This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 61976CJ0106
Judgment of the Court (First Chamber) of 13 October 1977. # Francine Gelders-Deboeck v Commission of the European Communities. # Case 106-76.
Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 13 oktober 1977.
Francine Gelders-Deboeck tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.
Zaak 106-76.
Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 13 oktober 1977.
Francine Gelders-Deboeck tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.
Zaak 106-76.
Jurisprudentie 1977 -01623
ECLI identifier: ECLI:EU:C:1977:151
ARREST VAN HET HOF (EERSTE KAMER) VAN 13 OKTOBER 1977. - FRANCINE GELDERS - DEBOECK TEGEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. - ZAAK NO. 106/76.
Jurisprudentie 1977 bladzijde 01623
Griekse bijz. uitgave bladzijde 00485
Portugese bijz. uitgave bladzijde 00567
Samenvatting
Partijen
Onderwerp
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum
1 . AMBTENAREN - BEZOLDIGING - GEZINSTOELAGEN - CUMULATIE - TOEPASSING VAN ARTIKEL 67 , LID 2 , VAN HET STATUUT - VOORWAARDEN
2 . AMBTENAREN - BEZOLDIGING - MAANDSALARISSEN - BEREKENING - FOUTEN EN HERSTEL - MORATOIRE INTERESTEN - NIET VERSCHULDIGD
1 . DE ANTI-CUMULATIEBEPALING VAN ARTIKEL 67 , LID 2 , VAN HET STATUUT VAN DE AMBTENAREN IS SLECHTS VAN TOEPASSING OP GEREGELD BETAALDE BIJSLAGEN WELKE DAADWERKELIJK DEEL VAN DE BEZOLDIGING KUNNEN UITMAKEN EN TER TEGEMOETKOMING IN DE BEHOEFTEN DER WERKNEMERS BESTEMD ZIJN , DOCH NIET OP EEN OM BUITENGEWONE REDENEN VERSTREKTE UITKERING . HOEWEL DE VOORSCHRIFTEN INZAKE DE UITBETALING VAN ZULK EEN BIJSLAG GOEDDEELS GELIJKLUIDEND ZIJN AAN DIE BETREFFENDE DE GEWONE GEZINSVERGOEDING , IS ZIJ NIET ZONDER MEER ALS EEN VERHOGING VAN DE MAANDELIJKSE GEZINSBIJSLAG TE BESCHOUWEN .
2 . WEGENS BIJ DE BEREKENING DER BEZOLDIGING BEGANE FOUTEN - EN DE RECTIFICATIES DAARVAN - KUNNEN GEEN MORATOIRE INTERESTEN WORDEN VERLANGD . UITZONDERINGSGEVALLEN DAARGELATEN , GELDT DIT OOK VOOR RECTIFICATIES WAARTOE NA BEKLAG OF BEROEP WORDT OVERGE- GAAN .
IN DE ZAAK 106/76 ,
FRANCINE GELDERS-DEBOECK , AMBTENARES VAN DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , TEN DEZE VERTEGENWOORDIGD DOOR M . GREGOIRE EN E . LEBRUN , ADVOCATEN TE BRUSSEL , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG , BOULEVARD GRANDE-DUCHESSE CHARLOTTE 83 , TEN KANTORE VAN DE ALDAAR GEVESTIGDE ADVOCAAT T . BIEVER ,
VERZOEKSTER ,
TEGEN
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , VERTEGENWOORDIGD DOOR DE JURIDISCH ADVISEUR G . PINCHERLE , BIJGESTAAN DOOR A . VAN SOLINGE , LID VAN DE JURIDISCHE DIENST , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE IN HET GEBOUW JEAN MONNET , KIRCHBERG , TEN KANTORE VAN M . CERVINO , JURIDISCH ADVISEUR VAN DE COMMISSIE ,
VERWEERSTER ,
BETREFFENDE NIETIGVERKLARING VAN HET BESLUIT VOLGENS HETWELK DE IN BELGIE UITGEKEERDE GEZINSVAKANTIEBIJSLAG EN BIJZONDERE KINDERBIJSLAG AFTREKBAAR ZIJN VAN DE IN HET STATUUT VOORZIENE KINDERTOELAGE EN KRACHTENS WELK BESLUIT OP VERZOEKSTERS SALARIS OVER DE MAANDEN MAART EN AUGUSTUS 1976 INHOUDINGEN ZIJN TOEGEPAST , ALSOOK VAN DE AFWIJZENDE BESCHIKKING OP DE DOOR VERZOEKSTER TEGEN DAT BESLUIT INGEDIENDE KLACHT ,
1 OVERWEGENDE DAT VERZOEKSTER BIJ REQUEST VAN 4 NOVEMBER 1976 DE NIETIGVERKLARING HEEFT GEVORDERD VAN BESLUITEN VOLGENS WELKE DE IN BELGIE UITGEKEERDE GEZINSVAKANTIEBIJSLAG EN BIJZONDERE KINDERBIJSLAG VAN DE STATUTAIRE KINDERTOELAGE MOETEN WORDEN AFGETROKKEN EN DESWEGE METTERDAAD TOT INHOUDINGEN OVER HAAR BEZOLDIGING OVER MAART EN AUGUSTUS 1976 IS OVERGEGAAN , ALSOOK TEGEN HET STILZWIJGEND BESLUIT TOT AFWIJZING VAN DE TE DIER ZAKE DOOR VERZOEKSTER INGEDIENDE KLACHT ;
2 OVERWEGENDE DAT NAAR LUID VAN ARTIKEL 67 , LID 2 , VAN HET STATUUT VAN DE AMBTENAREN ' ' DE AMBTENAAR DIE DE IN DIT ARTIKEL BEDOELDE GEZINSTOELAGEN GENIET , . . . VERPLICHT ( IS ) OPGAVE TE DOEN VAN SOORTGELIJKE TOELAGEN UIT ANDERE BRON ' ' , WELKE TOELAGEN ' ' IN MINDERING ( KOMEN ) OP DIE WELKE UIT HOOFDE VAN DE ARTIKELEN 1 , 2 EN 3 VAN BIJLAGE VII WORDEN UITBETAALD ' ' ;
3 DAT VOLGENS LID 1 VAN DITZELFDE ARTIKEL BIJ WEGE VAN GEZINSTOELAGEN WORDEN UITBETAALD EEN KOSTWINNERSTOELAGE , EEN KINDERTOELAGE EN EEN TOELAGE VOOR SCHOOLGAANDE KINDEREN ;
4 DAT DE ECHTGENOOT VAN VERZOEKSTER , ONDERWIJZER TE ANDERLECHT , UIT DIEN HOOFDE IN HET GENOT IS VAN DE GEZINSBIJSLAGEN WELKE KRACHTENS DE BELGISCHE WETTELIJKE REGELING WORDEN UITBETAALD , ONDER MEER OOK VAN DE GEWONE KINDERBIJSLAG , TERWIJL VASTSTAAT DAT DOOR VERZOEKSTER IN IEDER GEVAL VAN DE UITBETALING DER GEWONE KINDERBIJSLAG BEHOORLIJK OPGAVE AAN DE ADMINISTRATIE IS GEDAAN , WELKE BIJSLAG OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 67 , LID 2 , IN MINDERING GEBRACHT IS OP DE KINDERTOELAGE WAARVOOR VERZOEKSTER KRACHTENS DE STATUTAIRE BEPALINGEN IN AANMERKING KWAM ;
5 DAT VERZOEKSTER ECHTER , DE DOOR DE BELGISCHE INSTANTIES AAN HAAR ECHTGENOOT UITBETAALDE VAKANTIEBIJSLAG EN BIJZONDERE KINDERBIJSLAG NIET ' ' SOORTGELIJK ' ' ACHTEND AAN DE TOELAGEN IN LID 1 VAN HET ARTIKEL BEDOELD , DAARVAN NIMMER OPGAVE HEEFT GEDAAN ;
6 DAT DIE VOOR HET EERST IN 1976 TOEGEPASTE AFTREK HAARS INZIENS IN DE TEKST VAN ARTIKEL 67 GEEN RECHTVAARDIGING VINDT EN DAT ZIJ DIE AFTREK WENST TE ZIEN NIETIG-VERKLAARD ;
7 OVERWEGENDE DAT DE COMMISSIE , VERWEERSTER , HARERZIJDS BETOOGT DAT DE OMSTREDEN BELGISCHE BIJSLAGEN GEACHT MOETEN WORDEN TE ZIJN BESTEMD TOT DEKKING VAN DE BIJZONDERE LASTEN WELKE DE AANSPRAKELIJKHEID VOOR EEN KIND MEDEBRENGT EN DERHALVE SOORTGELIJK ZIJN AAN DE IN ARTIKEL 67 , LID 1 , BEDOELDE KINDERTOELAGE EN TOELAGE VOOR SCHOOLGAANDE KINDEREN ;
8 DAT MET NAME DE KINDERBIJSLAG BEDOELD ZOU ZIJN TOT DEKKING VAN DE LASTEN DIE NIET SLECHTS AAN VOEDING , KLEDING EN HUISVESTING DER KINDEREN VERBONDEN ZIJN , DOCH OOK VAN DIE WELKE HUN OPVOEDING , VRIJETIJDSBESTEDING EN VAKANTIE MEDEBRENGT ;
9 DAT DIE BIJSLAGEN WELISWAAR VOORHEEN NIET IN MINDERING ZIJN GEBRACHT , DOCH DAT DE HOOFDEN VAN ADMINISTRATIE DER INSTELLINGEN OP EEN VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 1976 TOT DE CONCLUSIE ZOUDEN ZIJN GEKOMEN DAT DE ANTI-CUMULATIEBEPALING VAN ARTIKEL 67 , TWEEDE LID , VAN HET STATUUT OP BEDOELDE BELGISCHE BIJSLAGEN VAN TOEPASSING IS ;
10 OVERWEGENDE DAT DERHALVE DIENT TE WORDEN ONDERZOCHT OF BEDOELDE BELGISCHE BIJSLAGEN ZIJN TE BESCHOUWEN ALS SOORTGELIJK AAN DE IN ARTIKEL 67 , LID 1 , GENOEMDE TOELAGEN ;
11 OVERWEGENDE MET BETREKKING TOT DE BELGISCHE GEZINSVAKANTIEBIJSLAG , DAT BLIJKENS HET DOSSIER IN DE SAMENGEORDENDE WETTEN BETREFFENDE DE KINDERBIJSLAG VOOR LOONARBEIDERS ( KONINKLIJK BESLUIT TOT SAMENVATTING VAN 19 DECEMBER 1939 , ZOALS NADIEN GEWIJZIGD ) VIER SOORTEN UITKERINGEN VOORZIEN ZIJN ; GEZINSKINDERBIJSLAG , KRAAMGELD , GEZINSVAKANTIEBIJSLAG EN SOCIAAL-PEDAGOGISCHE BIJSLAG ( HOOFDSTUK V , SECTIE 1 , SECTIE 4 BIS EN SECTIE 4 QUATER );
12 DAT IN ARTIKEL 73 QUATER DER SAMENGEORDENDE WETTEN MET BETREKKING TOT DE GEZINSVAKANTIEBIJSLAG THANS IS BEPAALD DAT ' ' DE KINDERBIJSLAGFONDSEN ALSOOK DE . . . OVERHEDEN EN OPENBARE INSTELLINGEN . . . EEN GEZINSVAKANTIEBIJSLAG TOE ( KENNEN ); DEZE BIJSLAG WORDT IN DE LOOP VAN DE MAAND MEI VAN ELK JAAR UITBETAALD TEN BEHOEVE VAN DE KINDEREN DIE VOOR DE MAAND APRIL VAN HET JAAR WAARVOOR HIJ WORDT TOEGEKEND OP KINDERBIJSLAG GERECHTIGD WAREN ' ' ;
13 DAT DE VOORSCHRIFTEN INZAKE DE UITBETALING VAN DE GEZINSVAKANTIEBIJSLAG GOEDDEELS GELIJKLUIDEND ZIJN AAN DIE BETREFFENDE DE MAANDELIJKSE GEZINSVERGOEDING ;
14 DAT DIE BIJSLAG DESWEGE EVENWEL NIET ZONDER MEER ALS EEN VERHOGING VAN DE MAANDELIJKSE KINDERBIJSLAG MAG WORDEN BESCHOUWD ;
15 DAT MET DEZE EENMAAL ' S JAARS UITBETAALDE SPECIALE TOELAGE WORDT BEOOGD TEGEMOET TE KOMEN IN DE GESTEGEN LASTEN MET DE VAKANTIES VERBAND HOUDENDE EN DEGENEN DIE MET DE VERZORGING VAN HET KIND BELAST ZIJN IN STAAT TE STELLEN HET KIND , IN HET BELANG VAN ZIJN GEESTELIJKE EN LICHAMELIJKE ONTWIKKELING , VAN DE GEBODEN ONTSPANNINGSMOGELIJKHEDEN PROFIJT TE DOEN TREKKEN ;
16 DAT LID 2 KENNELIJK BEDOELD IS OM TE VOORKOMEN DAT EEN ECHTPAAR VOOR DEZELFDE KINDEREN TWEEMAAL GEZINSTOELAGEN ZOU ONTVANGEN , ZODAT SLECHTS VERGELIJKBARE EN OP HETZELFDE DOEL GERICHTE TOELAGEN ALS ' ' SOORTGELIJK ' ' ZIJN TE BESCHOUWEN ;
17 DAT ZO DE MAANDELIJKS UITBETAALDE BELGISCHE KINDERBIJSLAG IN FEITE TEN VOLLE MET DE IN HET STATUUT VOORZIENE KINDERTOELAGE KAN WORDEN VERGELEKEN , ZULKS NIET GELDT VOOR DE VAN BEDOELDE BIJSLAG WEL TE ONDERSCHEIDEN EN OP EEN SPECIFIEK DOEL GERICHTE GEZINSVAKANTIEBIJSLAG ;
18 DAT VERWEERSTER DAN OOK HET LID 2 VAN ARTIKEL 67 TEN ONRECHTE HEEFT TOEGEPAST EN DAT HET MIDDEL IN ZOVERRE GEGROND IS ;
19 OVERWEGENDE DAT DE BELGISCHE BIJZONDERE KINDERBIJSLAG BLIJKENS HET DOSSIER EEN TOELAGE IS WELKE IN DE JAREN 1972 , 1974 , 1975 EN 1976 IS UITBETAALD KRACHTENS VOOR EEN JAAR VASTGESTELDE WETTEN OF KONINKLIJKE BESLUITEN ;
20 DAT REEDS DAAROM DEZE BIJSLAGEN , OFSCHOON OP GRONDSLAG VAN DE MAANDELIJKSE BEDRAGEN VAN DE ' ' GEWONE ' ' KINDERBIJSLAG BEREKEND EN BETAALD VOOR DE KINDEREN TE WIER BEHOEVE DIE BIJSLAG VERSCHULDIGD WAS , NIET MOGEN WORDEN VERWARD MET DE ' ' GEWONE ' ' KINDERBIJSLAG WELKE GELIJKSOORTIG IS AAN DE STATUTAIRE KINDERTOELAGE ;
21 DAT TEN DEZE IMMERS GEEN SPRAKE IS VAN GEREGELD BETAALDE TOELAGEN WELKE POTENTIEEL EEN DEEL VAN DE BEZOLDIGING UITMAKEN EN TER TEGEMOETKOMING IN DE BIJZONDERE BEHOEFTEN DER WERKNEMERS BESTEMD ZIJN , DOCH VAN EEN OM BUITENGEWONE REDENEN VERSTREKTE UITKERING ;
22 DAT DERHALVE NIET KAN WORDEN GECONCLUDEERD DAT DEZE BIJZONDERE BIJSLAG SOORTGELIJK IS AAN DE TOELAGEN BEDOELD IN ARTIKEL 67 , LID 1 , VAN HET STATUUT ;
23 DAT HET MIDDEL DERHALVE OOK IN ZOVERRE GEGROND IS ;
24 OVERWEGENDE DAT HIERUIT VOLGT DAT DE BESTREDEN BESLUITEN MOETEN WORDEN VERNIETIGD ;
25 OVERWEGENDE DAT VERZOEKSTER VOORTS HEEFT GEVORDERD DAT DE COMMISSIE ZOU WORDEN VEROORDEELD HAAR DE BEDRAGEN TE BETALEN WELKE OP GROND VAN ARTIKEL 67 , LID 2 , VAN HET STATUUT TEN ONRECHTE IN MINDERING ZIJN GEBRACHT , VERMEERDERD MET MORATOIRE INTERESSEN NAAR 8 % ' S JAARS ;
26 OVERWEGENDE DAT DE FOUT WELKE BIJ DE UITVOERING DER AANGEHAALDE BEPALING IS BEGAAN , NIET HET KADER VAN BIJ DE BEREKENING VAN MAANDSALARISSEN VEELVULDIG VOORKOMENDE FOUTEN EN RECTIFICATIES TE BUITEN GAAT ;
27 DAT ZULKE FOUTEN , IN VOOR- OF NADEEL VAN DE BETROKKEN AMBTENAAR UITVALLEND , NORMALITER BIJ ONTDEKKING WORDEN GECORRIGEERD ZONDER DAT VAN DEZE OF GENE ZIJDE MORATOIRE INTERESTEN KUNNEN WORDEN VERLANGD ;
28 DAT RECTIFICATIES WAARTOE NA BEKLAG OF BEROEP WORDT OVERGEGAAN , ZICH , UITZONDERINGSGEVALLEN DAARGELATEN , NIET VAN GANGBARE RECTIFICATIES ONDERSCHEIDEN ;
29 DAT DE IN CASU BEGANE UITLEGGINGSFOUT NIET ALS ERNSTIG IS TE BESCHOUWEN ;
30 DAT HET VERZOEK OM TOEKENNING VAN MORATOIRE INTERESTEN DAN OOK NIET KAN WORDEN TOEGEWEZEN ;
31 DAT AL EVENMIN TERMEN AANWEZIG ZIJN OM DE COMMISSIE TE VEROORDELEN TOT BETALING DER GEVRAAGDE GELDSOMMEN , AANGEZIEN DE NIETIGVERKLARING DER OMSTREDEN BESLUITEN ZONDER MEER MEDEBRENGT DAT DE COMMISSIE OPNIEUW , IN OVEREENSTEMMING MET HET GEWEZEN ARREST , ZAL HEBBEN TE BESLISSEN ;
TEN AANZIEN VAN DE KOSTEN
32 OVERWEGENDE DAT INGEVOLGE ARTIKEL 69 , PARAGRAAF 2 , VAN HET REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING DE IN HET ONGELIJK GESTELDE PARTIJ IN DE KOSTEN MOET WORDEN VERWEZEN ;
33 DAT VERWEERSTER IN HET ONGELIJK IS GESTELD EN MITSDIEN IN DE KOSTEN MOET WORDEN VERWEZEN ;
HET HOF VAN JUSTITIE ( EERSTE KAMER ):
1 . VERNIETIGT DE BESLUITEN WAARBIJ DE IN BELGIE TEN TITEL VAN GEZINSVAKANTIEBIJSLAG EN BIJZONDERE KINDERBIJSLAG UITBETAALDE BEDRAGEN OP VERZOEKSTERS SALARIS OVER MAART EN AUGUSTUS 1976 ZIJN INGEHOUDEN ;
2 . VERWIJST VERWEERSTER IN DE KOSTEN .