Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52018XX0921(02)

    Eindverslag van de raadadviseur-auditeur — Zaak AT.40465 — Asus

    C/2018/4773

    PB C 338 van 21.9.2018, p. 11–12 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    21.9.2018   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 338/11


    Eindverslag van de raadadviseur-auditeur (1)

    Zaak AT.40465 — Asus

    (2018/C 338/07)

    (1)   

    In het tot AsusTek Computer Inc., Asus Computer GmbH en Asus France SARL (samen „Asus”) gerichte ontwerpbesluit wordt vastgesteld dat Asus inbreuk heeft gemaakt op artikel 101 VWEU via praktijken gericht op het beperken van het vermogen van detailhandelaren in Duitsland en in Frankrijk om onafhankelijk hun wederverkoopprijzen vast te stellen.

    (2)   

    Het onderzoek is in maart 2015 gestart met onaangekondigde inspecties ten kantore van detailhandelaren in Duitsland en Frankrijk.

    (3)   

    Op 2 februari 2017 heeft de Commissie een procedure in de zin van artikel 2, lid 1, van Verordening (EG) nr. 773/2004 (2) ingeleid tegen Asus. Op 15 februari 2017 heeft de Commissie een verzoek om informatie tot Asus Computer GmbH gericht, waarop Asus Computer GmbH op 13 maart 2017 heeft geantwoord.

    (4)   

    Kort na de inleiding van de procedure heeft Asus aangegeven met de Commissie te willen meewerken. Op […] heeft Asus verder bewijs met betrekking tot de relevante gedraging ingediend.

    (5)   

    Bij brief van […] heeft Asus een formeel aanbod tot medewerking ingediend met het oog op de vaststelling van een besluit („verklaring met het oog op een schikking”). De verklaring met het oog op een schikking bevat:

    een duidelijke en ondubbelzinnige erkenning van de aansprakelijkheid van Asus voor de twee inbreuken die summier zijn beschreven wat betreft het doel ervan, de belangrijkste feiten, de juridische kwalificatie ervan, inclusief de rol en de duur van de deelname van AsusTek Computer Inc., Asus Germany en Asus France aan de twee inbreuken;

    een indicatie van de maximumgeldboete die Asus verwacht door de Commissie opgelegd te zullen krijgen en die Asus in het kader van een medewerkingsprocedure zou aanvaarden;

    de bevestiging dat Asus voldoende in kennis is gesteld van de bezwaren die de Commissie voornemens is tegen de onderneming aan te voeren en dat de onderneming voldoende in de gelegenheid is gesteld haar standpunt aan de Commissie kenbaar te maken;

    de bevestiging dat Asus niet voornemens is een verzoek om verdere toegang tot het dossier of een verzoek om opnieuw te worden gehoord tijdens een hoorzitting in te dienen, tenzij de Commissie haar verklaring met het oog op een schikking niet in de mededeling van punten van bezwaar en het eindbesluit weergeeft;

    het akkoord om de mededeling van punten van bezwaar en het eindbesluit in het Engels te ontvangen.

    (6)   

    Op 24 mei 2018 heeft de Commissie de mededeling van punten van bezwaar vastgesteld, waarop Asus in zijn antwoord heeft bevestigd dat de mededeling van punten van bezwaar de inhoud van zijn verklaring met het oog op een schikking weergaf.

    (7)   

    De in het ontwerpbesluit vastgestelde inbreuken en opgelegde geldboeten stemmen overeen met die welke in de verklaring met het oog op een schikking zijn erkend en aanvaard. Het bedrag van de geldboeten wordt met 40 % verminderd op grond van het feit dat Asus met de Commissie heeft meegewerkt zonder daartoe wettelijk verplicht te zijn door: i) het leveren van extra bewijs met een significante toegevoegde waarde ten opzichte van het bewijs waarover de Commissie reeds beschikte, aangezien daardoor de Commissie veel beter in staat werd gesteld de inbreuken te bewijzen; ii) de erkenning van de inbreuken op artikel 101 VWEU in verband met de gedraging; en iii) afstand te doen van bepaalde procedurele rechten, hetgeen tot administratieve efficiëntieverbeteringen heeft geleid.

    (8)   

    Overeenkomstig artikel 16 van Besluit 2011/695/EU heb ik onderzocht of in het ontwerpbesluit alleen de punten van bezwaar worden behandeld ten aanzien waarvan Asus in de gelegenheid is gesteld zijn standpunt kenbaar te maken. Ik ben tot de conclusie gekomen dat dit inderdaad het geval is.

    (9)   

    Alles in aanmerking genomen, ben ik van oordeel dat de procedurele rechten in deze zaak daadwerkelijk konden worden uitgeoefend.

    Brussel, 12 juli 2018.

    Wouter WILS


    (1)  Opgesteld overeenkomstig de artikelen 16 en 17 van Besluit 2011/695/EU van de voorzitter van de Europese Commissie van 13 oktober 2011 betreffende de functie en het mandaat van de raadadviseur-auditeur in bepaalde mededingingsprocedures (PB L 275 van 20.10.2011, blz. 29).

    (2)  Verordening (EG) nr. 773/2004 van de Commissie van 7 april 2004 betreffende procedures van de Commissie op grond van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB L 123 van 27.4.2004, blz. 18).


    Top