EEN PREJUDICIELE VRAAG GESTELD OVER DE UITLEGGING VAN DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG , TENEINDE TE KUNNEN BEOORDELEN OF DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING WAARBIJ DE VRIJHEID OM IN VERBAND MET DE UITOEFENING VAN EEN BEDRIJF GESCHENKEN AAN TE BIEDEN EN TE VERSTREKKEN , WORDT BEPERKT , VERENIGBAAR IS MET HET GEMEENSCHAPSRECHT .

2 DEZE VRAAG IS GEREZEN IN HET KADER VAN HET HOGER BEROEP , DOOR DE NEDERLANDSE VENNOOTSCHAP OOSTHOEK ' S UITGEVERSMAATSCHAPPIJ BV ( HIERNA : OOSTHOEK ) INGESTELD TEGEN HET VONNIS VAN DE ARRONDISSEMENTSRECHTSBANK TE UTRECHT , WAARBIJ ZIJ WEGENS OVERTREDING VAN DE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL 1977 TOT DRIE GELDBOETES VAN ELK HFL 85 IS VEROORDEELD .

3 ARTIKEL 2 , LID 1 , VAN DEZE WET VERBIEDT HET ALS GESCHENK AANBIEDEN OF VERSTREKKEN VAN GOEDEREN IN VERBAND MET DE UITOEFENING VAN EEN BEDRIJF . ER ZIJN ECHTER VERSCHEIDENE UITZONDERINGEN OP DIT VERBOD VOORZIEN , ONDER MEER IN ARTIKEL 4 , LID 3 , VOLGENS HETWELK HET ALS GESCHENK AANBIEDEN OF VERSTREKKEN VAN EEN GOED IS TOEGESTAAN INDIEN DAT GOED PLEEGT TE WORDEN GEBRUIKT OF VERBRUIKT BIJ HET GEBRUIKEN OF VERBRUIKEN VAN ALLE GOOEDEREN WAARVAN HET VERKOPEN DE GROND IS VAN DAT AANBIEDEN OF VERSTREKKEN - GEWOONLIJK AANGEDUID ALS HET VEREISTE VAN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP - , HET IS VOORZIEN VAN EEN BIJ NORMAAL GEBRUIK IN HET OOG VALLEND , ONUITWISBAAR KENMERK DAT AAN DAT GOED EEN DUIDELIJK RECLAMEKARAKTER GEEFT , EN ZIJN WAARDE NIET MEER BEDRAAGT DAN VIER PROCENT VAN DE VERKOOPPRIJS VAN ALLE GOEDEREN TEZAMEN WAARVAN HET VERKOPEN DE GROND VAN DAT AANBIEDEN OF VERSTREKKEN IS .

4 OOSTHOEK VERHANDELT IN NEDERLAND , BELGIE EN EEN KLEIN GEDEELTE VAN NOORD-FRANKRIJK VERSCHILLENDE NEDERLANDSTALIGE ENCYCLOPEDIEEN , WAARVAN SOMMIGE IN NEDERLAND DOOR OOSTHOEK WORDEN SAMENGESTELD EN GEPRODUCEERD EN ANDERE IN BELGIE DOOR EEN ZUSTERONDERNEMING VAN OOSTHOEK . SEDERT 1974 BOOD OOSTHOEK VIA ADVERTENTIES IN DAG- EN WEEKBLADEN EN VIA FOLDERS ALLE INTEKENAREN OP EEN ENCYCLOPEDIE ALS GESCHENK EEN WOORDENBOEK , EEN WERELDATLAS OF EEN KLEINE ENCYCLOPEDIE AAN . IN VERBAND MET DEZE PRAKTIJK WERD OOSTHOEK NA DE INWERKINGTREDING VAN DE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL 1977 IN NEDERLAND VERVOLGD WEGENS OVERTREDING VAN DE BEPALINGEN VAN DEZE WET .

5 VOLGENS OOSTHOEK IS DE HAAR VERWETEN PRAKTIJK WEL VERENIGBAAR MET DE BEPALINGEN VAN DE BELGISCHE WETTELIJKE REGELING TERZAKE , DIE OOK EEN VERBOD BEVAT OP HET AANBIEDEN VAN GESCHENKEN IN NATURA TER BEVORDERING VAN DE VERKOOP , VOORZIEN VAN EEN UITZONDERING VERGELIJKBAAR MET DIE VAN ARTIKEL 4 , LID 3 , VAN DE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL 1977 , DOCH ZONDER DAT DAARBIJ HET VEREISTE VAN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP WORDT GESTELD .

6 EVENALS DE ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE UTRECHT , WAS HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM IN HOGER BEROEP VAN OORDEEL , DAT ER TUSSEN DE VERKOCHTE ENCYCLOPEDIEEN EN DE ALS GESCHENK AANGEBODEN BOEKEN GEEN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP BESTOND IN DE ZIN VAN ARTIKEL 4 , LID 3 , VAN DE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL , EN DAT OOSTHOEK DERHALVE MET DEZE METHODE VAN VERKOOPBEVORDERING GENOEMDE WET OVERTRAD . IN VERBAND MET OOSTHOEKS BEROEP OP DE ONVERENIGBAARHEID VAN DE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL 1977 MET DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG , HEEFT HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM HET EVENWEL NOODZAKELIJK GEACHT HET HOF DE VOLGENDE PREJUDICIELE VRAAG TE STELLEN :

' ' IS HET IN OVEREENSTEMMING MET HET GEMEENSCHAPSRECHT ( IN HET BIJZONDER MET HET BEGINSEL VAN HET VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN ) DAT EEN UITGEVER , DIE DE AFZET VAN VERSCHILLENDE NASLAGWERKEN , BESTEMD VOOR HET GEHELE NEDERLANDSE TAALGEBIED EN DIE DEELS AFKOMSTIG ZIJN UIT NEDERLAND , DEELS UIT BELGIE , TRACHT TE BEVORDEREN DOOR GESCHENKEN IN DE VORM VAN BOEKEN AAN TE BIEDEN , ALS GEVOLG VAN DE REGELING VAN DE NEDERLANDSE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL IN NEDERLAND DEZE METHODE VAN AFZETBEVORDERING , DIE IN BELGIE WEL IS TOEGESTAAN , MOET STAKEN , ENKEL EN ALLEEN OMDAT DE NEDERLANDSE REGELING EIST DAT TUSSEN HET CADEAU EN HET PRODUKT DAT DE GRONDSLAG VOOR HET AANBIEDEN VAN HET CADEAU VORMT , EEN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP BESTAAT?

' '

7 MET DEZE VRAAG WENST HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM IN WEZEN TE VERNEMEN , OF DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG ZICH ERTEGEN VERZETTEN DAT EEN LID-STAAT OP PRODUKTEN AFKOMSTIG UIT OF BESTEMD VOOR EEN ANDERE LID-STAAT , EEN NATIONALE WETTELIJKE REGELING TOEPAST DIE HET TER BEVORDERING VAN DE VERKOOP AANBIEDEN OF VERSTREKKEN VAN GESCHENKEN IN DE VORM VAN BOEKEN AAN DE KOPERS VAN ENCYCLOPEDIEEN VERBIEDT , EN , WAAR ZIJ EEN UITZONDERING OP DIT VERBOD TOELAAT , EIST DAT ER TUSSEN HET GESCHENK EN HET VERKOCHTE PRODUKT EEN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP BESTAAT .

8 IN HUN OPMERKINGEN STELLEN DE NEDERLANDSE , DE DUITSE EN DE DEENSE REGERING VOORAF , DAT EEN NATIONALE WETTELIJKE REGELING ALS DE ONDERHAVIGE GEEN BIJZONDERE INVLOED HEEFT OP DE INTRACOMMUNAUTAIRE HANDEL EN NIET BINNEN DE WERKINGSSFEER VAN DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG VALT .

9 DAAROMTRENT MOET WORDEN VASTGESTELD DAT DE TOEPASSING VAN DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING OP DE VERKOOP IN NEDERLAND VAN ALDAAR GEPRODUCEERDE ENCYCLOPEDIEEN , INDERDAAD GEEN VERBAND HOUDT MET DE INVOER OF UITVOER VAN DE GOEDEREN EN DUS NIET ONDER DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG VALT . INGEVAL VAN VERKOOP IN NEDERLAND VAN IN BELGIE GEPRODUCEERDE ENCYCLOPEDIEEN EN VERKOOP IN ANDERE LID-STATEN VAN IN NEDERLAND GEPRODUCEERDE ENCYCLOPEDIEEN IS ER ECHTER SPRAKE VAN INTRACOMMUNAUTAIRE HANDELSTRANSACTIES . IN ZOVERRE MOET , GELET OP DE VRAAG VAN DE NATIONALE RECHTER , WORDEN BEOORDEELD OF BEPALINGEN ALS DIE VAN DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING VERENIGBAAR ZIJN MET ARTIKEL 30 ZOWEL ALS MET ARTIKEL 34 EEG-VERDRAG .

10 OOSTHOEK STELT DAT DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING HAAR ERTOE DWINGT , IN DE VERSCHILLENDE LID-STATEN , DIE TEZAMEN EEN MARKT VORMEN , VERSCHILLENDE METHODEN VAN VERKOOPBEVORDERING TE HANTEREN , EN HAAR EXTRA KOSTEN EN ANDER ONGEMAK VEROORZAAKT , WAARDOOR DE IN-EN UITVOER VAN DE BETROKKEN ENCYCLOPEDIEEN WORDT BEMOEILIJKT . HET VEREISTE VAN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP ZOU NOCH DOOR DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT NOCH DOOR DE WAARBORGING VAN DE MEDEDINGINGSVERHOUDINGEN WORDEN GERECHTVAARDIGD .

11 VOLGENS DE COMMISSIE VALT NIET UIT TE SLUITEN DAT EEN DERGELIJKE MAATREGEL DE INVOER VAN ENCYCLOPEDIEEN INDIRECT KAN BELEMMEREN ; HIJ ZOU ECHTER NIET IN STRIJD ZIJN MET ARTIKEL 30 , OMDAT HIJ ZONDER ONDERSCHEID OP ALLE GOEDEREN VAN TOEPASSING IS EN ZIJN RECHTVAARDIGING VINDT IN DE DOELSTELLINGEN VAN CONSUMENTENBESCHERMING EN ECONOMISCHE ORDENING .

12 MET HET OOG OP HET AAN DE NATIONALE RECHTER TE GEVEN ANTWOORD MOETEN DE VRAAG INZAKE DE UITVOER EN DIE INZAKE DE INVOER AFZONDERLIJK WORDEN ONDERZOCHT .

13 VOOR WAT DE UITVOER BETREFT , GAAT HET IN ARTIKEL 34 OM NATIONALE MAATREGELEN DIE EEN SPECIFIEKE BEPERKING VAN HET UITGAAND GOEDERENVERKEER TOT DOEL OF TOT GEVOLG HEBBEN EN ALDUS TOT EEN ONGELIJKE BEHANDELING VAN DE BINNENLANDSE HANDEL EN DE UITVOERHANDEL VAN EEN LID-STAAT LEIDEN , IN DIE ZIN DAT AAN DE NATIONALE PRODUKTIE OF DE BINNENLANDSE MARKT VAN DE BETROKKEN LID-STAAT EEN BIJZONDER VOORDEEL WORDT VERZEKERD . VOOR ZOVER HET GAAT OM DE VERKOOP VAN IN NEDERLAND GEPRODUCEERDE ENCYCLOPEDIEEN IN DE ANDERE LID-STATEN VAN DE GEMEENSCHAP , IS DAARVAN KENNELIJK GEEN SPRAKE BIJ EEN WETTELIJKE REGELING ALS DE ONDERHAVIGE . DEZE STELT ENKEL BEPAALDE BEPERKINGEN AAN DE WIJZE VAN VERHANDELING BINNEN NEDERLAND EN LAAT DE VERKOOP VAN DE VOOR UITVOER BESTEMDE GOEDEREN ONGEMOEID .

14 MET BETREKKING TOT DE IN ARTIKEL 30 EEG-VERDRAG BEDOELDE INVOERBEPERKINGEN ZIJ HERINNERD AAN WAT HET HOF SEDERT ZIJN ARREST VAN 20 FEBRUARI 1979 ( ZAAK 120/78 , REWE , JURISPR . BLZ . 649 ) BIJ HERHALING HEEFT VASTGESTELD , NAMELIJK DAT , BIJ GEBREKE VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING VOOR DE VERHANDELING , BELEMMERINGEN VAN HET VRIJE INTRACOMMUNAUTAIRE VERKEER ALS GEVOLG VAN DISPARITEITEN VAN DE NATIONALE WETTELIJKE REGELINGEN MOETEN WORDEN AANVAARD VOOR ZOVER EEN DERGELIJKE REGELING ZONDER ONDERSCHEID VAN TOEPASSING IS OP NATIONALE EN INGEVOERDE PRODUKTEN , EN DRINGENDE BEHOEFTEN , ONDER MEER VERBAND HOUDEND MET DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT EN DE EERLIJKHEID VAN HANDELSTRANSACTIES , HAAR KUNNEN RECHTVAARDIGEN .

15 EEN WETTELIJKE REGELING DIE BEPAALDE VORMEN VAN RECLAME OF BEPAALDE METHODEN VAN VERKOOPBEVORDERING BEPERKT OF VERBIEDT , ZOU OOK ZONDER RECHTSTREEKS VOORWAARDEN VOOR DE INVOER TE STELLEN , DE OMVANG HIERVAN KUNNEN BEPERKEN DOORDAT ZIJ DE VERHANDELINGSMOGELIJKHEDEN VAN DE INGEVOERDE PRODUKTEN ONGUNSTIG BEINVLOEDT . OOK INDIEN EEN DERGELIJKE REGELING ZONDER ONDERSCHEID VAN TOEPASSING IS OP NATIONALE EN INGEVOERDE PRODUKTEN , IS HET NIET UITGESLOTEN DAT HET FEIT DAT DE BETROKKEN ONDERNEMING GEDWONGEN IS , IN DE DIVERSE LID-STATEN VERSCHILLENDE METHODEN VAN RECLAME OF VERKOOPBEVORDERING TE HANTEREN OF EEN DOOR HAAR BIJZONDER DOELTREFFEND GEACHTE METHODE OP TE GEVEN , EEN INVOERBELEMMERING OPLEVERT .

16 MITSDIEN MOET WORDEN ONDERZOCHT OF EEN VERBOD ALS IN DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING NEERGELEGD , OM BIJ VERKOOP GESCHENKEN TE VERSTREKKEN , ZIJN RECHTVAARDIGING KAN VINDEN IN BEHOEFTEN DIE VERBAND HOUDEN MET DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT EN DE EERLIJKHEID VAN HANDELSTRANSACTIES .

17 IN DIT VERBAND BLIJKT UIT HET DOSSIER , DAT DE WET BEPERKING CADEAUSTELSEL 1977 EEN TWEELEDIG DOEL HEEFT , NAMELIJK ENERZIJDS TE VOORKOMEN DAT DE NORMALE MEDEDINGINGSVERHOUDINGEN WORDEN VERSTOORD DOOR ONDERNEMINGEN DIE GOEDEREN GRATIS OF TEGEN ZEER LAGE PRIJS AANBIEDEN OM DE VERKOOP VAN HUN EIGEN ASSORTIMENT TE BEVORDEREN , EN ANDERZIJDS DE CONSUMENT TE BESCHERMEN DOOR EEN GROTERE DOORZICHTIGHEID VAN DE MARKT TE BEWERKSTELLIGEN .

18 HET VALT NIET TE ONTKENNEN DAT HET AANBIEDEN VAN GESCHENKEN ALS MIDDEL TOT VERKOOPBEVORDERING BIJ DE CONSUMENT EEN VERKEERDE INDRUK KAN WEKKEN OMTRENT DE WERKELIJKE PRIJS VAN PRODUKTEN , EN DE MEDEDINGINGSVERHOUDINGEN KAN VERVALSEN . EEN WETTELIJKE REGELING DIE OM DIE REDEN DERGELIJKE HANDELSPRAKTIJKEN BEPERKT OF ZELFS VERBIEDT , DRAAGT DUS BIJ TOT DE BESCHERMING VAN DE CONSUMENT EN DE EERLIJKHEID VAN HANDELSTRANSACTIES .

19 DE VRAAG VAN DE NATIONALE RECHTER BETREFT IN HET BIJZONDER HET IN DE BETROKKEN WETTELIJKE REGELING OPGENOMEN CRITERIUM VAN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP , DAT IN CASU DIENT TER AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED VAN EEN DER UITZONDERINGEN DIE HET VERBOD OM GESCHENKEN TE VERSTREKKEN , VERZACHTEN .

20 EEN DERGELIJK CRITERIUM KOMT NIET VOOR IN DE WETTELIJKE REGELING VAN ANDERE LID-STATEN , MET NAME NIET IN DIE VAN BELGIE . MEN KAN ECHTER NIET ZEGGEN DAT HET GEEN VERBAND HOUDT MET DE VOORMELDE DOELSTELLINGEN VAN DE NEDERLANDSE WETTELIJKE REGELING , IN HET BIJZONDER MET HET STREVEN DE DOORZICHTIGHEID VAN DE MARKT TE VERZEKEREN , DIE NOODZAKELIJK WORDT GEACHT TER BESCHERMING VAN DE CONSUMENT EN MET HET OOG OP DE EERLIJKHEID VAN HANDELSTRANSACTIES . DERHALVE GAAT EEN NATIONALE WETGEVING DIE DIT CRITERIUM HANTEERT TER AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED VAN EEN UITZONDERING OP EEN VERBOD GESCHENKEN TE VERSTREKKEN , NIET VERDER DAN NOODZAKELIJK IS VOOR HET BEREIKEN VAN DE BETROKKEN DOELSTELLINGEN .

21 MITSDIEN MOET OP DE GESTELDE VRAAG WORDEN GEANTWOORD , DAT DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG ZICH ER NIET TEGEN VERZETTEN , DAT EEN LID-STAAT OP PRODUKTEN AFKOMSTIG UIT OF BESTEMD VOOR EEN ANDERE LID-STAAT , EEN NATIONALE WETTELIJKE REGELING TOEPAST DIE HET TER BEVORDERING VAN DE VERKOOP AANBIEDEN OF VERSTREKKEN VAN GESCHENKEN IN DE VORM VAN BOEKEN AAN DE KOPERS VAN ENCYCLOPEDIEEN VERBIEDT , EN , WAAR ZIJ EEN UITZONDERING OP DIT VERBOD TOELAAT , EIST DAT ER TUSSEN HET GESCHENK EN HET PRODUKT DAT DE GRONDSLAG VOOR HET AANBIEDEN ERVAN VORMT , EEN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP BESTAAT .

Beslissing inzake de kosten


KOSTEN

22 DE KOSTEN DOOR DE NEDERLANDSE , DE DUITSE EN DE DEENSE REGERING ALSMEDE DOOR DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WEGENS INDIENING VAN HUN OPMERKINGEN BIJ HET HOF GEMAAKT , KUNNEN NIET VOOR VERGOEDING IN AANMERKING KOMEN . TEN AANZIEN VAN DE PARTIJEN IN HET HOOFDGEDING IS DE PROCEDURE ALS EEN ALDAAR GEREZEN INCIDENT TE BESCHOUWEN , ZODAT DE NATIONALE RECHTERLIJKE INSTANTIE OVER DE KOSTEN HEEFT TE BESLISSEN .

Dictum


HET HOF VAN JUSTITIE ,

UITSPRAAK DOENDE OP DE DOOR HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM BIJ ARREST VAN 9 OKTOBER 1981 GESTELDE VRAAG , VERKLAART VOOR RECHT :

DE ARTIKELEN 30 EN 34 EEG-VERDRAG VERZETTEN ZICH ER NIET TEGEN , DAT EEN LID-STAAT OP PRODUKTEN AFKOMSTIG UIT OF BESTEMD VOOR EEN ANDERE LID-STAAT , EEN NATIONALE WETTELIJKE REGELING TOEPAST DIE HET TER BEVORDERING VAN DE VERKOOP AANBIEDEN OF VERSTREKKEN VAN GESCHENKEN IN DE VORM VAN BOEKEN AAN DE KOPERS VAN ENCYCLOPEDIEEN VERBIEDT , EN , WAAR ZIJ EEN UIT ZONDERING OP DIT VERBOD TOELAAT , EIST DAT ER TUSSEN HET GESCHENK EN HET PRODUKT DAT DE GRONDSLAG VOOR HET AANBIEDEN ERVAN VORMT , EEN CONSUMPTIEVERWANTSCHAP BESTAAT .

Top