Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52021AP0375

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 15 september 2021 betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing, met het oog op de vaststelling van de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) (06604/1/2021 — C9-0352/2021 — 2018/0247(COD))

    PB C 117 van 11.3.2022, p. 345–347 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    11.3.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 117/345


    P9_TA(2021)0375

    Instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) 2021-2027 ***II

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 15 september 2021 betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing, met het oog op de vaststelling van de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) (06604/1/2021 — C9-0352/2021 — 2018/0247(COD))

    (Gewone wetgevingsprocedure: tweede lezing)

    (2022/C 117/29)

    Het Europees Parlement,

    gezien het standpunt van de Raad in eerste lezing (06604/1/2021 — C9-0352/2021),

    gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 12 december 2018 (1),

    gezien het advies van het Comité van de Regio’s van 6 december 2018 (2),

    gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt (3) inzake het voorstel van de Commissie aan het Parlement en de Raad (COM(2018)0465),

    gezien artikel 294, lid 7, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien het overeenkomstig artikel 74, lid 4, van zijn Reglement door de bevoegde commissie goedgekeurde voorlopig akkoord,

    gezien artikel 67 van zijn Reglement,

    gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie buitenlandse zaken (A9-0266/2021),

    1.

    hecht zijn goedkeuring aan het standpunt van de Raad in eerste lezing;

    2.

    hecht zijn goedkeuring aan de verklaringen die als bijlage bij onderhavige resolutie zijn gevoegd en die zullen worden bekendgemaakt in de C-serie van het Publicatieblad van de Europese Unie;

    3.

    neemt kennis van de verklaringen van de Commissie die als bijlage bij onderhavige resolutie zijn gevoegd en die zullen worden bekendgemaakt in de C-serie van het Publicatieblad van de Europese Unie;

    4.

    constateert dat de handeling is vastgesteld overeenkomstig het standpunt van de Raad;

    5.

    verzoekt zijn Voorzitter de handeling samen met de voorzitter van de Raad overeenkomstig artikel 297, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie te ondertekenen;

    6.

    verzoekt zijn secretaris-generaal de handeling te ondertekenen nadat is nagegaan of alle procedures naar behoren zijn uitgevoerd, en met de secretaris-generaal van de Raad zorg te dragen voor publicatie ervan, samen met de als bijlage bij onderhavige resolutie gevoegde verklaringen, in het Publicatieblad van de Europese Unie;

    7.

    verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

    (1)  PB C 110 van 22.3.2019, blz. 156.

    (2)  PB C 86 van 7.3.2019, blz. 305.

    (3)  PB C 108 van 26.3.2021, blz. 409.


    BIJLAGE BIJ DE WETGEVINGSRESOLUTIE

    Verklaring van het Europees Parlement over de opschorting van de steun die wordt toegekend in kader van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III)

    Het Europees Parlement merkt op dat Verordening (EU) 2021/… tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) een algemene verwijzing bevat naar de mogelijkheid om de steun op te schorten zonder dat de concrete grondslag voor een dergelijk besluit wordt gespecificeerd. Opschorting van de steun moet worden toegepast in geval van achteruitgang van de democratie, de mensenrechten en de rechtsstaat door een in bijlage I vermelde begunstigde.

    Het Europees Parlement is van mening dat een eventuele opschorting van de in het kader van dit instrument verleende steun de volgens de gewone wetgevingsprocedure overeengekomen algemene financiële regeling zou wijzigen. Indien een dergelijk besluit zou worden genomen, heeft het Europees Parlement als medewetgever en tak van de begrotingsautoriteit het recht zijn prerogatieven in dat verband ten volle uit te oefenen.

    Verklaring van het Europees Parlement over Besluit 2010/427/EU van de Raad en strategische coördinatie

    Het Europees Parlement merkt op dat de in artikel 9 van Besluit 2010/427/EU van de Raad opgenomen verwijzingen naar de instrumenten van de Unie voor extern optreden zijn verouderd, en is derhalve van mening dat dit artikel met het oog op juridische duidelijkheid moet worden bijgewerkt overeenkomstig de in artikel 27, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde procedure om rekening te houden met de instrumenten van de Unie voor externe bijstand die van toepassing zijn in de MFK-periode 2021-2027, te weten het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa als wereldspeler, het instrument voor pretoetredingssteun, het Europees instrument voor internationale samenwerking op het gebied van nucleaire veiligheid, en het besluit betreffende de LGO-associatie, met inbegrip van Groenland.

    Het Europees Parlement verzoekt de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO) een strategische coördinatiestructuur op te zetten die is samengesteld uit alle relevante diensten van de Commissie en de EDEO, om te zorgen voor samenhang, synergie, transparantie en verantwoordingsplicht overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EU) 2021/947 tot vaststelling van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa in de wereld (1).

    Verklaring van het Europees Parlement over de namen van de begunstigden

    Het Europees Parlement merkt op dat in bijlage I bij Verordening (EU) 2021/… tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) de begunstigden worden genoemd die in aanmerking komen voor financiering uit hoofde van dit instrument. Het Europees Parlement is van oordeel dat grondwettelijke namen moeten worden gebruikt voor de in de lijst opgenomen begunstigden, en dat Kosovo moet worden aangeduid als Republiek Kosovo.

    Verklaring van de Europese Commissie over een geopolitieke dialoog met het Europees Parlement over het Instrument voor pretoetredingssteun (IPA III)

    De Europese Commissie, indachtig de politieke controletaken van het Europees Parlement zoals vastgelegd in artikel 14 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, verbindt zich ertoe met het Parlement een geopolitieke dialoog op hoog niveau te voeren over de uitvoering van Verordening (EU) 2021/XXX van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III). Deze dialoog moet uitwisselingen mogelijk maken met het Europees Parlement, waarvan de standpunten over de uitvoering van IPA III volledig in aanmerking zullen worden genomen, zonder afbreuk te doen aan het vermogen van de Commissie om het instrument uit te voeren volgens haar institutionele verantwoordelijkheden.

    In het kader van de geopolitieke dialoog zullen algemene richtsnoeren voor de uitvoering van IPA III aan bod komen, onder andere wat betreft de programmering vóór de vaststelling van het programmeringskader van IPA III en de programmeringsdocumenten, en specifieke onderwerpen zoals de opschorting van steun aan een begunstigde wanneer dit land de beginselen van de democratie, de rechtsstaat, goed bestuur, eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden aanhoudend schendt.

    De geopolitieke dialoog zal als volgt worden gestructureerd:

    i)

    een dialoog op hoog niveau tussen de commissaris die belast is met Nabuurschap en Uitbreiding, namens de Commissie, en het Europees Parlement;

    ii)

    een permanente dialoog op het niveau van hoge ambtenaren met de werkgroep AFET om te zorgen voor adequate voorbereiding en follow-up van de dialoog op hoog niveau.

    De dialoog op hoog niveau vindt ten minste tweemaal per jaar plaats. Een van deze bijeenkomsten kan samenvallen met de presentatie door de Commissie van het ontwerp van de jaarlijkse begroting.

    Verklaring van de Europese Commissie over de differentiëring/opschorting van steun krachtens artikel 8, lid 5, van Verordening (EU) 2021/XXX van het Europees Parlement en de Raad van XX/XX/2021 tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III)

    De Europese Commissie is van oordeel dat de bepaling van artikel 8, lid 5, de bevoegdheden van de Commissie bij de uitvoering van de programma’s van de Unie, en de begroting van de Unie in het algemeen, in acht neemt, zolang geen afbreuk wordt gedaan aan de bevoegdheden die de Commissie zijn toegekend uit hoofde van de Verdragen en het Financieel Reglement om steun van de Unie aan derde landen op te schorten.

    Verklaring van de Europese Commissie over het adviserende karakter van strategische raden als bedoeld in artikel 12 van Verordening (EU) 2021/XXX van het Europees Parlement en de Raad van XX/XX/2021 tot vaststelling van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III)

    De Europese Commissie herinnert eraan dat, zoals neergelegd in artikel 12 van de IPA III-verordening, de strategische raad van het investeringskader voor de Westelijke Balkan een adviesorgaan van de Commissie is. Deze bepaling is afgestemd op artikel 33 van Verordening (EU) 2021/947 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juni 2021 tot vaststelling van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa in de wereld, waarin wordt verwezen naar de strategische raden voor de Westelijke Balkan en van het EFDO+. Deze strategische raden hebben geen beslissingsbevoegdheid in de context van de uitvoering van de EU-begroting. Het reglement van orde van de strategische raad van het investeringskader voor de Westelijke Balkan zal op deze basis worden opgesteld.


    (1)  Verordening (EU) 2021/947 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juni 2021 tot vaststelling van het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking — Europa in de wereld, tot wijziging en intrekking van Besluit nr. 466/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU) 2017/1601 en Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad (PB L 209 van 14.6.2021, blz. 1).


    Top