EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52018PC0318

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD over de werkwijze van de selectiecommissie als bedoeld in artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM")

COM/2018/318 final - 2018/0163 (NLE)

Brussel, 25.5.2018

COM(2018) 318 final

2018/0163(NLE)

Voorstel voor een

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

over de werkwijze van de selectiecommissie als bedoeld in artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM")


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM") is vastgesteld op 12 oktober 2017 en in werking getreden op 20 november 2017. Overeenkomstig artikel 20 van die verordening is de Commissie belast met de instelling en de initiële administratieve werking van het EOM totdat het EOM in staat is zijn eigen begroting uit te voeren. De Commissie doet al het nodige voor een spoedige instelling van het EOM. Het is de bedoeling van de Commissie dat het EOP in overeenstemming met artikel 120 van de verordening na een opbouwfase van drie jaar eind 2020 operationeel zal zijn.

Om ervoor te zorgen dat het EOM tijdig met zijn werkzaamheden kan beginnen, is het van essentieel belang dat het personeel van het EOM, in het bijzonder de Europese hoofdaanklager en de Europese aanklagers, wordt geselecteerd en benoemd. Artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 bepaalt in dat verband dat de Raad de werkwijze van de selectiecommissie vaststelt, alsmede, op voorstel van de Commissie, een besluit tot benoeming van de leden van de selectiecommissie. Met het onderhavige voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad – met in de bijlage de bedoelde werkwijze – geeft de Commissie uitvoering aan deze bepaling.

De selectiecommissie heeft als belangrijkste taak een lijst van geschikte kandidaten voor het ambt van Europese hoofdaanklager op te stellen voordat deze persoon door het Europees Parlement en de Raad wordt benoemd, alsook om een gemotiveerd advies uit te brengen over de kwalificaties van de kandidaten voor het ambt van Europese aanklager voordat deze door de Raad worden benoemd. De door de Commissie voorgestelde werkwijze moet waarborgen dat de selectiecommissie haar taken zo efficiënt mogelijk kan uitvoeren. De bijlage bevat derhalve voorschriften inzake de taken, de samenstelling, het secretariaat en de besluitvormingsprocedures van de selectiecommissie, alsmede voorschriften betreffende de rangschikking van de kandidaten, financiële aangelegenheden, de verwerking van persoonsgegevens en de talenregeling van de selectiecommissie.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Artikel 86 VWEU voorziet in de instelling van het EOM. Als eerste EU-orgaan met strafrechtelijke onderzoeks- en strafvervolgingsbevoegdheden op het gebied van strafbare feiten die de financiële belangen van de Unie schaden wordt het EOM een volledig nieuwe speler in de Europese justitiële context. Verwacht wordt dat het EOM zal zorgen voor een coherenter en doeltreffender vervolgingsbeleid voor strafbare feiten die de EU-begroting schaden, wat zich zal vertalen in een groter aantal vervolgingen en veroordelingen en in een toename van het percentage teruggevorderde EU-middelen die door fraude verloren waren gegaan.

Door de indiening van dit voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad met in bijlage de werkwijze van de selectiecommissie voldoet de Commissie aan haar verplichting uit hoofde van artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad. Dit voorstel zal het mogelijk maken de vereiste procedures op te starten voor de selectie en de benoeming van de Europese hoofdaanklager en de Europese aanklagers van het EOM. Dit voorstel is derhalve volledig in overeenstemming met bestaande beleidsbepalingen op het betrokken beleidsterrein.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Dit initiatief is verenigbaar met andere beleidsterreinen van de Unie en met wetgevende ontwikkelingen op het niveau van de Unie die tot doel hebben de bescherming van de financiële belangen van de Unie te versterken.

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Het voorstel is gebaseerd op artikel 291 VWEU, in samenhang met artikel 14, lid 3, en 16, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad verplicht de Commissie tot het indienen van een voorstel voor de werkwijze van de selectiecommissie. Dit voorstel is van essentieel belang omdat het de selectiecommissie in staat stelt haar taken zo efficiënt mogelijk uit te voeren zodat de Europese hoofdaanklager en de Europese aanklagers van het EOM spoedig kunnen worden geselecteerd en benoemd.

Evenredigheid

Het onderhavige voorstel beperkt zich tot wat noodzakelijk is om de beoogde doelen te bereiken, en is derhalve in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel. Dit voorstel houdt rechtstreeks verband met de inwerkingtreding van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad en is van essentieel belang voor een spoedige instelling van het EOM.

3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Aangezien dit voorstel een precies en beperkt doel beoogt en uitvoering geeft aan de verplichting die artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad oplegt aan de Commissie, is geen evaluatie, raadpleging van belanghebbenden of effectbeoordeling uitgevoerd.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Volgens punt VIII van de bijlage hebben leden van de selectiecommissie die zich buiten hun verblijfplaats moeten begeven om hun taken uit te voeren, recht op een onkostenvergoeding en een vergoeding overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) 2016/300 van de Raad. De desbetreffende uitgaven komen ten laste van de Raad.

De Commissie neemt de secretariaatstaken van de selectiecommissie op zich en zorgt voor de nodige administratieve ondersteuning van de werkzaamheden van de selectiecommissie. Deze taken hebben geen financiële gevolgen.

5.OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

Dit soort maatregel vereist geen uitvoering.

Toelichtende stukken (bij richtlijnen)

Het voorstel vereist geen toelichtende stukken over de omzetting.

Artikelsgewijze toelichting

In punt I worden de taken van de selectiecommissie uiteengezet, in overeenstemming met artikel 14, lid 3, en 16, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad.

Punt II gaat in op de samenstelling van de selectiecommissie en de ambtstermijn van de commissieleden. Overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad zal de commissie bestaan uit voormalige leden van het Hof van Justitie en van de Rekenkamer, voormalige nationale leden van Eurojust, leden van de hoogste nationale rechtscolleges, hoge aanklagers en personen die bekend staan als kundige rechtsgeleerden. De leden van de commissie moeten bij hun benoeming aan ten minste één van deze criteria voldoen en worden door de Raad voor een termijn van vier jaar benoemd. Ook de vervanging van leden vóór het verstrijken van hun ambtstermijn wordt in dit punt geregeld.

In punt III zijn voorschriften inzake het voorzitterschap en het secretariaat van de selectiecommissie vastgesteld. De Commissie neemt de in dit punt beschreven secretariaatstaken op zich.

Punt IV voorziet in regels betreffende de beraadslagingen van de commissie.

In punt V wordt uitgelegd dat alle kandidaturen voor het ambt van Europese hoofdaanklager en voordrachten voor het ambt van Europese aanklager zullen worden voorgelegd aan de selectiecommissie. De commissie kan de kandidaat of de regering van de voordragende lidstaat verzoeken om aanvullende informatie.

Punt VI bevat de procedures voor de benoeming van de Europese hoofdaanklager en de Europese aanklagers. De kandidaturen voor het ambt van Europese hoofdaanklager worden door de selectiecommissie getoetst aan de vereisten van artikel 14, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1939, zoals nader omschreven in de kennisgeving van vacature. De selectiecommissie zal een ranglijst opstellen van de kandidaten die aan de eisen voldoen en zal voldoende van de hoogst geëindigde kandidaten uitnodigen voor een gesprek. Kandidaten die niet aan de eisen voldoen of die niet voor een gesprek met de selectiecommissie zijn uitgenodigd, worden in kennis gesteld van de redenen daarvoor. De voordrachten voor het ambt van Europese aanklager worden door de selectiecommissie getoetst aan de vereisten van artikel 16, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1939. De commissie nodigt de voorgedragen kandidaten uit voor een gesprek.

Punt VII gaat verder in op de in punt VI beschreven procedure. De selectiecommissie stelt een lijst van drie tot vijf kandidaten voor het ambt van Europese hoofdaanklager op, die zal worden voorgelegd aan het Europees Parlement en de Raad. De kandidaten die niet op deze lijst staan, worden in kennis gesteld van de redenen daarvoor en kunnen een klacht indienen bij de Raad overeenkomstig artikel 90, lid 2, van het Statuut. De commissie rangschikt de kandidaten op basis van hun kwalificaties en ervaring, maar deze rangschikking is niet bindend voor het Europees Parlement en de Raad. Wat het ambt van Europese aanklager betreft, brengt de commissie een advies over de kwalificaties van de kandidaten om de taken van Europese aanklager uit te voeren, uit waarin zij uitdrukkelijk aangeeft of zij aan de voorwaarden van artikel 16, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1939 voldoen. De commissie rangschikt de kandidaten op basis van hun kwalificaties en ervaring, maar deze rangschikking is niet bindend voor de Raad. In dit punt wordt ook bepaald wat er gebeurt indien de voor het ambt van Europese aanklager voorgedragen kandidaten niet aan de voorwaarden voldoen.

Punt VIII bevat de financiële bepalingen. Leden van de selectiecommissie die zich buiten hun verblijfplaats moeten begeven om hun taken uit te voeren, hebben recht op een onkostenvergoeding en een vergoeding overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) 2016/300 van de Raad. De desbetreffende uitgaven komen ten laste van de Raad.

Punt IX stipuleert dat de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de werkzaamheden van de selectiecommissie plaatsvindt onder de verantwoordelijkheid van de Commissie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001. Met betrekking tot de beveiliging van en de toegang tot informatie die in het kader van de werkzaamheden van de selectiecommissie wordt verwerkt, gelden dezelfde regels als voor de Commissie.

Punt X bevat de talenregeling van de selectiecommissie en bepaalt dat de commissie op voorstel van haar voorzitter de talenregeling voor de beraadslagingen vaststelt.

2018/0163 (NLE)

Voorstel voor een

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

over de werkwijze van de selectiecommissie als bedoeld in artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM")

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad van 12 oktober 2017 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM"), en met name artikel 14, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Krachtens Verordening (EU) 2017/1939 dienen het Europees Parlement en de Raad in onderlinge overeenstemming de Europese hoofdaanklager te benoemen op basis van een selectie van geschikte kandidaten die wordt gemaakt door een selectiecommissie bestaande uit personen gekozen uit voormalige leden van het Hof van Justitie en van de Rekenkamer, voormalige nationale leden van Eurojust, leden van de hoogste nationale rechtscolleges, hoge aanklagers en personen die bekend staan als kundige rechtsgeleerden; een van de gekozen personen wordt voorgedragen door het Europees Parlement. 

(2)Verordening (EU) 2017/1939 bepaalt tevens dat elke lidstaat drie kandidaten voor het ambt van Europese aanklager voordraagt en dat de Raad na ontvangst van een gemotiveerde advies van de selectiecommissie één van deze kandidaten benoemt als Europese aanklager van de lidstaat in kwestie.

(3)De procedure voor de selectie van de Europese hoofdaanklager en de Europese aanklagers moet fungeren als een cruciaal instrument om de onafhankelijkheid te waarborgen, zoals voorgeschreven in artikel 6 van Verordening (EU) 2017/1939.

(4)De regels voor de selectiecommissie moeten ervoor zorgen dat de commissie haar werk kan verrichten met de vereiste onafhankelijkheid en onpartijdigheid.

(5)Derhalve dient de werkwijze van de selectiecommissie te worden vastgesteld,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De werkwijze van de selectiecommissie als bedoeld in artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939, wordt vastgesteld in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking bij de ondertekening ervan.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel,

   Voor de Raad

   De voorzitter

Top

Brussel,25.5.2018

COM(2018) 318 final

BIJLAGE

bij

Voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad

over de werkwijze van de selectiecommissie als bedoeld in artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM")


BIJLAGE

I. Opdracht

De selectiecommissie stelt overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening (EU) 2017/1939 1 een lijst van geschikte kandidaten voor het ambt van Europese hoofdaanklager op en brengt overeenkomstig artikel 16, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1939 een gemotiveerd advies uit over de kwalificaties van de voor het ambt van Europese aanklager voorgedragen kandidaten voordat deze personen worden benoemd, in het eerste geval door het Europees Parlement en de Raad en in het tweede geval door de Raad.

II. Samenstelling en ambtstermijn

De selectiecommissie bestaat uit twaalf personen, die bij hun benoeming voormalige leden van het Hof van Justitie of van de Rekenkamer, voormalige nationale leden van Eurojust, leden van de hoogste nationale rechtscolleges, hoge aanklagers of als kundige rechtsgeleerden bekend staande personen zijn. Alle leden voldoen bij hun benoeming aan ten minste één van deze criteria.

De leden van de selectiecommissie worden op voorstel van de Commissie door de Raad benoemd voor een periode van vier jaar. Een van de gekozen personen wordt voorgedragen door het Europees Parlement. De leden wier ambtsuitoefening vóór het verstrijken van deze termijn eindigt, worden voor de verdere duur van hun ambtstermijn vervangen. De ambtstermijn van de leden van de selectiecommissie kan eenmaal worden verlengd.

III. Voorzitterschap en secretariaat

De selectiecommissie wordt voorgezeten door een van haar leden, dat daartoe door de leden van de selectiecommissie met een meerderheid van stemmen wordt gekozen. De Commissie neemt de secretariaatstaken van de selectiecommissie op zich. De Commissie verleent de voor de werking van de selectiecommissie vereiste administratieve ondersteuning, onder meer op het gebied van de vertaling van stukken. Het secretariaat zorgt er ook voor dat de lijst van kandidaten voor het ambt van Europese hoofdaanklager wordt voorgelegd aan het Europees Parlement en de Raad, en dat de gemotiveerde adviezen over de kwalificaties van de kandidaten voor de uitoefening van het ambt van Europese aanklager worden voorgelegd aan de Raad.

IV. Beraadslagingen en quorum

De beraadslagingen van de selectiecommissie zijn vertrouwelijk en vinden plaats achter gesloten deuren. De vergaderingen van de selectiecommissie zijn slechts geldig indien ten minste negen leden aanwezig zijn.

De beslissingen van de selectiecommissie worden bij consensus genomen. Indien een lid een stemming aanvraagt, wordt de beslissing echter genomen met een gewone meerderheid van de aanwezige leden. Bij stakende stemmen heeft de voorzitter de beslissende stem.

V. Doorzending aan de selectiecommissie en verzoeken om aanvullende informatie

De kandidaturen voor het ambt van Europese hoofdaanklager worden onmiddellijk bij ontvangst ervan door het secretariaat doorgezonden aan de voorzitter van de selectiecommissie. Hetzelfde geldt voor voordrachten voor het ambt van Europese aanklager, en tevens voor de begeleidende documenten die door de lidstaten worden ingediend.

De selectiecommissie kan de kandidaat en, in het geval van voordrachten voor het ambt van Europese aanklager, de regering van de voordragende lidstaat verzoeken om aanvullende informatie of ander materiaal dat de selectiecommissie noodzakelijk acht voor haar beraadslagingen.

VI. Toetsing en gesprek

1. Procedure voor de benoeming van de Europese hoofdaanklager

De selectiecommissie toetst de kandidaturen bij ontvangst ervan aan de vereisten van artikel 14, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1939, zoals nader gepreciseerd in de kennisgeving van vacature. Kandidaten die niet aan de voorwaarden voldoen, worden uitgesloten van de volgende stappen van de procedure. De kandidaten van wie kwalificaties en ervaring aan de vereisten voldoen, worden door de selectiecommissie gerangschikt op basis van de documentatie en informatie die in de kandidatuur is verstrekt of na een in punt V bedoelde verzoek is voorgelegd. De selectiecommissie nodigt van de hoogst geëindigde kandidaten voldoende personen uit voor een gesprek om de in punt VII bedoelde lijst te kunnen opstellen. Het gesprek is persoonlijk.

De kandidaten die niet aan de eisen voldoen of die niet voor een gesprek met de selectiecommissie zijn uitgenodigd, worden in kennis gesteld van de redenen daarvoor. De kandidaten kunnen op deze beslissing reageren, met opgave van de redenen waarom zij het niet eens zijn met de beoordeling van de selectiecommissie. Vervolgens zal selectiecommissie de betrokken kandidatuur herbeoordelen en de betrokken kandidaat schriftelijk in kennis stellen van haar beslissing. Kandidaten die van de selectieprocedure worden uitgesloten, kunnen bij de Raad een klacht indienen overeenkomstig artikel 90, lid 2, van het Statuut.

2. Procedure voor de benoeming van de Europese aanklagers

De selectiecommissie toetst de voordrachten bij ontvangst ervan aan de vereisten van artikel 16, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1939. De selectiecommissie nodigt de voorgedragen personen uit voor een gesprek. Het gesprek is persoonlijk.

VII. Bevindingen en motivering

1. Europese hoofdaanklager

Op basis van haar bevindingen tijdens de toetsing en het gesprek stelt de selectiecommissie een lijst van drie tot vijf kandidaten op die aan het Europees Parlement en de Raad wordt voorgelegd. De selectiecommissie motiveert de keuze van de kandidaten die in de lijst zijn opgenomen. Kandidaten die niet in de lijst zijn opgenomen, worden in kennis gesteld van de redenen daarvoor.

De selectiecommissie rangschikt de kandidaten op basis van hun kwalificaties en ervaring. Deze rangschikking geeft de voorkeur van de selectiecommissie weer en is niet bindend voor het Europees Parlement en de Raad. Kandidaten die niet zijn opgenomen in de door de selectiecommissie opgestelde lijst van geschikte kandidaten, kunnen bij de Raad een klacht indienen overeenkomstig artikel 90, lid 2, van het Statuut.

2. Europese aanklagers

Uitgaande van haar bevindingen tijdens de toetsing en het gesprek stelt de selectiecommissie een advies op over de kwalificaties van de kandidaten om de taken van Europese aanklager uit te voeren, waarin zij uitdrukkelijk aangeeft of zij aan de voorwaarden van artikel 16, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1939 voldoen. De selectiecommissie motiveert haar advies.

Indien de voorgedragen kandidaten niet aan de voorwaarden van artikel 16, lid 1, van Verordening (EU) 2017/1939 voldoen, richt de selectiecommissie via haar secretariaat een verzoek aan de betrokken lidstaat om een overeenkomstig aantal nieuwe kandidaten voor te dragen. 

De selectiecommissie rangschikt de kandidaten op basis van hun kwalificaties en ervaring. Deze rangschikking geeft de voorkeur van de selectiecommissie weer en is niet bindend voor de Raad.

VIII. Financiële bepalingen

Leden van de selectiecommissie die zich buiten hun verblijfplaats moeten begeven om hun taken uit te voeren, hebben recht op een onkostenvergoeding en een vergoeding overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) 2016/300 van de Raad 2 .

De desbetreffende uitgaven komen ten laste van de Raad.

IX. Persoonsgegevens

De verwerking van persoonsgegevens in het kader van de werkzaamheden van de selectiecommissie vindt plaats onder de verantwoordelijkheid van de Commissie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad 3 . Met betrekking tot de beveiliging van en de toegang tot informatie die in het kader van de werkzaamheden van de selectiecommissie wordt verwerkt, gelden dezelfde regels als voor de Commissie.

X. Talenregeling

De selectiecommissie stelt op voorstel van de voorzitter haar werktaal/werktalen vast, rekening houdend met de gemeenschappelijke talen van de commissieleden.

(1)    Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad van 12 oktober 2017 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM"), PB L 283 van 31.10.2017, blz. 1
(2)    Verordening (EU) 2016/300 van de Raad van 29 februari 2016 tot vaststelling van de geldelijke regeling voor hoge ambtsdragers van de EU (PB L 58 van 4.3.2016, blz. 1).
(3)    Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1).
Top