EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52021XC0308(01)

Mededeling van de Commissie over richtsnoeren betreffende de uitvoering van de voorschriften voor de meerjarige nationale controleplannen, zoals vastgelegd in de artikelen 109 tot en met 111 of Verordening (EU) 2017/625 2021/C 78/01

C/2021/1166

PB C 78 van 8.3.2021, p. 1–27 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

8.3.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 78/1


Mededeling van de Commissie over richtsnoeren betreffende de uitvoering van de voorschriften voor de meerjarige nationale controleplannen, zoals vastgelegd in de artikelen 109 tot en met 111 of Verordening (EU) 2017/625

(2021/C 78/01)

Voorwoord

De Uniewetgeving voorziet in een reeks geharmoniseerde voorschriften om ervoor te zorgen dat levensmiddelen en diervoeders veilig en gezond zijn, en dat activiteiten die van invloed kunnen zijn op de veiligheid van de agro-voedselketen of de bescherming van consumentenbelangen met betrekking tot levensmiddelen en informatie over levensmiddelen worden uitgevoerd overeenkomstig specifieke voorschriften. Er zijn ook Unievoorschriften om te zorgen voor een hoog niveau van gezondheid van mensen, dieren en planten alsmede van dierenwelzijn in de agro-voedselketen en op alle activiteitengebieden waar een van de hoofddoelen bestaat in de bestrijding van de eventuele verspreiding van dierziekten, die in sommige gevallen op mensen overdraagbaar zijn, of van schadelijke organismen bij planten of plantaardige producten, en om te zorgen voor de bescherming van het milieu tegen risico’s die kunnen ontstaan door het gebruik van genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) of gewasbeschermingsmiddelen. De correcte toepassing van die voorschriften, die hierna gezamenlijk worden aangeduid met de term “wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen”, draagt bij aan de werking van de interne markt.

Bij Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen (1), is een geharmoniseerd Uniekader vastgesteld voor de organisatie van officiële controles, en andere officiële activiteiten dan officiële controles, in de hele agro-voedselketen.

In artikel 109 van Verordening (EU) 2017/625 is bepaald dat de lidstaten ervoor zorgen dat de officiële controles waarop die verordening van toepassing is, door de bevoegde autoriteiten worden verricht op grond van een meerjarig nationaal controleplan (MNCP), waarvan de opstelling en uitvoering op hun hele grondgebied worden gecoördineerd.

In artikel 110, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625 is bepaald dat bij de opstelling van het MNCP wordt gewaarborgd dat officiële controles worden gepland op alle gebieden waarop de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels van toepassing zijn, overeenkomstig de criteria in artikel 9 en de in de artikelen 18 tot en met 27 bedoelde voorschriften.

In artikel 110, lid 2, van Verordening (EU) 2017/625 zijn de beginselen vastgesteld voor de algemene informatie die in het MNCP moet worden opgenomen en in artikel 111, lid 2, zijn de beginselen voor de opstelling, actualisering en evaluatie van MNCP’s vastgesteld.

Gezien de ervaring die is opgedaan met de uitvoering van de MNCP’s, met de audits van de bevoegde autoriteiten in de lidstaten in overeenstemming met artikel 4, lid 6, van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (2)en door deskundigen van de Commissie uit hoofde van artikel 45 van die verordening en gezien de informatie die is opgenomen in de door de lidstaten op grond van artikel 44 van die verordening ingediende jaarverslagen, is het passend om deze richtsnoeren voor de opstelling van MNCP’s op te stellen.

Deze richtsnoeren moeten derhalve zijn gericht op de aspecten van het MNCP waarin in de lidstaten moet zijn voorzien om te voldoen aan de voorschriften van Verordening (EU) 2017/625, en met name de voorschriften van artikel 111, waarin de beginselen voor de opstelling, actualisering en evaluatie van MNCP’s zijn vastgelegd.

Het doel van het MNCP is bovendien een solide basis te leggen voor de audits van de bevoegde autoriteiten, in overeenstemming met artikel 6 van Verordening (EU) 2017/625, en de Commissie controles te laten uitvoeren in de lidstaten, in overeenstemming met artikel 116 van die verordening.

De Commissie zal deze richtsnoeren regelmatig herzien en, indien nodig, bijwerken na de ontvangst en het onderzoek van de MNCP’s en in het licht van de ervaring van de lidstaten met de uitvoering van Verordening (EU) 2017/625.

Deze richtsnoeren zijn bedoeld om de nationale autoriteiten bij te staan bij de toepassing van de artikelen 109 tot en met 111 van Verordening (EU) 2017/625. Alleen het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft de bevoegdheid om een bindende interpretatie van het Unierecht te geven.

Inhoud

A.

Doel van de richtsnoeren 4

B.

Definities 4

C.

Richtsnoeren betreffende wettelijke vereisten voor het mncp 5

1.

Toepassingsgebied van het MNCP 5

2.

Het enkele geïntegreerde MNCP 5

3.

Verzamelen van gegevens tijdens de uitvoering van en rapportage over MNCP’s 6

4.

Frequentie (duur van de planningscyclus) 6

5.

Algemene vereisten voor het MNCP 7

D.

Algemene richtsnoeren over de inhoud van het mncp 7

1.

Strategie en context 7

1.1.

Strategische doelstellingen van het MNCP 7

1.2.

Indeling in risicocategorieën 8

2.

Structureel kader voor officiële controles 8

2.1.

Aanwijzing van bevoegde autoriteiten 8

2.2.

Delegatie aan gemachtigde instanties (of natuurlijke personen) 9

3.

Algemene organisatie en beheer van officiële controles 9

3.1.

Controlesystemen en coördinatie van de werkzaamheden 10

3.2.

Naleving van de operationele criteria 11

3.3.

Opleiding van het personeel dat de officiële controles uitvoert 12

3.4.

Gedocumenteerde procedures 12

4.

Incidenten-/crisisbeheer 12

4.1.

Operationele noodplannen 12

4.2.

Organisatie van samenwerking en wederzijdse bijstand 13

A.   Doel van de richtsnoeren

Deze richtsnoeren zijn bedoeld om de lidstaten bij te staan bij het opstellen van een meerjarig nationaal controleplan (MNCP), zoals bedoeld in artikel 109 van Verordening (EU) 2017/625. Zij vormen een leidraad voor de uitvoering van de voorschriften voor het MNCP, zoals vastgelegd in artikel 110, lid 2, van die verordening.

Punt C van dit document voorziet derhalve in richtsnoeren betreffende de wettelijke vereisten voor het MNCP en punt D voorziet in richtsnoeren met betrekking tot de inhoud van het MNCP. Deze richtsnoeren omvatten ook een optioneel model voor het MNCP. Het is echter aan de lidstaten te kiezen in welke vorm zij hun MNCP willen presenteren.

B.   Definities

Voor de toepassing van deze richtsnoeren wordt verwezen naar de definities die zijn vastgesteld in de artikelen 2 en 3 van Verordening (EU) 2017/625 en in andere relevante wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen.

Met name wordt op de volgende definities in Verordening (EU) 2017/625 gewezen:

a)

“officiële controles”: de activiteiten die worden verricht door de bevoegde autoriteiten of de gemachtigde instanties of natuurlijke personen aan wie overeenkomstig deze verordening bepaalde officiële controletaken zijn gedelegeerd, teneinde te verifiëren of:

de exploitanten deze verordening en de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels naleven; en

dieren of goederen voldoen aan de vereisten die zijn neergelegd in de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels, met inbegrip van de regels voor de afgifte van een officieel certificaat of een officiële verklaring;

b)

“andere officiële activiteiten”: andere activiteiten dan officiële controles, die worden uitgevoerd door de bevoegde autoriteiten of de gemachtigde instanties of natuurlijke personen aan wie overeenkomstig deze verordening en overeenkomstig de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels bepaalde andere officiële activiteiten zijn gedelegeerd, met inbegrip van activiteiten om de aanwezigheid van dierziekten of schadelijke organismen bij planten vast te stellen, de verspreiding van die dierziekten of schadelijke organismen bij planten te voorkomen of in te perken of die dierziekten of schadelijke organismen bij planten uit te roeien, het verlenen van vergunningen of erkenningen en de afgifte van officiële certificaten of officiële verklaringen;

c)

“bevoegde autoriteiten”:

de centrale autoriteiten van een lidstaat die verantwoordelijk zijn voor de organisatie van officiële controles en andere officiële activiteiten, overeenkomstig deze verordening en de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels;

elke andere autoriteit waaraan die verantwoordelijkheid is opgedragen;

d)

“controleautoriteit voor biologische producten”: overheidsinstantie van een lidstaat voor de biologische productie en de etikettering van biologische producten waaraan de bevoegde autoriteiten hun bevoegdheden in verband met de toepassing van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (3) geheel of gedeeltelijk hebben opgedragen;

e)

“gemachtigde instantie”: een afzonderlijke rechtspersoon waaraan de bevoegde autoriteiten bepaalde taken in verband met officiële controles of met andere officiële activiteiten hebben gedelegeerd;

f)

“controleplan”: een door de bevoegde autoriteiten opgestelde beschrijving met informatie over de structuur en organisatie van het officiële controlesysteem en de werking ervan, alsook de gedetailleerde planning van de officiële controles die in een bepaalde periode op elk van de gebieden waarop de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels van toepassing zijn, zullen worden uitgevoerd;

g)

“risico”: functie van de kans op een nadelig effect op de gezondheid van mensen, dieren of planten, het dierenwelzijn of het milieu, en van de ernst van dat effect, voortvloeiend uit een gevaar.

Naast de bovenstaande definities wordt voor de toepassing van deze richtsnoeren verwezen naar de volgende definities:

a)

“coördinatie”: maatregelen die worden genomen om ervoor te zorgen dat de bevoegde autoriteiten hun officiële controles op coherente en consequente wijze plannen en uitvoeren zodat deze effectief bijdragen tot de verwezenlijking van de gemeenschappelijke doelstelling(en) van een effectieve uitvoering van het MNCP en van de Uniewetgeving;

b)

“gebieden”: de gebieden zoals vastgesteld in artikel 1, lid 2, van Verordening (EU) 2017/625.

C.   Richtsnoeren betreffende wettelijke vereisten voor het mncp

1.    Toepassingsgebied van het MNCP

Wettelijke vereiste

Artikel 109, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

Het MNCP betreft de officiële controles die vallen onder Verordening (EU) 2017/625, zoals bedoeld in artikel 1, leden 2 tot en met 4. Bijlage 1 bevat in aanvullende informatie als richtsnoer voor de regels die bepalingen voor de bovengenoemde officiële controles bevatten.

De lidstaten zijn niet verplicht om in hun MNCP informatie over andere officiële activiteiten op te nemen die de bevoegde autoriteiten, de gemachtigde instanties of de natuurlijke personen uitvoeren (4).

De lidstaten kunnen er echter voor kiezen dergelijke informatie in hun MNCP op te nemen wanneer zij van mening zijn dat de informatie relevant is of tot een beter begrip van het MNCP kan bijdragen.

Informatie over andere officiële controles die niet onder het toepassingsgebied van Verordening (EU) 2017/625 vallen, zoals officiële controles op grond van andere Uniewetgeving (bv. inzake geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik), of informatie in verband met het instrument voor de prestaties van veterinaire diensten van de Wereldorganisatie voor diergezondheid (OIE) (5), kunnen in het MNCP worden opgenomen.

2.    Het enkele geïntegreerde MNCP

Wettelijke vereiste

Artikel 109, leden 1 en 2, punten a) en b), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

In artikel 109, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625 is bepaald dat de lidstaten de opstelling en uitvoering van het MNCP op hun hele grondgebied moeten coördineren. Op grond van artikel 109, lid 2, moeten de lidstaten één enkele instantie aanwijzen die is belast met de coördinatie van de opstelling van het MNCP tussen alle bevoegde autoriteiten die voor de officiële controles verantwoordelijk zijn en met het waarborgen van de samenhang en volledigheid van het MNCP.

Het aanwijzen van één enkele instantie door een lidstaat mag niet worden opgevat als verplichting om een nieuwe afdeling binnen een bevoegde autoriteit of een nieuwe organisatie of instelling op te richten om aan artikel 109, lid 2, van Verordening (EU) 2017/625 te voldoen. Bestaande structuren in de lidstaten kunnen worden aangewezen als één enkele instantie.

Het MNCP beslaat officiële controles door alle bevoegde autoriteiten op alle niveaus (centraal, regionaal en lokaal) overeenkomstig de nationale regelingen voor officiële controles.

Lidstaten met een gedecentraliseerd bestuur moeten in hun MNCP vermelden hoe voor coördinatie tussen de verschillende overheidsdiensten wordt gezorgd met het oog op een enkel geïntegreerd MNCP.

De bevoegde autoriteiten moeten passende systemen creëren voor de geïntegreerde planning, ontwikkeling en coördinatie van de activiteiten met betrekking tot het MNCP. Een enkel geïntegreerd MNCP mag geen eenvoudige bundeling van plannen per afzonderlijke bevoegde autoriteit of per gebied zijn. Bij een dergelijke bundeling zouden de integratie en coördinatie van officiële controles binnen bepaalde of alle bevoegde autoriteiten en op bepaalde of alle gebieden ten aanzien van hieraan gerelateerde officiële controles niet worden aangepakt.

3.    Verzamelen van gegevens tijdens de uitvoering van en rapportage over MNCP’s

Wettelijke vereiste

Artikel 109, lid 2, punt c), artikel 111, leden 1 tot en met 3, en artikel 113 van Verordening (EU) 2017/625;

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie (6).

Richtsnoeren

De lidstaten moeten bij de uitvoering van het MNCP bewijs van de uitvoering ervan verzamelen, bewaren en beschikbaar maken voor organisaties die bij het uitvoeren van audits zijn betrokken, teneinde de controle van de doeltreffende uitvoering van MNCP’s mogelijk te maken. Deze bewijsstukken zijn onder meer schriftelijk vastgelegde procedures, documentatie en registers van officiële controles.

In artikel 109, lid 2, punt c), van Verordening (EU) 2017/625 is bepaald dat de enkele instanties van de lidstaten de gegevens verzamelen over de uitvoering van het MNCP met het oog op de indiening van het in artikel 113 bedoelde jaarverslag en op de evaluatie en, zo nodig, actualisering ervan overeenkomstig artikel 111, lid 2, van die verordening.

De jaarverslagen in verband met het MNCP moeten worden opgesteld en ingediend in overeenstemming met Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het standaardformulier dat in de door de lidstaten ingediende jaarverslagen moet worden gebruikt. De richtsnoeren (7) voor het invullen van het standaardformulier van de bijlage bij Verordening (EU) 2019/723 bieden de lidstaten verdere ondersteuning.

In artikel 111, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625 is bepaald dat de lidstaten ervoor zorgen dat het MNCP openbaar wordt gemaakt, met uitzondering van de delen van het plan waarvan de openbaarmaking de doeltreffendheid van de officiële controles zou ondermijnen. De lidstaten kunnen de manier van openbaarmaking van het MNCP kiezen.

Op grond van artikel 111, lid 3, van Verordening (EU) 2017/625 verstrekken de lidstaten de Commissie op verzoek de meest recente geactualiseerde versie van hun respectieve MNCP.

Dit doet geen afbreuk aan andere verzoeken van de Commissie om specifieke informatie met het oog op het uitvoeren van de controles van de Commissie, met inbegrip van audits, in de lidstaten in overeenstemming met artikel 116 van Verordening (EU) 2017/625.

4.    Frequentie (duur van de planningscyclus)

Richtsnoeren

De lidstaat beslist zelf over de geldigheidsduur/looptijd van het MNCP. Deze kan bijvoorbeeld worden afgestemd op andere nationale planningen zoals de begrotingscyclus. In het MNCP moet kort worden uitgelegd waarom voor een bepaalde duur is gekozen.

Omdat het om een meerjarenplan gaat, wordt voorgesteld dat de MNCP’s minimaal drie jaar bestrijken. Omdat het moeilijk is om in een veranderlijke context vooruit te plannen, wordt voorgesteld om de planningscyclus tot maximaal vijf jaar te beperken.

Hoe nauwgezet de officiële controles tijdens een bepaald jaar van het plan kunnen zijn, hangt af van een aantal onzekerheden en beperkingen. In het bijzonder is het mogelijk dat operationele doelstellingen voor officiële controles provisorisch moeten worden vastgesteld voor de latere jaren van het MNCP en dat deze regelmatig moeten worden bijgewerkt in samenhang met de opstelling van het op grond van artikel 113, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625 vereiste jaarverslag. Zie in dit verband punt D.1.1.

5.    Algemene vereisten voor het MNCP

Wettelijke vereiste

Artikel 110, artikel 111, lid 2, en artikel 119 van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

Het MNCP moet algemene informatie bevatten over de structuur en organisatie van de systemen voor officiële controles van de lidstaten die alle gebieden van de agro-voedselketen van de Unie betreffen. Hoewel het om algemene plannen gaat, moeten de MNCP’s ook informatie bevatten over de in artikel 110, lid 2, punten a) tot en met k), van Verordening (EU) 2017/625 vermelde specifieke kwesties. Richtsnoeren met betrekking tot deze specifieke kwesties zijn vastgelegd in punt D van deze richtsnoeren.

De lidstaten worden eraan herinnerd dat zij gedurende de uitvoering van het MNCP moeten nagaan of dit plan in het licht van de factoren als bedoeld in artikel 111, lid 2, en artikel 119, punt a), van Verordening (EU) 2017/625 moet worden aangepast, en dat zij eventuele aanpassingen moeten vermelden in het jaarverslag als bedoeld in artikel 113, lid 1, van die verordening.

In het MNCP moet derhalve het volgende worden beschreven:

a)

de procedure voor de jaarlijkse herziening van het functioneren van het MNCP, als bijdrage aan het jaarverslag over de uitvoering van het MNCP;

b)

de wijze waarop in deze procedure rekening wordt gehouden met de resultaten van de audits door de nationale bevoegde autoriteiten overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) 2017/625.

D.   Algemene richtsnoeren over de inhoud van het MNCP

1.    Strategie en context

1.1.   Strategische doelstellingen van het MNCP

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punt a), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

De algemene doelstelling van Verordening (EU) 2017/625 is het waarborgen van een beter geharmoniseerde en coherentere aanpak van officiële controles en relevante handhavingsmaatregelen in de volledige agro-voedselketen van de Unie en van de algemene verplichting van de lidstaten om de Uniewetgeving te handhaven. Daartoe moeten de lidstaten de nodige doelstellingen en strategieën ontwikkelen. Deze doelstellingen en strategieën moeten de basis vormen van en kort uiteen worden gezet in het MNCP (8).

De strategie die door de lidstaten voor de verschillende activiteiten, gebieden en fasen van de agro-voedselketen van de Unie wordt vastgesteld, moet een korte beschrijving bevatten van, evenals de redenen voor, de:

aandachtspunten van de officiële controles;

prioritering van de officiële controles; en

toewijzing van middelen.

1.2.   Indeling in risicocategorieën

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punt b), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

Gezien het feit dat artikel 9, leden 1, en 2, van Verordening (EU) 2017/625 ten aanzien van de wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen vereist dat de bevoegde autoriteiten regelmatig met passende frequentie risicogebaseerde officiële controles verrichten met betrekking tot alle exploitanten, moet het MNCP gegevens bevatten over de indeling in risicocategorieën, indien van toepassing, van de diverse activiteiten waarop officiële controles van toepassing zijn. Dit doet geen afbreuk aan de Uniewetgeving waarin de minimale frequenties voor officiële controles zijn gespecificeerd.

In het MNCP kan kort worden beschreven hoe de indeling in risicocategorieën door de lidstaten verloopt (9).

2.    Structureel kader voor officiële controles

2.1.   Aanwijzing van bevoegde autoriteiten

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punt c), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

Het MNCP moet een volledig overzicht geven van de structuur en de taken van de bevoegde autoriteiten. In het MNCP:

a)

moeten de autoriteiten, of, indien passend, het niveau van dergelijke autoriteiten (10), worden vermeld die zijn aangewezen als bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor officiële controles op alle in artikel 1, lid 2, van Verordening (EU) 2017/625 genoemde gebieden. Alle bevoegde autoriteiten en, waar passend, niveaus van bevoegde autoriteiten (centraal, regionaal en lokaal niveau) moeten worden vermeld, evenals alle gemachtigde instanties of natuurlijke personen aan wie bepaalde taken zijn gedelegeerd;

b)

moet de verdeling van officiële controletaken en verantwoordelijkheden voor de volledige agro-voedselketen worden beschreven;

c)

moeten de middelen worden vermeld waarover de bevoegde autoriteiten kunnen beschikken;

d)

moet worden vermeld welke nationale referentielaboratoria overeenkomstig artikel 100, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625 zijn aangewezen en voor welke gebieden zij verantwoordelijk zijn.

De in de punten a) tot en met d) genoemde informatie kan worden gepresenteerd in een geïntegreerd nationaal organisatieschema van de bevoegde autoriteiten, met vermelding van hun taken en verantwoordelijkheden.

Wat de middelen betreft, moet worden beschreven over welke menselijke middelen en ondersteunende faciliteiten en diensten (zoals gespecialiseerde informaticasystemen en laboratorium-, diagnose- en onderzoeks- en opleidingsfaciliteiten en diensten) de bevoegde autoriteiten beschikken.

De menselijke middelen moeten in het aantal fulltimeposten of fulltime-equivalenten worden opgegeven. De beschikbare faciliteiten en diensten kunnen worden gekwantificeerd qua niveau van de dienstverlening, laboratoriumcapaciteit en soorten analytische werkzaamheden; in voorkomend geval kan worden vermeld welke gemeenschappelijke middelen op nationaal of regionaal niveau beschikbaar zijn en welke bevoegde autoriteiten daarvan gebruikmaken.

Het plan hoeft geen volledige lijst te bevatten van de officiële laboratoria die de bij de officiële controles genomen monsters analyseren; wel moet de bevoegde autoriteit een dergelijke lijst bijhouden.

Wanneer de lijst van nationale referentielaboratoria en officiële laboratoria niet in het MNCP wordt opgenomen, moeten links worden opgenomen naar de relevante webpagina(’s) waar deze lijsten kunnen worden gevonden.

2.2.   Delegatie aan gemachtigde instanties (of natuurlijke personen)

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punt d), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

Het MNCP moet, waar passend:

a)

een vermelding van de bevoegde autoriteiten bevatten die officiële controletaken delegeren aan gemachtigde instanties;

b)

een lijst van de specifieke taken bevatten die aan elke categorie gemachtigde instanties wordt gedelegeerd;

c)

een algemene beschrijving bevatten van de regelingen die zijn getroffen om te waarborgen dat de delegerende bevoegde autoriteiten en de gemachtigde instanties voldoen aan de eisen van:

i)

de artikelen 29 en 33 van Verordening (EU) 2017/625;

ii)

bijlage II, hoofdstuk II, punt 2, bij Verordening (EU) 2017/625.

De punten a) tot en met c), i), hierboven kunnen ook van toepassing zijn wanneer taken worden gedelegeerd aan natuurlijke personen (artikelen 30 en 33 van Verordening (EU) 2017/625).

Indien dezelfde officiële controletaken aan verscheidene gemachtigde instanties of natuurlijke personen worden gedelegeerd, hoeven in het MNCP alleen de categorieën gemachtigde instanties of natuurlijke personen te worden vermeld. In dit geval hoeft geen volledige en geactualiseerde lijst van gemachtigde instanties of natuurlijke personen waaraan officiële controletaken zijn gedelegeerd, in het plan te worden opgenomen, maar moet deze door de relevante bevoegde autoriteiten worden bijgehouden.

3.    Algemene organisatie en beheer van officiële controles

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punten e) tot en met i), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

In artikel 110, lid 2, punt e), van Verordening (EU) 2017/625 is bepaald dat het MNCP informatie moet bevatten over de algemene organisatie en het algemene beheer van de officiële controles op nationaal, regionaal en lokaal niveau, met inbegrip van officiële controles in afzonderlijke inrichtingen.

In het MNCP moet een algemene beschrijving worden opgenomen van de organisatie en de structuur van alle organisaties, op alle niveaus, die als bevoegde autoriteit zijn aangewezen. Indien de bevoegde autoriteiten op regionaal en/of lokaal niveau grotendeels dezelfde organisatie en structuur hebben, volstaat een algemene omschrijving. In het MNCP moet worden beschreven hoe de officiële controles, waaronder de invoer- en uitvoercontroles, op nationaal, regionaal en lokaal niveau worden georganiseerd en beheerd.

In het MNCP moet een algemene beschrijving worden gegeven van:

a)

de organisatie van de bevoegde autoriteiten;

b)

de hiërarchische verhoudingen en de rapportageregelingen (en/of de governanceregelingen) binnen en tussen de bevoegde autoriteiten en met de gemachtigde instanties of natuurlijke personen;

c)

de regelingen voor het toezicht op de kwaliteit, onpartijdigheid, consistentie en doeltreffendheid van de officiële controles, binnen en tussen de bevoegde autoriteiten op alle niveaus, waaronder ook de regionale en lokale autoriteiten, overeenkomstig artikel 5, lid 1, punt b), van Verordening (EU) 2017/625;

d)

de verhouding en regelingen tussen bevoegde autoriteiten en gemachtigde instanties en nationale referentielaboratoria om te waarborgen dat dergelijke laboratoria voldoen aan en werken overeenkomstig respectievelijk artikel 38 en artikel 100, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625;

e)

de regelingen voor de uitvoering van de audits van bevoegde autoriteiten om de doeltreffendheid en geschiktheid van officiële controles, als bedoeld in artikel 6 van Verordening (EU) 2017/625, te waarborgen. In de regelingen (11) moet worden aangegeven hoe ervoor wordt gezorgd dat de audits aan een onafhankelijke toetsing worden onderworpen en op transparante wijze worden uitgevoerd en dat de bevoegde autoriteiten passende maatregelen nemen in het licht van de resultaten van dergelijke audits.

3.1.   Controlesystemen en coördinatie van de werkzaamheden

Bij de organisatie van de systemen voor officiële controles moet rekening worden gehouden met:

a)

de noodzaak om de aard, de frequentie, het tijdstip en de plaats van de officiële controle vast te stellen met het oog op een optimale naleving van de wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen;

b)

de vaststelling van prioriteiten bij de afweging tussen taken en middelen, kostenefficiëntie en kosteneffectiviteit;

c)

de specifieke nationale controleplannen of programma’s uit hoofde van de wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen;

d)

eventuele specifieke nationale plannen voor de bestrijding of uitroeiing van ziekten;

e)

eventuele relevante indelingen in risicocategorieën.

In het MNCP moet derhalve het volgende worden beschreven:

a)

de officiële controlesystemen voor de verschillende gebieden, met name:

i)

de gebruikte officiële controlemethoden en -technieken, zoals toezicht, bewaking, verificatie, audits, inspecties, bemonstering en analyses, rekening houdend met de vereisten van de artikelen 14, 34 en 35 van Verordening (EU) 2017/625, met vermelding van waar en wanneer deze officiële controlemethoden en -technieken worden gebruikt;

ii)

de frequentie of, in voorkomend geval, de criteria voor het bepalen van de frequentie, en de aard van de officiële controles;

iii)

de omvang en de werking van officiële controles op de invoer en uitvoer van alle dieren en goederen;

b)

de wijze waarop de in punt D1.2 bedoelde risicocategorieën worden gebruikt om gerichte officiële controles uit te voeren;

c)

de manier waarop de officiële controleregelingen voor horizontaal toepasselijke wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen worden geïntegreerd in de officiële controles die van toepassing zijn op elk relevant gebied. Wanneer de controles verscheidene gebieden betreffen, moeten tussen die gebieden de nodige “verbanden” worden gelegd.

Er moet worden voorzien in regelingen ter waarborging van de coördinatie van de werkzaamheden en de samenwerking binnen en tussen de bevoegde autoriteiten. Deze regelingen moeten ook bijdragen tot de kwaliteit, onpartijdigheid, consistentie en doeltreffendheid van de officiële controles.

Met name moet informatie worden verstrekt over de algemene afstemming tussen de verschillende bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor verschillende gebieden of verschillende fasen van de wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen, en over de regelingen in het geval van delegatie van de bevoegdheden aan of het delen van de bevoegdheden met regionale en/of lokale bevoegde autoriteiten.

In het MNCP moet derhalve het volgende worden beschreven:

a)

de regelingen die zijn getroffen met het oog op een doeltreffende en efficiënte samenwerking en coördinatie van de werkzaamheden:

binnen de bevoegde autoriteiten en tussen verschillende bevoegde autoriteiten die op hetzelfde gebied werkzaam zijn (met name wanneer de lidstaat de bevoegdheid tot het uitvoeren van officiële controles heeft gedelegeerd aan: een andere autoriteit dan de centrale bevoegde autoriteit, op centraal, regionaal of lokaal niveau, zoals bedoeld in artikel 4, lid 2, van Verordening (EU) 2017/625);

van andere autoriteiten (waarbij samenwerking is vereist, zoals bepaald in de artikelen 75 en 76 van Verordening (EU) 2017/625); en

wanneer de bevoegde autoriteiten officiële controles delegeren aan gemachtigde instanties of natuurlijke personen, zoals bedoeld in artikel 28, lid 1, en de artikelen 29, 30 en 33 van Verordening (EU) 2017/625.

Voorbeelden van formele regelingen voor de coördinatie van de werkzaamheden en de consistentie van de officiële controles zijn vergaderingen, gemengde comités, verbindingsgroepen en vereisten voor onderlinge afspraken en gezamenlijke acties;

b)

gezamenlijke opleidingsinitiatieven voor het personeel dat de officiële controles uitvoert, bijvoorbeeld op het gebied van technische vaardigheden, toezicht op controlediensten, kwaliteitsbeheer en audit (in voorkomend geval);

c)

het delen van de toegang tot laboratoria en diagnosefaciliteiten, indien van toepassing;

d)

het beheer en gebruik van gedeelde nationale databanken, indien van toepassing;

e)

de gebieden waarop coördinatie en communicatie tussen de bevoegde autoriteiten van belang is, met vermelding van:

i)

de maatregelen met het oog op doeltreffende coördinatie en communicatie, om onderbrekingen in de officiële controles te voorkomen;

ii)

de wijze waarop de nodige informatie tussen de bevoegde autoriteiten wordt uitgewisseld met het oog op de continuïteit en de consistentie van de officiële controles en de doeltreffende werking van de traceerbaarheidssystemen.

3.2.   Naleving van de operationele criteria

In het MNCP moet worden beschreven hoe erop wordt toegezien dat de organisaties die als bevoegde autoriteiten of controleautoriteiten voor biologische producten zijn aangewezen, de vereisten van artikel 5, lid 1, punten a) en c) tot en met i), van Verordening (EU) 2017/625 effectief toepassen.

Met name moet in het MNCP worden beschreven welke procedures en/of regelingen er zijn om, met betrekking tot alle bevoegde autoriteiten en controleautoriteiten voor biologische producten, te waarborgen dat:

a)

de doeltreffendheid en relevantie van de officiële controles wordt gewaarborgd;

b)

het personeel dat de officiële controles (12) uitvoert, vrij is van elke belangenverstrengeling die afbreuk zou kunnen doen aan zijn objectiviteit en onafhankelijkheid, en dat eventuele potentiële belangenconflicten worden aangepakt;

c)

alle autoriteiten beschikken over, of toegang hebben tot, geschikte laboratoriumcapaciteit voor analysen, tests en diagnoses;

d)

alle autoriteiten beschikken over, of toegang hebben tot, een voldoende aantal behoorlijk gekwalificeerde en ervaren personeelsleden, zodat de officiële controles doelmatig en doeltreffend kunnen worden verricht;

e)

alle autoriteiten beschikken over passende en goed onderhouden inrichtingen en uitrustingen, opdat het personeel de officiële controles doelmatig en correct kan uitvoeren;

f)

alle autoriteiten beschikken over de wettelijke bevoegdheden om de officiële controles te verrichten en acties te ondernemen waarin Verordening (EU) 2017/625 en de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels voorzien, waaronder de bevoegdheid om gebouwen van exploitanten te betreden, dieren, goederen, registers en andere documenten en computersystemen te inspecteren, monsters te nemen en bij vermoedelijke of vastgestelde niet-naleving de nodige maatregelen te nemen, waaronder het opleggen van doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties of het inleiden van procedures voor het opleggen van dergelijke sancties;

g)

alle autoriteiten beschikken over noodplannen en gereed zijn om die in noodsituaties uit te voeren, in voorkomend geval overeenkomstig de in artikel 1, lid 2, bedoelde regelgeving.

3.3.   Opleiding van het personeel dat de officiële controles uitvoert

In de MNCP’s moet worden beschreven welke systemen of regelingen er zijn om ervoor te zorgen dat het personeel dat de officiële controles uitvoert, overeenkomstig artikel 5, lid 4, van Verordening (EU) 2017/625 een passende opleiding krijgt of heeft gekregen.

In het MNCP moet voorts worden beschreven welke regelingen zijn getroffen om ervoor te zorgen dat het personeel dat de officiële controles uitvoert, de nodige kwalificaties, opleiding en bekwaamheden heeft om deze controles op doeltreffende wijze uit te voeren.

In het MNCP moet voor alle gebieden worden beschreven welke systemen of regelingen er zijn om:

a)

de opleidingsbehoeften van het personeel dat de officiële controles uitvoert, vast te stellen;

b)

deze opleidingen te verschaffen en te evalueren;

c)

deze opleidingen te documenteren met het oog op audits.

Wanneer officiële controletaken aan gemachtigde instanties of natuurlijke personen worden gedelegeerd, moeten de nodige regelingen worden getroffen opdat de personeelsleden van deze gemachtigde instanties of natuurlijke personen de nodige kwalificaties, opleiding en bekwaamheden hebben om deze taken op doeltreffende wijze uit te voeren (zie ook punt D.2.2).

3.4.   Gedocumenteerde procedures

In het MNCP moet worden beschreven welke systemen of regelingen er zijn met het oog op een effectieve naleving van de vereisten van artikel 12, leden 1 tot en met 3, van Verordening (EU) 2017/625 betreffende gedocumenteerde procedures en artikel 13 van die verordening betreffende schriftelijke gegevens over officiële controles.

De gedocumenteerde procedures moeten de in bijlage II, hoofdstuk II, bij Verordening (EU) 2017/625 beschreven gebieden voor controleprocedures bestrijken en instructies omvatten voor de personeelsleden die de officiële controles verrichten.

Voor alle gebieden moet in het MNCP worden beschreven welke systemen of regelingen er zijn om ervoor te zorgen dat:

a)

de desbetreffende gedocumenteerde procedures kunnen worden geraadpleegd door (13):

i)

al het personeel dat de officiële controles uitvoert;

ii)

de betrokken bevoegde autoriteiten;

iii)

de centrale bevoegde autoriteit;

b)

de gedocumenteerde procedures geregeld worden herzien en geactualiseerd.

Een volledige lijst of index van gedocumenteerde procedures hoeft niet in het plan te worden opgenomen, maar moet worden bijgehouden door de bevoegde autoriteit.

Voor alle gebieden moet in het MNCP worden beschreven welke systemen of regelingen er zijn om de prestaties en de resultaten van de officiële controles overeenkomstig artikel 13, leden 1 en 2, van Verordening (EU) 2017/625 te registreren, hoe deze registers worden bijgehouden en hoe zij kunnen worden geraadpleegd door:

a)

al het personeel dat de officiële controles uitvoert;

b)

de betrokken bevoegde autoriteit;

c)

de centrale bevoegde autoriteit;

d)

organisaties die bij de verrichting van audits zijn betrokken;

e)

de Commissie, op verzoek.

4.    Incidenten-/crisisbeheer

4.1.   Operationele noodplannen

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punt j), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

In dit deel worden richtsnoeren gegeven met betrekking tot in het bijzonder de gegevens die moeten worden verstrekt in verband met de noodplannen als bedoeld in artikel 5, lid 1, punt i), en artikel 115 van Verordening (EU) 2017/625, en in het algemeen andere noodplannen die uit hoofde van de relevante Uniewetgeving zijn vereist, zoals:

Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (“diergezondheidswetgeving”) (14); en

Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (15)(“fytosanitaire wetgeving”).

In het MNCP moet:

a)

worden vermeld voor welke gebieden er specifieke noodplannen bestaan;

b)

het toepassingsgebied van elk van deze noodplannen worden vermeld;

c)

worden vermeld welk orgaan verantwoordelijk is voor de opstelling en het beheer van elk van deze noodplannen;

d)

worden beschreven welk systeem of welke regelingen er zijn om de noodplannen te verspreiden en om de nodige opleidingen te geven voor de uitvoering ervan.

Er hoeft echter geen kopie van elk noodplan te worden bijgevoegd, maar er moet een link/links naar de desbetreffende webpagina(’s) worden vermeld.

Zo nodig kunnen deze regelingen worden beschreven aan de hand van een organisatieschema, een tabel of in een andere bevattelijke vorm.

4.2.   Organisatie van samenwerking en wederzijdse bijstand

Wettelijke vereiste

Artikel 110, lid 2, punt k), van Verordening (EU) 2017/625.

Richtsnoeren

In het MNCP moet:

a)

worden beschreven welke algemene regelingen zijn getroffen met het oog op de naleving van de artikelen 102 tot en met 107 van Verordening (EU) 2017/625;

b)

worden vermeld welke contactinstanties zijn aangewezen en voor welke gebieden zij bevoegd of verantwoordelijk zijn.

De beschrijving van de algemene regelingen kan informatie bevatten over de manier waarop de bevoegde autoriteiten informatie over ernstige directe of indirecte risico’s voor de gezondheid van mensen, dieren of planten, het dierenwelzijn of, wat ggo’s en gewasbeschermingsmiddelen betreft, ook voor het milieu, uitwisselen en verspreiden om snel maatregelen te kunnen nemen om deze ernstige risico’s tegen te gaan.

Er moet worden voorzien in mechanismen voor de grensoverschrijdende bijstand en samenwerking tussen bevoegde autoriteiten om ervoor te zorgen dat gevallen van niet-naleving van de wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen die een grensoverschrijdende dimensie hebben, niet alleen in de lidstaat waar de niet-naleving voor het eerst wordt gedetecteerd, maar ook in de lidstaat die de bron is van de niet-naleving, doeltreffend worden vervolgd.

Een korte uitleg van de manier waarop bevoegde autoriteiten interageren met en gebruikmaken van de verschillende onderdelen van het gecomputeriseerde informatiemanagementsysteem voor officiële controles (Imsoc) (16), kan worden gebruikt om aan te tonen dat lidstaten tijdig maatregelen nemen om bepaalde ernstige risico’s in de agro-voedselketen van de Unie tegen te gaan en hoe zij zijn voorbereid op het nemen van doeltreffende en evenredige maatregelen om grensoverschrijdende schendingen van de wetgeving van de Unie betreffende de agro-voedselketen te vervolgen, ook in gevallen waarin de potentiële frauduleuze of bedrieglijke praktijken een grensoverschrijdende dimensie hebben of kunnen hebben.

Verzoeken om administratieve bijstand, samenwerking en alle kennisgevingen moeten een adequate follow-up krijgen. Om dit mogelijk te maken, moeten de lidstaten een of meer verbindingsorganen aanwijzen om bij communicatiestromen tussen bevoegde autoriteiten in verschillende lidstaten te assisteren en deze te coördineren.


(1)  Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2017 betreffende officiële controles en andere officiële activiteiten die worden uitgevoerd om de toepassing van de levensmiddelen- en diervoederwetgeving en van de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn, plantgezondheid en gewasbeschermingsmiddelen te waarborgen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 999/2001, (EG) nr. 396/2005, (EG) nr. 1069/2009, (EG) nr. 1107/2009, (EU) nr. 1151/2012, (EU) nr. 652/2014, (EU) 2016/429 en (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad, de Verordeningen (EG) nr. 1/2005 en (EG) nr. 1099/2009 van de Raad en de Richtlijnen 98/58/EG, 1999/74/EG, 2007/43/EG, 2008/119/EG en 2008/120/EG van de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, de Richtlijnen 89/608/EEG, 89/662/EEG, 90/425/EEG, 91/496/EEG, 96/23/EG, 96/93/EG en 97/78/EG van de Raad en Besluit 92/438/EEG van de Raad (verordening officiële controles) (PB L 95 van 7.4.2017, blz. 1).

(2)  Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1).

(3)  Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (PB L 189 van 20.7.2007, blz. 1).

(4)  Op grond van artikel 1, lid 5, van Verordening (EU) 2017/625 zijn de artikelen 109 tot en met 111 van deze verordening niet van toepassing op andere officiële activiteiten.

(5)  De werkzaamheden van de gezamenlijke werkgroep OIE-EU kunnen een nuttige bron van informatie zijn.

(6)  Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie van 2 mei 2019 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het standaardformulier dat in de door de lidstaten ingediende jaarverslagen moet worden gebruikt (PB L 124 van 13.5.2019, blz. 1).

(7)  Mededeling van de Commissie over richtsnoeren betreffende het invullen van het standaardformulier in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) 2019/723 van de Commissie tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft het standaardformulier dat in de door de lidstaten ingediende jaarverslagen moet worden gebruikt (PB C 71, 1.3.2021, blz. 1) {C(2021) 1136].

(8)  De werkzaamheden van het MNCP-netwerk kunnen een nuttige bron van informatie zijn.

(9)  Zoals in voetnoot 8.

(10)  Enkele voorbeelden: “Länder”, “districtsraden”, “gemeenten”, “départements”.

(11)  Bij deze regelingen moet rekening worden gehouden met de mededeling van de Commissie over richtsnoeren betreffende de uitvoering van de bepalingen inzake het uitvoeren van audits op grond van artikel 6 van Verordening (EU) 2017/625 (PB C 66 van 26.2.2021, blz. 22).

(12)  Wanneer extern of contractueel personeel officiële controles uitvoert, dat is voorzien in maatregelen om te waarborgen dat zij bij de uitvoering van hun officiële controletaken een gelijke mate van onafhankelijkheid en verantwoording hebben als vast personeel.

(13)  Zie ook punt C.3.

(14)  Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (“diergezondheidswetgeving”) (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1).

(15)  Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten, tot wijzigingen van de Verordeningen (EU) nr. 228/2013, (EU) nr. 652/2014 en (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van de Richtlijnen 69/464/EEG, 74/647/EEG, 93/85/EEG, 98/57/EG, 2000/29/EG, 2006/91/EG en 2007/33/EG van de Raad (PB L 317 van 23.11.2016, blz. 4).

(16)  Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1715 van de Commissie van 30 september 2019 tot vaststelling van regels inzake de werking van het informatiemanagementsysteem voor officiële controles en de systeemcomponenten ervan (“de Imsoc-verordening”) (PB L 261 van 14.10.2019, blz. 37).


BIJLAGE 1

Richtsnoeren over het toepassingsgebied van het MNCP

In het MNCP moeten de regelingen voor alle officiële controles binnen het toepassingsgebied van Verordening (EU) 2017/625 worden vermeld. Als richtsnoer voor de regels die bepalingen voor de bovengenoemde officiële controles bevatten, wordt hieronder voor elk gebied dat onder artikel 1, leden 2 en 3, van Verordening (EU) 2017/625 valt, aanvullende informatie gegeven in de vorm van niet-uitputtende indicatieve lijsten.

MET BETREKKING TOT DE IN ARTIKEL 1, LID 2, VAN VERORDENING (EU) 2017/625 BEDOELDE GEBIEDEN:

a)

levensmiddelen en voedselveiligheid, integriteit en heilzaamheid in elk stadium van de productie, verwerking en distributie van levensmiddelen, met inbegrip van voorschriften om eerlijke handelspraktijken te waarborgen, de belangen van de consument te beschermen en consumenten te informeren, alsook betreffende de vervaardiging en het gebruik van materialen en voorwerpen die bestemd zijn om met levensmiddelen in contact te komen;

Verordening (EEG) nr. 315/93 tot vaststelling van communautaire procedures inzake verontreinigingen in levensmiddelen

Richtlijn 96/22/EG betreffende het verbod op het gebruik, in de veehouderij, van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede van ß-agonisten

Richtlijn 96/23/EG inzake controlemaatregelen ten aanzien van bepaalde stoffen en residuen daarvan in levende dieren en in producten daarvan — bepalingen die nog steeds van toepassing zijn n overeenstemming met de overgangsbepaling van artikel 150 van Verordening (EU) 2017/625

Beschikking 97/747/EG tot vaststelling van de niveaus en frequenties van de monsternemingen zoals bedoeld in Richtlijn 96/23/EG van de Raad, ten behoeve van de controle op bepaalde stoffen en residuen daarvan in bepaalde dierlijke producten

Richtlijn 98/83/EG betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water (geldende voorschriften voor gebotteld water)

Richtlijn 1999/2/EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake de behandeling van voedsel en voedselingrediënten met ioniserende straling

Richtlijn 1999/3/EG inzake de vaststelling van een communautaire lijst van voedsel en voedselingrediënten die mogen worden behandeld met ioniserende straling

Verordening (EG) nr. 178/2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden

Richtlijn 2002/46/EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake voedingssupplementen

Richtlijn 2002/99/EG houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong

Richtlijn 2003/40/EG tot vaststelling van de lijst, de grenswaarden voor de concentratie en de vermelding op het etiket van bestanddelen van natuurlijk mineraalwater en van de voorwaarden voor het gebruik van met ozon verrijkte lucht bij de behandeling van natuurlijk mineraalwater en bronwater

Verordening (EG) nr. 1829/2003 inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EG) nr. 1830/2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid van met genetisch gemodificeerde organismen geproduceerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EG) nr. 852/2004 inzake levensmiddelenhygiëne

Verordening (EG) nr. 853/2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong

Verordening (EG) nr. 641/2004 tot vaststelling van nadere bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1829/2003 wat betreft vergunningaanvragen voor nieuwe genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders, kennisgevingen van bestaande producten en de onvoorziene of technisch niet te voorkomen aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de risicobeoordeling tot een gunstig resultaat heeft geleid

Verordening (EG) nr. 1935/2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen

Verordening (EG) nr. 396/2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen in of op levensmiddelen en diervoeders van plantaardige en dierlijke oorsprong

Verordening (EG) nr. 2073/2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen

Verordening (EG) nr. 2074/2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig Verordening (EG) nr. 854/2004

Verordening (EG) nr. 1881/2006 tot vaststelling van de maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen

Verordening (EG) nr. 1924/2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen

Verordening (EG) nr. 1925/2006 betreffende de toevoeging van vitaminen en mineralen en bepaalde andere stoffen aan levensmiddelen

Verordening (EG) nr. 2023/2006 betreffende goede fabricagemethoden voor materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen

Verordening (EG) nr. 1332/2008 inzake voedingsenzymen

Verordening (EG) nr. 1333/2008 inzake levensmiddelenadditieven

Verordening (EG) nr. 1334/2008 inzake aroma’s en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in en op levensmiddelen

Richtlijn 2009/32/EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake het gebruik van extractiemiddelen bij de productie van levensmiddelen en bestanddelen daarvan

Richtlijn 2009/39/EG betreffende voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen

Richtlijn 2009/54/EG betreffende de exploitatie en het in de handel brengen van natuurlijk mineraalwater

Verordening (EU) nr. 37/2010 betreffende farmacologisch werkzame stoffen en de indeling daarvan op basis van maximumwaarden voor residuen in levensmiddelen van dierlijke oorsprong

Verordening (EU) nr. 115/2010 tot vaststelling van de voorwaarden voor het gebruik van geactiveerd aluminiumoxide om fluoride uit natuurlijk mineraalwater en bronwater te verwijderen

Verordening (EU) nr. 10/2011 betreffende materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in contact te komen

Verordening (EU) nr. 931/2011 inzake de traceerbaarheidsvoorschriften die bij Verordening (EG) nr. 178/2002 voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong zijn vastgesteld

Verordening (EU) nr. 1169/2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 29/2012 betreffende de handelsnormen voor olijfolie

Verordening (EU) nr. 1151/2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (titel IV: facultatieve kwaliteitsaanduidingen)

Verordening (EU) nr. 228/2013 houdende specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie

Verordening (EU) nr. 609/2013 inzake voor zuigelingen en peuters bedoelde levensmiddelen, voeding voor medisch gebruik en de dagelijkse voeding volledig vervangende producten voor gewichtsbeheersing

Verordening (EU) nr. 1306/2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

Verordening (EU) nr. 1308/2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten (de artikelen 73 tot en met 91)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1337/2013 tot vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1169/2011, wat betreft het vermelden van het land van oorsprong of de plaats van herkomst voor vers, gekoeld of bevroren vlees van varkens, schapen, geiten en pluimvee

Verordening (EU) nr. 1379/2013 houdende een gemeenschappelijke marktordening voor visserijproducten en aquacultuurproducten

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 179/2014 houdende aanvulling van Verordening (EU) nr. 228/2013 betreffende het register van marktdeelnemers, het steunbedrag voor de afzet van producten buiten het productiegebied, het logo, de vrijstelling van invoerrechten voor bepaalde runderen en de financiering van bepaalde maatregelen in samenhang met specifieke maatregelen op landbouwgebied ten behoeve van de ultraperifere gebieden van de Unie

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1375 tot vaststelling van specifieke voorschriften voor de officiële controles op Trichinella in vlees

Verordening (EU) 2015/2283 betreffende nieuwe voedingsmiddelen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/624 betreffende specifieke voorschriften voor de uitvoering van officiële controles van de productie van vlees en voor de productie- en de heruitzettingsgebieden van levende tweekleppige weekdieren overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/627 tot vaststelling van eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong overeenkomstig Verordening (EU) 2017/625 en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2074/2005 wat officiële controles betreft

Verordening (EU) 2019/1139 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2074/2005 betreffende officiële controles van levensmiddelen van dierlijke oorsprong met betrekking tot eisen betreffende de informatie over de voedselketen en visserijproducten en tot de verwijzing naar erkende testmethoden voor mariene biotoxines en testmethoden voor rauwe melk en voor warmtebehandelde koemelk

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2090 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 met betrekking tot gevallen van vermoedelijke of vastgestelde niet-naleving van de Unieregels die van toepassing zijn op het gebruik van in diergeneesmiddelen of als toevoegingsmiddel voor diervoeding toegelaten stoffen of residuen ervan of van de Unieregels die van toepassing zijn op het gebruik van verboden of niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen of residuen ervan


b)

doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) in het milieu met het oog op de productie van levensmiddelen en diervoeders;

Richtlijn 2001/18/EG inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu

Verordening (EG) nr. 1829/2003 inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EG) nr. 1830/2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid van met genetisch gemodificeerde organismen geproduceerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EG) nr. 1946/2003 betreffende de grensoverschrijdende verplaatsing van genetisch gemodificeerde organismen

Aanbeveling 2004/787/EG betreffende technische richtsnoeren inzake bemonstering en opsporing van genetisch gemodificeerde organismen en materiaal geproduceerd met genetisch gemodificeerde organismen, als of in producten aangeboden, in het kader van Verordening (EG) nr. 1830/2003

Verordening (EG) nr. 65/2004 tot vaststelling van een systeem voor de ontwikkeling en toekenning van eenduidige identificatienummers voor genetisch gemodificeerde organismen

Verordening (EG) nr. 641/2004 tot vaststelling van nadere bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1829/2003 wat betreft vergunningaanvragen voor nieuwe genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders, kennisgevingen van bestaande producten en de onvoorziene of technisch niet te voorkomen aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de risicobeoordeling tot een gunstig resultaat heeft geleid

Verordening (EU) nr. 619/2011 tot vaststelling van bemonsterings- en analysemethoden voor de officiële controle van diervoeders wat betreft de aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de vergunningsprocedure hangende is of waarvan de vergunning is verstreken

Richtlijn (EU) 2015/412 tot wijziging van Richtlijn 2001/18/EG wat betreft de mogelijkheid voor de lidstaten om de teelt van genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) op hun grondgebied te beperken of te verbieden

Alle rechtshandelingen met betrekking tot vergunningen voor individuele producten zoals vermeld in het EU-register voor toegelaten ggo’s: “Genetically Modified Organisms” — Europese Commissie (http://ec.europa.eu/food/dyna/gm_register/index_en.cfm)


c)

diervoeders en de veiligheid van diervoeders, in elk stadium van de productie, verwerking en distributie van diervoeders en het gebruik van diervoeders, met inbegrip van voorschriften om eerlijke handelspraktijken te waarborgen, de gezondheid en de belangen van de consument te beschermen en consumenten te informeren;

Richtlijn 90/167/EEG tot vaststelling van de voorwaarden voor de bereiding, het in de handel brengen en het gebruik van diervoeders met medicinale werking (tot 27 januari 2022)

Verordening (EG) nr. 178/2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden

Richtlijn 2002/32/EG inzake ongewenste stoffen in diervoeding

Verordening (EG) nr. 1829/2003 inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EG) nr. 1830/2003 betreffende de traceerbaarheid en etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de traceerbaarheid van met genetisch gemodificeerde organismen geproduceerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EG) nr. 1831/2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding

Verordening (EG) nr. 641/2004 tot vaststelling van nadere bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 1829/2003 wat betreft vergunningaanvragen voor nieuwe genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders, kennisgevingen van bestaande producten en de onvoorziene of technisch niet te voorkomen aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de risicobeoordeling tot een gunstig resultaat heeft geleid

Verordening (EG) nr. 183/2005 tot vaststelling van voorschriften voor diervoederhygiëne

Verordening (EG) nr. 396/2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen in of op levensmiddelen en diervoeders van plantaardige en dierlijke oorsprong

Richtlijn 2008/38/EG tot vaststelling van de lijst van bestemmingen voor diervoeders met bijzonder voedingsdoel

Verordening (EG) nr. 152/2009 tot vaststelling van de bemonsterings- en analysemethoden voor de officiële controle van diervoeders

Verordening (EG) nr. 767/2009 betreffende het in de handel brengen en het gebruik van diervoeders

Verordening (EU) nr. 619/2011 tot vaststelling van bemonsterings- en analysemethoden voor de officiële controle van diervoeders wat betreft de aanwezigheid van genetisch gemodificeerd materiaal waarvoor de vergunningsprocedure hangende is of waarvan de vergunning is verstreken

Verordening (EU) nr. 68/2013 betreffende de catalogus van voedermiddelen

Verordening (EU) 2019/4 betreffende de vervaardiging, het in de handel brengen en het gebruik van gemedicineerde diervoeders (vanaf 28 januari 2022)

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2090 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 met betrekking tot gevallen van vermoedelijke of vastgestelde niet-naleving van de Unieregels die van toepassing zijn op het gebruik van in diergeneesmiddelen of als toevoegingsmiddel voor diervoeding toegelaten stoffen of residuen ervan of van de Unieregels die van toepassing zijn op het gebruik van verboden of niet-toegelaten farmacologisch werkzame stoffen of residuen ervan


d)

diergezondheidsvoorschriften;

Lijst van handelingen in artikel 270, lid 2, van Verordening (EU) 2016/429 (tot 20 april 2021), in het bijzonder:

Richtlijn 88/407/EEG tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften van toepassing op het intracommunautaire handelsverkeer in diepgevroren sperma van runderen en de invoer daarvan;

Richtlijn 89/556/EEG tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer in embryo’s van als huisdier gehouden runderen en de invoer daarvan uit derde landen;

Richtlijn 90/429/EEG tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften van toepassing op het intracommunautaire handelsverkeer in sperma van varkens en de invoer daarvan;

Richtlijn 92/65/EEG tot vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo’s waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A, onder I, van Richtlijn 90/425/EEG geldt;

Verordening (EG) nr. 21/2004 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor schapen en geiten;

Richtlijn 2006/88/EG betreffende veterinairrechtelijke voorschriften voor aquacultuurdieren en de producten daarvan en betreffende de preventie en bestrijding van bepaalde ziekten bij waterdieren.

Verordening (EG) nr. 1255/97 betreffende de communautaire criteria voor controlepost(en) en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema

Verordening (EG) nr. 494/98 houdende uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 820/97 wat de toepassing van de minimale administratieve sancties in het kader van de identificatie- en registratieregeling voor runderen betreft

Verordening (EG) nr. 1760/2000 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten

Verordening (EG) nr. 999/2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën

Verordening (EG) nr. 1082/2003 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1760/2000 inzake de minimaal te verrichten controles overeenkomstig de identificatie- en registratieregeling voor runderen

Verordening (EG) nr. 1505/2006 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 21/2004 wat betreft de minimaal te verrichten controles in verband met de identificatie en registratie van schapen en geiten

Verordening (EU) 2016/429 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid (diergezondheidswetgeving) (vanaf 21 april 2021)


e)

voorkoming en minimalisering van de risico’s voor de gezondheid van mensen en dieren als gevolg van dierlijke bijproducten en daarvan afgeleide producten;

Verordening (EG) nr. 1069/2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten

Verordening (EU) nr. 142/2011 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 1069/2009 en tot uitvoering van Richtlijn 97/78/EG wat betreft bepaalde monsters en producten die vrijgesteld zijn van veterinaire controles aan de grens krachtens die richtlijn


f)

dierenwelzijnsvoorschriften;

Verordening (EG) nr. 1255/97 betreffende de communautaire criteria voor controlepost(en) en tot aanpassing van het in Richtlijn 91/628/EEG bedoelde reisschema

Richtlijn 98/58/EG inzake de bescherming van voor landbouwdoeleinden gehouden dieren

Richtlijn 1999/74/EG tot vaststelling van minimumnormen voor de bescherming van legkippen

Verordening (EG) nr. 1/2005 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten

Richtlijn 2007/43/EG tot vaststelling van minimumvoorschriften voor de bescherming van vleeskuikens

Richtlijn 2008/119/EG tot vaststelling van minimumnormen ter bescherming van kalveren

Richtlijn 2008/120/EG tot vaststelling van minimumnormen ter bescherming van varkens

Verordening (EG) nr. 1099/2009 inzake de bescherming van dieren bij het doden


g)

beschermende maatregelen tegen schadelijke organismen bij planten;

Verordening (EU) 2016/2031 betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/66 tot vaststelling van voorschriften inzake eenvormige praktische regelingen voor de uitvoering van officiële controles van planten, plantaardige producten en ander materiaal om de naleving te verifiëren van de voorschriften van de Unie betreffende beschermende maatregelen tegen plaagorganismen bij planten die op die goederen van toepassing zijn


h)

voorschriften voor het in de handel brengen en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en het duurzaam gebruik van pesticiden, met uitzondering van apparatuur voor de toepassing van pesticiden;

Verordening (EG) nr. 1107/2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen

Richtlijn 2009/128/EG tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden


i)

biologische productie en etikettering van biologische producten;

Verordening (EG) nr. 834/2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten (tot 31 december 2020)

Verordening (EG) nr. 889/2008 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten, wat de biologische productie, de etikettering en de controle betreft

Verordening (EG) nr. 1235/2008 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 wat de regeling voor de invoer van biologische producten uit derde landen betreft

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 392/2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 889/2008, wat het controlesysteem voor de biologische productie betreft

Verordening (EU) nr. 1308/2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten

Verordening (EU) 2018/848 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (vanaf 1 januari 2021)


j)

gebruik en etikettering van beschermde oorsprongsbenamingen, beschermde geografische aanduidingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten.

Verordening (EG) nr. 178/2002 (artikel 53)

Verordening (EG) nr. 110/2008 betreffende de definitie, de aanduiding, de presentatie, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken

Verordening (EU) nr. 1151/2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

Verordening (EU) nr. 251/2014 inzake de definitie, de aanduiding, de aanbiedingsvorm, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1151/2012 betreffende de vaststelling van de symbolen van de Unie voor beschermde oorsprongsbenamingen, beschermde geografische aanduidingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten en betreffende bepaalde voorschriften inzake het betrekken, bepaalde procedurebepalingen en bepaalde aanvullende overgangsregels

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1151/2012

MET BETREKKING TOT ARTIKEL 1, LID 3, VAN VERORDENING (EU) 2017/625:

Verordening (EG) nr. 1235/2008 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 834/2007 wat de regeling voor de invoer van biologische producten uit derde landen betreft

Uitvoeringshandelingen die zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 53 van Verordening (EG) nr. 178/2002 in verband met noodmaatregelen betreffende uit de Gemeenschap afkomstige of uit een derde land ingevoerde levensmiddelen en diervoeders

Verordening (EU) 2019/478 tot wijziging van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de categorieën zendingen die moeten worden onderworpen aan officiële controles bij grenscontroleposten

Verordening (EU) 2019/625 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft voorwaarden voor de binnenkomst in de Unie van zendingen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde dieren en goederen

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1012 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 door af te wijken van de voorschriften inzake de aanwijzing van controlepunten en de minimumvoorschriften voor grenscontroleposten

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1013 betreffende de voorafgaande kennisgeving van zendingen van bepaalde categorieën dieren en goederen die de Unie binnenkomen

Verordening (EU) 2019/1014 tot vaststelling van nadere regels betreffende minimumvoorschriften voor grenscontroleposten, met inbegrip van inspectiecentra, en voor de vorm, de categorieën en afkortingen voor het opstellen van lijsten van grenscontroleposten en controlepunten

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1081 tot vaststelling van voorschriften inzake specifieke opleidingsvereisten voor personeel voor het verrichten van bepaalde materiële controles aan grenscontroleposten

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/1666 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft de voorwaarden voor de monitoring van het vervoer en de aankomst van zendingen van bepaalde goederen van de grenscontrolepost van aankomst tot de inrichting op de plaats van bestemming in de Unie

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1793 betreffende de tijdelijke verhoging van de officiële controles en noodmaatregelen met betrekking tot de binnenkomst in de Unie van bepaalde goederen uit bepaalde derde landen tot uitvoering van de Verordeningen (EU) 2017/625 en (EG) nr. 178/2002, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 669/2009, (EU) nr. 884/2014, (EU) 2015/175, (EU) 2017/186 en (EU) 2018/1660

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1873 betreffende de procedures voor een gecoördineerde uitvoering, door de bevoegde autoriteiten, van verscherpte officiële controles aan grenscontroleposten van producten van dierlijke oorsprong, levende producten, dierlijke bijproducten en samengestelde producten

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2074 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft voorschriften voor specifieke officiële controles op zendingen van bepaalde dieren en goederen die afkomstig zijn van en, nadat een derde land de binnenkomst ervan heeft geweigerd, terugkeren naar de Unie

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2122 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft bepaalde categorieën dieren en goederen die van officiële controles aan grenscontroleposten zijn vrijgesteld, en specifieke controles van de persoonlijke bagage van passagiers en van kleine zendingen goederen die aan natuurlijke personen worden gezonden en niet bestemd zijn om in de handel te worden gebracht en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 van de Commissie

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2123 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft de regels voor de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder op controlepunten overeenstemmingscontroles en materiële controles op bepaalde goederen kunnen worden uitgevoerd, en voor de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder documentencontroles op afstand van de grenscontroleposten kunnen worden uitgevoerd

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2124 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft voorschriften voor officiële controles van zendingen van dieren en goederen bij doorvoer, overlading en verder vervoer door de Unie, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 798/2008, (EG) nr. 1251/2008, (EG) nr. 119/2009, (EU) nr. 206/2010, (EU) nr. 605/2010, (EU) nr. 142/2011 en (EU) nr. 28/2012, Uitvoeringsverordening (EU) 2016/759, en Beschikking 2007/777/EG

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2125 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft regels voor de uitvoering van specifieke officiële controles van houten verpakkingsmateriaal, de kennisgeving van bepaalde zendingen en de te nemen maatregelen in geval van niet-naleving

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2126 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 wat betreft regels voor specifieke officiële controles van bepaalde categorieën dieren en goederen, maatregelen die na de uitvoering van die controles moeten worden genomen, en bepaalde categorieën dieren en goederen die vrijgesteld zijn van officiële controles aan grenscontroleposten

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2129 tot vaststelling van regels voor de eenvormige toepassing van de frequentie van de overeenstemmingscontroles en de materiële controles van bepaalde zendingen dieren en goederen die de Unie binnenkomen

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2130 tot vaststelling van gedetailleerde regels voor de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd tijdens en na documentencontroles, overeenstemmingscontroles en materiële controles van dieren en goederen die onderworpen zijn aan officiële controles aan grenscontroleposten


BIJLAGE 2

Richtsnoeren over het formaat van het MNCP

Om een consistente en alomvattende aanpak van de organisatie en uitvoering van officiële controles te bevorderen, kunnen de lidstaten ervoor kiezen hun MNCP in het volgende optionele formaat te presenteren.

1.   Titel

Meerjarig nationaal controleplan, in overeenstemming met de artikelen 109 tot en met 111 van Verordening (EU) 2017/625, ingediend door (land) voor de periode (jaar) tot en met (jaar(1).

2.   Enkele instantie in de lidstaat (voor communicatie over het plan)

Enkele instantie (kan een eenheid of kantoor van een genoemde administratie zijn):

Adres:

 

E-mail:

 

Telefoonnummer:

 

Website:

 

3.   Inhoud van het MNCP

3.1    Strategie en context

3.1.1   Strategische doelstellingen van het MNCP (referentie richtsnoer: punt D.1.1)

Som de strategische doelstellingen op, bv.:

Gebieden

Doelstellingen

Indicatoren

Opmerking

Gebied 1

Doelstelling 1

Indicator 1

 

 

 

Indicator 2

 

 

 

Indicator n

 

3.1.2   Indeling in risicocategorieën (referentie richtsnoer: punt D.1.2)

Indeling in risicocategorieën per activiteit, bv.:

 

Risico 1

Risico 2

Risico 3

Risico n

Activiteit 1

 

 

 

 

Activiteit 2

 

 

 

 

Activiteit 3

 

 

 

 

3.2    Structureel kader voor officiële controles

3.2.1   Aanwijzing van bevoegde autoriteiten (referentie richtsnoer: punt D.2.1)

Voor aangewezen bevoegde autoriteiten (aanwijzing, structuur en organisatie op nationale basis), geef een overzicht van de:

bevoegdheidsgebieden/omvang van de verantwoordelijkheden;

rapportage- en communicatiekanalen.

Beschrijf de structuur, verantwoordelijkheden en rapportage- en communicatiekanalen eventueel aan de hand van een organigram of tabel.

Nationale referentielaboratoria:

Nationaal referentielaboratorium

Accreditatienummer

Verantwoordelijke bevoegde autoriteit

Aangewezen analytische werkzaamheden

Programma’s voor vergelijkend/ringonderzoek

 

 

 

 

 

Of verstrek een link naar de pagina waar deze lijst kan worden gevonden.

Beschrijf:

welke kwaliteitscontrole- of kwaliteitsborgingssystemen in elk nationaal referentielaboratorium worden toegepast;

in voorkomend geval de regelingen die zijn getroffen voor de planning en de uitvoering en het programma van vergelijkende/ringonderzoeken gedurende de looptijd van het MNCP;

de regelingen die zijn getroffen om erop toe te zien dat de overeenkomstig artikel 100, lid 1, van Verordening (EU) 2017/625 aangewezen nationale referentielaboratoria voldoen aan en werken overeenkomstig artikel 100 van die verordening.

3.2.2   Delegatie aan gemachtigde instanties of natuurlijke personen (referentie richtsnoer: punt D.2.2)

Delegerende bevoegde autoriteit

Gemachtigde instanties of natuurlijke personen of categorie gemachtigde instanties of natuurlijke personen, al naar gelang het geval

Gedelegeerde officiële controletaken

Accreditatienummer of soort vereiste accreditatie

 

 

 

 

Beschrijf welke regelingen zijn getroffen om erop toe te zien dat de wettelijke vereisten betreffende de delegatie van controletaken aan gemachtigde instanties of natuurlijke personen worden nageleefd.

Beschrijf welke regelingen zijn getroffen om een efficiënte en doeltreffende coördinatie tussen de bevoegde autoriteiten en de gemachtigde instanties of natuurlijke personen te waarborgen.

Verstrek een link/links naar de pagina(’s) waar de lijst van gemachtigde instanties of natuurlijke personen kan worden gevonden indien deze niet is/zijn opgenomen in de bovenstaande lijst.

3.3    Algemene organisatie en beheer van officiële controles (Referentie Richtsnoer: Punten D.3 en C.2 tot en met C.5)

3.3.1   Bevoegde autoriteit

Beschrijf, indien van toepassing:

de interne organisatie en de algemene structuur;

de personele middelen die beschikbaar zijn voor de uitvoering van officiële controles (in voltijdequivalenten);

de middelen ter ondersteuning van de officiële controles;

de laboratoriumfaciliteiten;

andere middelen/infrastructuur.

Vul afzonderlijk in voor elke aangewezen bevoegde autoriteit. Voor dezelfde categorie regionale of lokale bevoegde autoriteiten mag deze informatie echter op lokaal of regionaal niveau worden gebundeld. De informatie over bevoegde autoriteiten kan per gebied worden gepresenteerd, bijvoorbeeld als volgt:

“Gebied 1 — Levensmiddelen en voedselveiligheid, integriteit en heilzaamheid in elk stadium van de productie, verwerking en distributie van levensmiddelen, met inbegrip van voorschriften om eerlijke handelspraktijken te waarborgen, de belangen van de consument te beschermen en consumenten te informeren, alsook betreffende de vervaardiging en het gebruik van materialen en voorwerpen die bestemd zijn om met levensmiddelen in contact te komen

Centrale bevoegde autoriteit (CBA)

Bevoegde autoriteit CBA 1

 

Bevoegde autoriteit CBA 2

 

Enz.

 


Regionale (bijvoorbeeld federale/provinciale) bevoegde autoriteit (RBA)

Bevoegde autoriteit RBA 1 of categorie 1

 

Bevoegde autoriteit RBA 2 of categorie 2

 

Bevoegde autoriteit RBA 3 of categorie 3

 

Enz.

 

Lokale (bijvoorbeeld district/gemeente) bevoegde autoriteit (LBA)

Bevoegde autoriteit LBA 1 of categorie 1

 

Bevoegde autoriteit LBA 2 of categorie 2

 

Bevoegde autoriteit LBA 3 of categorie 3

 

Enz.

 

Beschrijf voor laboratoria (die geen nationale referentielaboratoria zijn) de procedures voor:

het aanwijzen van laboratoria;

de waarborging van de naleving van de vereisten voor officiële laboratoria.

Verstrek een link/links naar de pagina(’s) waarop de lijsten van aangewezen officiële laboratoria kunnen worden gevonden.

Gebied 2 — Doelbewuste introductie in het milieu van genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) met het oog op de productie van levensmiddelen en diervoeders

…”

3.3.2   Controlesystemen (per gebied en, in voorkomend geval, horizontale regelingen)

Beschrijf voor elk controlesysteem hieronder welke maatregelen zijn getroffen om:

de coördinatie tussen bevoegde autoriteiten met onderling samenhangende verantwoordelijkheden te beheren;

voor een efficiënte en doeltreffende samenwerking binnen en tussen bevoegde autoriteiten te zorgen;

op gebieden waar dit nodig is voor coördinatie en samenwerking binnen en tussen de bevoegde autoriteiten te zorgen.

Beschrijf welke regelingen zijn getroffen om:

de onpartijdigheid, de kwaliteit en de consistentie van officiële controles te waarborgen;

belangenverstrengeling bij het personeel te voorkomen;

toereikende laboratoriumcapaciteiten te waarborgen;

te zorgen voor een toereikend aantal naar behoren gekwalificeerd en ervaren personeelsleden;

te zorgen voor toereikende faciliteiten en apparatuur;

te zorgen voor toereikende wettelijke bevoegdheden;

te zorgen dat exploitanten samenwerken met het personeel dat officiële controles uitvoert;

de procedures schriftelijk vast te leggen;

documentatie bij te houden;

de transparantie van officiële controles te waarborgen.

Beschrijf voor elk van de controlesystemen:

welke controlemethoden en -technieken waar en wanneer worden toegepast;

wat de controleprioriteiten zijn, hoe de middelen worden toegewezen en hoe deze in verband staan met de indeling in risicocategorieën;

hoe de geplande regelingen, waaronder de rapportageregelingen, worden geverifieerd;

welke regelingen zijn getroffen voor de toepassing van horizontale wetgeving op de verschillende gebieden;

hoe de eventuele door de Uniewetgeving voorgeschreven specifieke controleplannen en programma’s in de controlesystemen voor de desbetreffende gebieden worden geïntegreerd.

“1.

Controlesysteem voor levensmiddelen en voedselveiligheid, integriteit en heilzaamheid in elk stadium van de productie, verwerking en distributie van levensmiddelen, met inbegrip van voorschriften om eerlijke handelspraktijken te waarborgen, de belangen van de consument te beschermen en consumenten te informeren, alsook betreffende de vervaardiging en het gebruik van materialen en voorwerpen die bestemd zijn om met levensmiddelen in contact te komen

Coördinatie en samenwerking

 

 

 

Kwaliteit en transparantie van officiële controles

 

 

 

Uitvoering van en toezicht op officiële controles

 

 

 

Regelingen voor de toepassing van horizontale wetgeving

 

 

 

Specifieke controleplannen of programma’s

 

2.

Controlesysteem voor de doelbewuste introductie in het milieu van genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) met het oog op de productie van levensmiddelen en diervoeders

…”

3.3.3   Opleidingsregelingen

Deze kunnen per bevoegde autoriteit of categorie bevoegde autoriteit worden vermeld indien deze soortgelijke regelingen hebben. Eventueel kunnen de opleidingsregelingen per gebied worden beschreven.

Beschrijf welke regelingen zijn getroffen om:

de opleidingsbehoeften vast te stellen;

de opleidingsplannen uit te voeren;

de opleidingen te registreren en te evalueren.

3.3.4   Beschrijf de procedure voor de aanpassing en herziening van het MNCP.

Beschrijf welke regelingen zijn getroffen opdat:

de bevoegde autoriteiten audits uitvoeren of audits laten uitvoeren, met vermelding van de frequentie en de aard van de audits;

de bevoegde autoriteiten naar aanleiding van de resultaten van deze audits de nodige maatregelen nemen;

deze audits aan een onafhankelijke controle worden onderworpen en op transparante wijze worden uitgevoerd.

3.4    Incidenten-/crisisbeheer (referentie richtsnoer: punten D.4.1 en D.4.2)

Dit deel moet op nationale basis worden ingevuld.

Beschrijf voor de noodplannen:

de sectoren/onderwerpen/gebieden waarvoor er noodplannen zijn;

het toepassingsgebied van elk noodplan;

de verantwoordelijke bevoegde autoriteit(en);

de regelingen voor verspreiding en opleiding met het oog op een doeltreffende uitvoering, waaronder simulatie-oefeningen.

Regelingen voor wederzijdse bijstand

Verbindingsorgaan of -organen

Verantwoordelijkheidsgebied(en)

 

 

Gebruik van EU-databanken:

RASFF

 

AAC

 

Europhyt

 

Traces

 

Bovex

 

ADNS

 


(1)  Looptijd van het plan


Top