EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52018SC0293

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING bij Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een programma voor het milieu en klimaatactie (LIFE)

SWD/2018/293 final - 2018/0209 (COD)

Brussel, 1.6.2018

SWD(2018) 293 final

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE

SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING

bij

Verordening van het Europees Parlement en de Raad

tot vaststelling van een programma voor het milieu en klimaatactie (LIFE)

{COM(2018) 385 final}
{SEC(2018) 275 final}
{SWD(2018) 292 final}


De EU is een wereldleider op het gebied van milieubescherming en klimaatactie en — zoals werd bevestigd in de toespraak van Commissievoorzitter Juncker in zijn toespraak over de staat van de Unie 2017 1 — zij streeft ernaar deze rol nog te versterken 2 .

Het LIFE-programma is het enige EU-fonds dat zich geheel op milieu- en klimaatdoelstellingen richt. Het beschikt over een bescheiden budget en richt zich daarmee op een niche tussen EU-programma's ter ondersteuning van onderzoek en innovatie enerzijds en EU-programma's ter financiering van de grootschalige invoering van maatregelen anderzijds.

Hoewel activiteiten in het kader van LIFE bepaalde problemen direct in de praktijk aanpakken, levert het programma vooral indirecte effecten op via de rol die het speelt als katalysator, gericht op het opstarten, uitbreiden of versnellen van duurzame productie-, distributie- en consumptiepraktijken door ondersteuning van:

­de ontwikkeling en uitwisseling van beste praktijken en kennis;

­capaciteitsopbouw en versnelling bij de tenuitvoerlegging van wetgeving en beleid inzake het milieu en het klimaat;

­het testen door belanghebbenden van technologieën en oplossingen; en

­de mobilisering van financiering uit andere bronnen.

Deze effectbeoordeling vergezelt het voorstel van de Commissie voor het toekomstige LIFE-programma voor het milieu en klimaatactie voor de periode na 2020 en voldoet aan de vereisten van het Financieel Reglement ten aanzien van het opstellen van een evaluatie vooraf.

Uitdagingen en kansen voor het LIFE-programma voor het volgende MFK

Uit de recente evaluatie halverwege van LIFE 3 bleek dat het huidige programma op koers ligt om doeltreffend 4 , doelmatig en relevant te zijn en een bijdrage levert aan de Europa 2020-strategie. Bovendien zien de meeste belanghebbenden LIFE als een zeer belangrijk instrument voor de aanpak van milieu- en klimaatprioriteiten.

Bij de evaluatie halverwege zijn echter ook mogelijkheden vastgesteld om de algehele doeltreffendheid van het programma verder te vergroten, die niet zouden worden gerealiseerd bij voortzetting van het LIFE-programma in zijn huidige vorm, en op de huidige schaal, in de periode 2021-2027. Deze hebben met name betrekking op mogelijkheden om de samenhang tussen het LIFE-programma en andere EU-fondsen te verbeteren en de katalysatorfunctie van het programma te versterken. Er werd geconstateerd dat er nog meer mogelijkheden voor verbetering waren met betrekking tot de strategische focus van het programma, alsook mogelijkheden om de doelmatigheid te vergroten en het beheer van LIFE te vereenvoudigen.

De voorkeursopties

Voor het aanpakken van de geconstateerde uitdagingen werden verschillende opties vastgesteld en vervolgens onderzocht op hun doeltreffendheid, doelmatigheid en samenhang. Hieruit kwam een aantal specifieke verbeteringsopties voor het nieuwe programma naar voren, zoals hieronder nader beschreven.

Drie opties in verband met het toepassingsgebied en de reikwijdte van het programma werden voorgeselecteerd:

1.uitbreiding van het toepassingsgebied van LIFE tot projecten voor capaciteitsopbouw op het vlak van schone energie door een subprogramma Overgang naar schone energie toe te voegen, zou zorgen voor meer samenhang in de financiering van capaciteitsopbouwprojecten op het gebied van schone energie, en tegelijkertijd de toegang tot een grotere verscheidenheid van begunstigden verbeteren;

2.versterking van de ondersteuning van LIFE voor de mainstreaming van doelstellingen op het vlak van natuur en biodiversiteit. Dit zou de financiering van natuur versterken en de samenhang in de algemene structuur van de EU-begroting vergroten door een verbeterde mainstreamingsaanpak te bevorderen. Dit kan echter aanvullende inspanningen van de milieuautoriteiten nodig maken voor planning en coördinatie;

3.uitbreiding van de subsidiabiliteit uit hoofde van LIFE tot de landen en gebieden overzee (LGO's) van de EU, specifiek voor natuur- en biodiversiteitsacties in het kader van het subprogramma Natuur en biodiversiteit, zou een mogelijke lacune in de financiering van de BEST-regeling 5 aanpakken.

Indien het budget specifiek wordt verhoogd om de overgang naar schone energie en/of een subprogramma Natuur op te nemen, moeten deze opties (opties 1 en 2) in de structuur van het Life-programma worden opgenomen.

Negen opties in verband met de uitvoeringsmechanismen van het programma en het programmabeheer werden voorgeselecteerd,

Om de prestaties en de katalysatorfunctie van LIFE te verbeteren, werden twee mogelijkheden verkend die betrekking hebben op de toegankelijkheid van LIFE voor kandidaten uit alle lidstaten van de EU. De optie om gecentraliseerde ondersteuning te bieden aan het gehele NCP-netwerk in plaats van de huidige nationale projecten voor capaciteitsopbouw (alleen voor bepaalde lidstaten) is positief beoordeeld. De optie om de medefinancieringspercentages te verhogen zou nader moeten worden bekeken zodra is beslist over de algemene vorm en het budget van het LIFE-programma voor het volgende MFK en zou moeten worden gebaseerd op de ontwikkeling van de vraag in de loop van de tijd.

Nog vier aanvullende opties werden overwogen ter verbetering van de prestaties en de katalysatorfunctie van het programma. Daarvan wordt de uitbreiding van de strategische geïntegreerde projecten als het krachtigste mechanisme beschouwd, op basis van de ervaring die is opgedaan met de als proefprojecten dienende geïntegreerde projecten in het huidige LIFE-programma. Dit zou echter een groter budget vereisen in vergelijking met het huidige programma.

De opties om duplicatie te bevorderen en zowel de flexibiliteit van het programma te vergroten en de mogelijkheid gericht in te gaan op belangrijke en opkomende kwesties te versterken door een vereenvoudiging van de verordening en het meerjarig werkprogramma hebben geen serieuze negatieve gevolgen en moeten daarom beide worden ingevoerd. Met betrekking tot financiële instrumenten zou het gunstig zijn als in het kader van de huidige proefinstrumenten van LIFE ontwikkelde benaderingen zouden worden opgeschaald in het kader van InvestEU.

Hoe zullen de prestaties worden gemonitord en geëvalueerd?

De prestaties zullen ook in het vervolg op programma- en subprogrammaniveau worden gemeten, voortbouwend op de huidige projectmatige aanpak. Er zijn echter aanvullende prestatiecriteria vastgesteld ter versterking van de monitoring en evaluatie van het katalysatoreffect van LIFE en de bijdrage die het levert aan de ondersteuning van maatschappelijke veranderingen. De lasten van de toepassing ervan zullen voor het grootste deel bij de Commissie komen te liggen, om inflatie van de huidige verslagleggingsvereisten te vermijden en om voor nauwkeurige en betrouwbare verslaglegging te zorgen.

Twee grondige evaluaties zullen worden afgerond halverwege de looptijd (tegen 2024) en bij het aflopen van de programmeringsperiode (tegen 2027).

(1)       https://ec.europa.eu/commission/state-union-2017_nl  
(2)      In bijlage 4 is een analyse opgenomen van de blijvende noodzaak van actie op de verschillende gebieden van het milieubeleid en met betrekking tot de klimaatverandering teneinde de naleving van de desbetreffende EU-wetgeving, de Overeenkomst van Parijs en de tenuitvoerlegging van de energie-unie te waarborgen.
(3)      EC (2017) Report on the Mid-term Evaluation of the Programme for Environment and Climate.   SWD(2017) 355 final . Ecorys (2017) Support for an external and independent LIFE Mid Term Evaluation Report
(4)      Op basis van de analyse van de kernprestatie-indicatoren die voor de beoordeling van de prestaties van de projecten zijn gebruikt.
(5)      Het initiatief BEST – vrijwillige regeling ten behoeve van biodiversiteit en ecosysteemdiensten in de Europese landen en gebieden overzee en gebieden overzee – heeft tot doel de instandhouding van biodiversiteit en het duurzame gebruik van ecosysteemdiensten te bevorderen, met inbegrip van op ecosystemen gebaseerde benaderingen van de mitigatie van en aanpassing aan klimaatverandering, in de ultraperifere gebieden van de EU en de landen en gebieden overzee.
Top