Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52021XC1216(02)

    Bericht betreffende de uitvoering van het arrest van 3 december 2020 in zaak C-461/18 P met betrekking tot Uitvoeringsverordening (EU) nr. 626/2012 van de Raad tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 349/2012 van de Raad tot instelling van een definitief antidumpingrecht op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China 2021/C 507/08

    C/2021/8931

    PB C 507 van 16.12.2021, p. 13–17 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    16.12.2021   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 507/13


    Bericht betreffende de uitvoering van het arrest van 3 december 2020 in zaak C-461/18 P met betrekking tot Uitvoeringsverordening (EU) nr. 626/2012 van de Raad tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 349/2012 van de Raad tot instelling van een definitief antidumpingrecht op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China

    (2021/C 507/08)

    Arrest in zaak C-461/18 P

    In zijn arrest van 3 mei 2018 in zaak T-431/12, Distillerie Bonollo SpA e.a./Raad (1) (“het arrest van het Gerecht”), heeft het Gerecht van de Europese Unie Uitvoeringsverordening (EU) nr. 626/2012 van de Raad van 26 juni 2012 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 349/2012 van de Raad tot instelling van een definitief antidumpingrecht op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China (2) (“de litigieuze verordening”) nietig verklaard. Bij de litigieuze verordening waren, naar aanleiding van een tussentijds nieuw onderzoek op verzoek van verschillende producenten in de Unie, de antidumpingrechten ten aanzien van twee producenten-exporteurs verhoogd (voor Changmao Biochemical Engineering Co. Ltd van 10,1 % tot 13,1 % en voor Ninghai Organic Chemical Factory van 4,7 % tot 8,3 %).

    Het Gerecht stelde met name vast dat de Raad de normale waarde van wijnsteenzuur in het kader van het nieuwe onderzoek op basis van de productiekosten in Argentinië, maar tijdens het oorspronkelijke onderzoek op basis van de binnenlandse verkoopprijzen in dat land had berekend. Het Gerecht kwam tot de conclusie dat dit een wijziging van de methode in de zin van artikel 11, lid 9, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 (3) vormde. Het Gerecht heeft de litigieuze verordening in haar geheel nietig verklaard, maar heeft op verzoek van de producenten in de Unie het hogere antidumpingrecht ten aanzien van één producent-exporteur (Ninghai Organic Chemical Factory) gehandhaafd. Wat Changmao betreft, had het Gerecht de litigieuze verordening reeds in zaak T-442/12 op andere gronden nietig verklaard voor zover het die exporteur betrof (4).

    Op 3 december 2020 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (“het Hof van Justitie”) in zaak C-461/18 P, Changmao Biochemical Engineering Co. Ltd/Distillerie Bonollo SpA e.a (5)., uitspraak gedaan op de door Changmao Biochemical Engineering Co. Ltd “Changmao”) tegen het arrest van het Gerecht ingestelde hogere voorziening. Het Hof van Justitie heeft de bevindingen van het Gerecht bevestigd. Bijgevolg was de litigieuze verordening nietig verklaard ten aanzien van zowel Changmao als Ninghai Organic Chemical Factory, maar bleven de hogere antidumpingrechten ten aanzien van de laatste onderneming van kracht, in afwachting van maatregelen van de Commissie op grond van artikel 266 VWEU.

    Gevolgen

    Artikel 266 VWEU bepaalt dat de instellingen de maatregelen moeten nemen die nodig zijn ter uitvoering van de arresten van het Hof van Justitie en het Gerecht.

    Uit vaste rechtspraak volgt dat wanneer een procedure uit meerdere administratieve fasen bestaat, zoals bij de antidumpingprocedure, de nietigverklaring van een van die fasen niet tot nietigheid van de gehele procedure leidt (6). In plaats daarvan kan, wanneer de maatregelen worden genomen die nodig zijn om een nietigverklaringsarrest na te leven en hieraan uitvoering te geven, de procedure ter vervanging van een nietig verklaarde handeling worden hervat op het punt waarop de onwettigheid is ontstaan (7).

    Derhalve heeft de Europese Commissie (“de Commissie”) bij de uitvoering van de arresten van het Gerecht en het Hof van Justitie de mogelijkheid om de aspecten van de procedures die tot de nietigverklaring hebben geleid te herstellen en de delen waarvoor het arrest geen gevolgen heeft, ongewijzigd te laten (8).

    De litigieuze verordening werd nietig verklaard omdat de Commissie niet de juiste methode had gebruikt voor de berekening van de normale waarde van het wijnsteenzuur dat door de betrokken producenten-exporteurs was verkocht. Daarom moet de normale waarde voor Changmao en Ninghai Organic Chemical Factory worden herberekend met gebruikmaking van dezelfde methode als die welke in de oorspronkelijke procedure werd gebruikt, d.w.z. de berekening moet worden gebaseerd op de Argentijnse binnenlandse verkoopprijzen.

    De bevindingen van de litigieuze verordening die niet zijn aangevochten, die zijn aangevochten maar in de arresten van het Gerecht en het Hof van Justitie zijn verworpen of die niet door het Gerecht en het Hof van Justitie zijn onderzocht, en die derhalve niet tot de nietigverklaring van de litigieuze verordening hebben geleid, blijven van kracht.

    Heropening van de procedure

    Het antidumpingonderzoek betreffende de invoer van wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China dat tot de vaststelling van de litigieuze verordening had geleid, was op 7 september 2017 reeds door de Commissie heropend om uitvoering te geven aan het arrest van het Gerecht in zaak T-422/12 met betrekking tot Changmao (9). Voor de uit het arrest in zaak T-422/12 voortvloeiende uitvoeringsverplichtingen kwamen echter de uitvoeringsverplichtingen op grond van het arrest in zaak C-461/18 P in de plaats. Op grond van het arrest in zaak C-461/18 P moest de Commissie de normale waarde immers ook voor Changmao herberekenen. De mededeling van de methode die is gebruikt voor de berekening van de normale waarde van DL-wijnsteenzuur in de litigieuze verordening zou dus niet volstaan om te voldoen aan de bevindingen van het arrest in zaak C-461/18 P, op grond waarvan de normale waarde opnieuw moet worden berekend.

    Om ten aanzien van zowel Changmao als Ninghai Organic Chemical Factory uitvoering te geven aan de bevindingen van het arrest in zaak C-461/18 P, breidt de Commissie met het onderhavige bericht de reikwijdte van de heropening daarom uit.

    De heropening betreft uitsluitend de uitvoering van de arresten van het Gerecht en van het Hof van Justitie. De heropening heeft geen gevolgen voor andere onderzoeken. Uitvoeringsverordening (EU) nr. 349/2012 van de Raad van 16 april 2012 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China naar aanleiding van een nieuw onderzoek bij het vervallen van de maatregelen op grond van artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 (10) is derhalve nog steeds van toepassing ten aanzien van Changmao. Tegelijkertijd heeft het Gerecht de gevolgen van de litigieuze verordening ten aanzien van Ninghai Organic Chemical Factory gehandhaafd.

    Belanghebbenden worden over deze heropening geïnformeerd door middel van de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Schriftelijke opmerkingen

    Alle belanghebbenden, en met name de betrokken producenten-exporteurs en de bedrijfstak van de Unie, wordt verzocht hun standpunt kenbaar te maken en informatie en bewijsmateriaal in te dienen over kwesties die betrekking hebben op de heropening van het onderzoek. Tenzij anders aangegeven, moeten deze informatie en dit bewijsmateriaal uiterlijk twintig dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie in het bezit van de Commissie zijn.

    Mogelijkheid om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord

    De betrokken producenten-exporteurs en de bedrijfstak van de Unie kunnen een verzoek indienen om door de onderzoeksdiensten van de Commissie te worden gehoord. Dit verzoek moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. Een verzoek om te worden gehoord over kwesties die betrekking hebben op de heropening van het onderzoek moet uiterlijk 15 dagen na de datum van bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden ingediend. Daarna moet een verzoek om te worden gehoord, worden ingediend binnen de specifieke termijnen die de Commissie in haar correspondentie met de partijen vermeldt.

    Instructies voor schriftelijke opmerkingen en de verzending van correspondentie

    Informatie die in het kader van handelsbeschermingsonderzoeken aan de Commissie wordt verstrekt, moet vrij zijn van auteursrechten. Alvorens aan de Commissie informatie en/of gegevens te verstrekken die onderworpen zijn aan het auteursrecht van derden, moeten belanghebbenden de houder van het auteursrecht specifiek verzoeken de Commissie uitdrukkelijk toestemming te verlenen om a) voor deze handelsbeschermingsprocedure gebruik te maken van de informatie en gegevens, en b) de informatie en/of gegevens te verstrekken aan belanghebbenden in dit onderzoek, in een vorm die hun de mogelijkheid biedt hun recht van verweer uit te oefenen.

    Alle schriftelijke opmerkingen (met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie), ingevulde vragenlijsten en correspondentie die door de belanghebbenden worden verstrekt en waarvoor om een vertrouwelijke behandeling wordt verzocht, moeten voorzien zijn van de vermelding “Sensitive” (11). Partijen die in de loop van dit onderzoek informatie indienen, wordt verzocht hun verzoek om vertrouwelijke behandeling met redenen te omkleden.

    Belanghebbenden die informatie met de vermelding “Sensitive” verstrekken, moeten hiervan krachtens artikel 19, lid 2, van de basisverordening een niet-vertrouwelijke samenvatting indienen, voorzien van de vermelding “For inspection by interested parties”. Deze samenvatting moet gedetailleerd genoeg zijn om een redelijk inzicht te verschaffen in de wezenlijke inhoud van de als vertrouwelijk verstrekte inlichtingen. Als een belanghebbende die vertrouwelijke inlichtingen verstrekt, geen geldige redenen voor het verzoek om een vertrouwelijke behandeling aanvoert of geen niet-vertrouwelijke samenvatting daarvan indient met de vereiste vorm en inhoud, kan de Commissie deze informatie buiten beschouwing laten, tenzij aan de hand van geëigende bronnen aannemelijk wordt gemaakt dat de informatie juist is.

    Belanghebbenden wordt verzocht alle opmerkingen en verzoeken, met inbegrip van gescande volmachten en certificaten, via het platform TRON.tdi (https://webgate.ec.europa.eu/tron/TDI) in te dienen. Door het platform TRON.tdi of e-mail te gebruiken, stemmen belanghebbenden in met de geldende voorschriften inzake elektronisch ingediende opmerkingen, die zijn vervat in het document “Correspondentie met de Europese Commissie in handelsbeschermingszaken” op de website van het directoraat-generaal Handel

    (https://trade.ec.europa.eu/doclib/docs/2014/june/tradoc_152578.pdf).

    Belanghebbenden moeten hun naam, adres, telefoonnummer en een geldig e-mailadres vermelden en ervoor zorgen dat het verstrekte e-mailadres een actief, officieel en zakelijk e-mailadres is dat elke dag wordt gecontroleerd. Zodra contactgegevens zijn verstrekt, verloopt de communicatie van de Commissie met belanghebbenden uitsluitend via het platform TRON.tdi of per e-mail, tenzij zij uitdrukkelijk verzoeken alle documenten van de Commissie via een ander communicatiemiddel te ontvangen of het document wegens de aard ervan per aangetekend schrijven moet worden verzonden.

    Voor nadere voorschriften en informatie over de correspondentie met de Commissie, met inbegrip van de beginselen die van toepassing zijn op via het platform TRON.tdi of per e-mail verzonden opmerkingen, moeten belanghebbenden de hierboven genoemde instructies voor de communicatie met belanghebbenden raadplegen.

    Correspondentieadres van de Commissie:

    Europese Commissie

    Directoraat-generaal Handel

    Directoraat G

    Kamer CHAR 04/039

    1049 Brussel

    België

    TRON.tdi: https://webgate.ec.europa.eu/tron/tdi

    E-mail: TRADE-AD-R529A-TARTARIC-ACID@EC.EUROPA.EU

    Website: https://trade.ec.europa.eu/tdi/case_details.cfm?id=2280

    Niet-medewerking

    Wanneer belanghebbenden geen toegang tot de vereiste gegevens verlenen, deze niet binnen de gestelde termijn verstrekken of het onderzoek aanmerkelijk belemmeren, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening conclusies worden getrokken op basis van de beschikbare gegevens, zowel in positieve als in negatieve zin.

    Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende inlichtingen heeft verstrekt, kunnen deze buiten beschouwing worden gelaten en kan van de beschikbare gegevens gebruik worden gemaakt.

    Als een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de conclusies daarom overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kunnen de resultaten voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

    Als de belanghebbende zijn antwoord niet door middel van systemen voor automatische gegevensverwerking verstrekt, wordt dit niet als niet-medewerking beschouwd, mits deze belanghebbende aantoont dat verstrekking van het antwoord in de gevraagde vorm voor hem een onredelijke extra belasting zou betekenen of onredelijke extra kosten zou meebrengen. De belanghebbende moet onmiddellijk contact opnemen met de Commissie.

    Raadadviseur-auditeur

    Belanghebbenden kunnen erom vragen dat de raadadviseur-auditeur in handelsprocedures wordt ingeschakeld. Deze behandelt verzoeken om toegang tot het dossier, geschillen over de vertrouwelijkheid van documenten, verzoeken om termijnverlenging en alle andere verzoeken betreffende het recht van verweer van belanghebbenden en van derden die tijdens de procedure kunnen worden ingediend.

    De raadadviseur-auditeur kan een hoorzitting beleggen en bemiddelen tussen de belanghebbende(n) en de diensten van de Commissie om te garanderen dat de belanghebbenden hun recht van verweer ten volle kunnen uitoefenen. Een verzoek om door de raadadviseur-auditeur te worden gehoord, moet schriftelijk worden ingediend en met redenen worden omkleed. De raadadviseur-auditeur onderzoekt de redenen voor de verzoeken. Deze hoorzittingen mogen enkel plaatsvinden indien de kwesties niet tijdig zijn opgelost met de diensten van de Commissie.

    Belanghebbenden wordt verzocht ook wat betreft de tussenkomst van de raadadviseur-auditeur, met inbegrip van hoorzittingen, de in het bericht vermelde termijnen te volgen. Elk verzoek moet tijdig en snel worden ingediend, zodat het ordelijk verloop van de procedure niet in gevaar wordt gebracht. Daartoe moet een verzoek om inschakeling van de raadadviseur-auditeur zo spoedig mogelijk na de gebeurtenis die een dergelijke inschakeling rechtvaardigt door de belanghebbenden worden ingediend. De raadadviseur-auditeur onderzoekt de redenen voor laattijdige verzoeken om tussenkomst, de aard van de aan de orde gestelde kwesties en de gevolgen van die kwesties voor het recht van verweer, rekening houdend met het belang van behoorlijk bestuur en de tijdige voltooiing van het onderzoek.

    Belanghebbenden die contact willen opnemen, vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de pagina’s van de raadadviseur-auditeur op de website van DG Handel

    (https://ec.europa.eu/trade/trade-policy-and-you/contacts/hearing-officer/).

    Verwerking van persoonsgegevens

    Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (12).

    Een privacyverklaring die alle particulieren op de hoogte brengt van de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de handelsbeschermingsactiviteiten van de Commissie is beschikbaar op de website van DG Handel:

    (https://ec.europa.eu/trade/policy/accessing-markets/trade-defence/).

    Bekendmaking

    Belanghebbenden die zijn geregistreerd tijdens het onderzoek dat tot de vaststelling van de litigieuze verordening heeft geleid, zullen in kennis worden gesteld van de belangrijkste feiten en overwegingen op basis waarvan de Commissie voornemens is het arrest uit te voeren en zullen in de gelegenheid worden gesteld hierover opmerkingen te maken.


    (1)  Arrest van het Gerecht van 3 mei 2018, Distillerie Bonollo SpA e.a./Raad, T-431/12, ECLI:EU:T:2018:251.

    (2)  PB L 182 van 13.7.2012, blz. 1.

    (3)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51, vervangen door Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (“de basisverordening”, PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21).

    (4)  Arrest van het Gerecht van 1 juni 2017, Changmao Biochemical Engineering/Raad, T-442/12, ECLI:EU:T:2017:372. In die zaak had het Gerecht een schending van de rechten van de verdediging en van artikel 20, lid 2, van de basisverordening vastgesteld, aangezien de instellingen geen inlichtingen van betekenis hadden verstrekt over de methode voor de berekening van de normale waarde van DL-wijnsteenzuur.

    (5)  Arrest van het Hof van Justitie van 3 december 2020, Changmao Biochemical Engineering Co. Ltd/Distillerie Bonollo SpA e.a., C-461/18 P, ECLI:EU:C:2020:979.

    (6)  Arrest van het Gerecht van 15 oktober 1998, Industrie des poudres sphériques (IPS)/Raad, T-2/95, ECLI:EU:T:1998:242.

    (7)  Arresten van het Hof van Justitie van 3 oktober 2000, Industrie des poudres sphériques/Raad, C-458/98 P, ECLI:EU:C:2000:531, punten 80-85, en van 28 januari 2016, CM Eurologistik, C-283/14 en C-284/14, ECLI:EU:C:2016:57, punten 48-55.

    (8)  Arrest van het Hof van Justitie van 14 juni 2016, Commissie/McBride, C-361/14 P, ECLI:EU:C:2016:434, punt 56; zie tevens, op het gebied van dumping, arrest van het Hof van Justitie van 3 oktober 2000, Industrie des poudres sphériques/Raad, C-458/98 P, ECLI:EU:C:2000:531, punt 84.

    (9)  Bericht betreffende het arrest van 1 juni 2017 in zaak T-442/12 met betrekking tot Uitvoeringsverordening (EU) nr. 626/2012 van de Raad tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 349/2012 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op wijnsteenzuur van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB C 296 van 7.9.2017, blz. 16).

    (10)  PB L 110 van 24.4.2012, blz. 3.

    (11)  Een “Sensitive”-document wordt beschouwd als vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-Overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst). Het is ook een beschermd document krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43).

    (12)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).


    Top