Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52020DP0350

    Besluit van het Europees Parlement om geen bezwaar te maken tegen de gedelegeerde verordening van de Commissie van 7 december 2020 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het identificatiemerk dat voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong moet worden gebruikt in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland (C(2020)08765 — 2020/2907(DEA))

    PB C 445 van 29.10.2021, p. 227–228 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    29.10.2021   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 445/227


    P9_TA(2020)0350

    Geen bezwaar tegen een gedelegeerde handeling: identificatiemerk dat voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong moet worden gebruikt in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland

    Besluit van het Europees Parlement om geen bezwaar te maken tegen de gedelegeerde verordening van de Commissie van 7 december 2020 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het identificatiemerk dat voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong moet worden gebruikt in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland (C(2020)08765 — 2020/2907(DEA))

    (2021/C 445/37)

    Het Europees Parlement,

    gezien de gedelegeerde verordening van de Commissie van 7 december 2020 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het identificatiemerk dat voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong moet worden gebruikt in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland (C(2020)08765),

    gezien het schrijven van de Commissie van 7 december 2020, waarin zij het Parlement verzoekt te verklaren dat het geen bezwaar zal maken tegen de gedelegeerde verordening,

    gezien het schrijven van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid aan de voorzitter van de Conferentie van commissievoorzitters, van 11 december 2020,

    gezien artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (1), en met name artikel 10, lid 1, en artikel 11 bis, lid 6,

    gezien artikel 111, lid 6, van zijn Reglement,

    gezien de aanbeveling voor een besluit van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid,

    gezien er geen bezwaar werd gemaakt binnen de in artikel 111, lid 6, derde en vierde streepjes, van zijn Reglement gestelde termijn, die op 15 december 2020 verstreek,

    A.

    overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 853/2004 voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven specifieke hygiënevoorschriften zijn vastgesteld voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong, en dat met name in bijlage II bij deze verordening voorschriften zijn vastgesteld betreffende het identificatiemerk dat door exploitanten van levensmiddelenbedrijven moet worden aangebracht op producten van dierlijke oorsprong, met inbegrip van voorschriften betreffende de door de lidstaten en derde landen te gebruiken landcodes;

    B.

    overwegende dat overeenkomstig het Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (het terugtrekkingsakkoord), en met name artikel 5, lid 4, van het Protocol inzake Ierland/Noord-Ierland, in samenhang met bijlage 2 bij dat protocol, Verordening (EG) nr. 853/2004 alsook de daarop gebaseerde handelingen van de Commissie na het einde van de overgangsperiode van toepassing zijn op en in het Verenigd Koninkrijk met betrekking tot Noord-Ierland; overwegende dat het daarom noodzakelijk is de voorschriften van bijlage II bij die verordening betreffende het identificatiemerk dat in het Verenigd Koninkrijk moet worden gebruikt met betrekking tot Noord-Ierland te wijzigen;

    C.

    overwegende dat de Commissie het Parlement de gedelegeerde verordening op 7 december 2020 heeft doen toekomen, en dat op die datum de periode van twee maanden begon voor het Parlement om de tekst te bestuderen en, in voorkomend geval, bezwaar tegen die gedelegeerde verordening te maken;

    D.

    overwegende dat de gedelegeerde verordening een aanpassing inhoudt van het identificatiemerk dat moet worden aangebracht op producten van dierlijke oorsprong die zijn geproduceerd in Noord-Ierland;

    E.

    overwegende dat de gedelegeerde verordening met ingang van 1 januari 2021 van toepassing moet zijn om te waarborgen dat de maatregelen van de verordening in werking treden na het einde van de overgangsperiode waarin is voorzien in het terugtrekkingsakkoord, op 31 december 2020;

    1.

    verklaart geen bezwaar te maken tegen de gedelegeerde verordening;

    2.

    verzoekt zijn Voorzitter dit besluit te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

    (1)  PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55.


    Top