Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015IP0246

Resolutie van het Europees Parlement van 7 juli 2015 over totstandbrenging van multimodale geïntegreerde ticketing in Europa (2014/2244(INI))

PB C 265 van 11.8.2017, p. 2–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

11.8.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 265/2


P8_TA(2015)0246

Invoering van multimodale geïntegreerde ticketing in Europa

Resolutie van het Europees Parlement van 7 juli 2015 over totstandbrenging van multimodale geïntegreerde ticketing in Europa (2014/2244(INI))

(2017/C 265/01)

Het Europees Parlement,

gezien Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen (1),

gezien Verordening (EU) nr. 454/2011 van de Commissie betreffende de technische specificatie inzake interoperabiliteit van het subsysteem telematicatoepassingen ten dienste van passagiers van het trans-Europees spoorwegsysteem (2),

gezien Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (3),

gezien de mededeling van de Commissie, getiteld „Actieplan voor de invoering van intelligente vervoerssystemen in Europa” (COM(2008)0886),

gezien het witboek van de Commissie uit 2011 getiteld „Stappenplan voor een interne Europese vervoersruimte — werken aan een concurrerend en zuinig vervoerssysteem” (COM(2011)0144),

gezien zijn resolutie van 15 december 2011 over het „Stappenplan voor een interne Europese vervoersruimte — werken aan een concurrerend en zuinig vervoerssysteem” (4),

gezien het werkdocument van de diensten van de Commissie over een stappenplan voor de totstandbrenging van EU-brede multimodale reisinformatie-, reisplannings- en ticketingdiensten (SWD(2014)0194),

gezien het Actieplan stedelijke mobiliteit (COM(2009)0490),

gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité,

gezien het advies van het Comité van de Regio's,

gezien artikel 52 van zijn Reglement,

gezien het verslag van de Commissie vervoer en toerisme (A8-0183/2015),

A.

overwegende dat doelstelling 22 van het witboek van 2011 (5), namelijk het creëren van randvoorwaarden voor naadloos multimodaal reizen van deur tot deur met behulp van intelligente systemen voor interoperabele en multimodale dienstregelingen, informatiediensten, onlineboeking en intelligente ticketing, nog niet is bereikt;

B.

overwegende dat de meeste reizigers nog steeds de voorkeur geven aan individueel vervoer en overwegende dat de invoering van EU-brede reisplanningsdiensten op zichzelf niet zal volstaan om tot een betere integratie van de verschillende soorten vervoer te komen en dat elk afzonderlijk type vervoer daarom zijn efficiency, duurzaamheid en gebruikersvriendelijkheid moet zien te verbeteren, en dat o.m. de goedkeuring van het vierde spoorwegpakket — in die zin dat dit pakket voorziet in gelijke toegang tot infrastructuur ook voor kleinere exploitanten, kmo's en startende ondernemers — , de goedkeuring van de verordening over passagiersrechten in de luchtvaart en van een Europese strategie voor de waterwegen, alsmede de uitvoering van de prioritaire projecten van het TEN-T en het gemeenschappelijk Europees luchtruim hiertoe in grote mate bijdragen;

C.

overwegende dat hoewel de Commissie „geïntegreerde ticketing” definieert als een combinatie van verschillende vervoerswijzen in één enkel ticket, deze definitie niet door alle bedrijven wordt aanvaard en dat sommige dienstverleners alleen interoperabele tickets willen verstrekken, hetgeen verdere ontwikkelingen in de sector in de weg staat;

1.

stelt vast dat EU-brede multimodale reisinformatie en een grensoverschrijdende, geïntegreerde benadering van reisplannings- en ticketingdiensten, in het bijzonder voor lange afstanden, een antwoord vormen op de aanzienlijke uitdagingen waarvoor het vervoer in Europa zich gesteld ziet, zoals duurzaamheid, multimodaliteit, grotere veiligheid bij alle vervoerswijzen, efficiency en rentabiliteit, het scheppen van kwaliteitsbanen en arbeidsmobiliteit, en dat zij daardoor niet alleen voordelen meebrengen voor de samenleving en de economie, maar ook voor het milieu, de sociale cohesie en het toerisme;

2.

benadrukt dat EU-brede multimodale geïntegreerde diensten voor reisinformatie, reisplanning en ticketing Europese ondernemingen, met name kmo's en starters, kansen bieden voor innovatie en daarmee een belangrijke bijdrage leveren aan een wereldwijd concurrerende Europese interne markt en de voltooiing van een interne Europese vervoersruimte;

3.

benadrukt dat EU-brede mobiliteit van burgers de basisvoorwaarde vormt voor het benutten van de fundamentele vrijheden en dat consumenten dan ook uitvoerige, correcte en neutrale informatie moeten kunnen krijgen over dienstregelingen en verbindingen betreffende multimodale en grensoverschrijdende vervoersverbindingen voor naadloos, gemakkelijk en comfortabel reizen van deur tot deur, en dat zij een en ander online moeten kunnen boeken en betalen; verwelkomt stimulansen om reizigers aan te moedigen meerdere beschikbare vervoerswijzen te combineren; merkt op dat in de meeste lidstaten nog steeds de mogelijkheid ontbreekt om tickets voor nationale en grensoverschrijdende reizen binnen de EU aan te kopen via internet of een mobiele toepassing; is van mening dat geografische blokkades niet zouden mogen worden toegestaan;

4.

onderstreept dat het voor gebruikers belangrijk is om voor één enkele multimodale reis één enkel ticket te kunnen verkrijgen en beschouwt het bieden van eerlijke en gelijke toegang tot multimodale reis- en vervoersgegevens, en daarmee het beschikbaar stellen van volledige, gemakkelijk toegankelijke, neutrale en betrouwbare informatie in real-time voor reizigers als een voorwaarde voor geïntegreerde ticketingsystemen en benadrukt dat daarop gerichte maatregelen vooral billijk zijn als zij gepaard gaan met internalisering van de externe kosten van alle vervoerswijzen en informatie over de milieuprestaties van de verschillende vervoerswijzen;

5.

merkt op dat consumenten te allen tijde over transparante prijsinformatie moeten beschikken; wijst er daarom op dat reserverings- en betalingssystemen de totale prijs van het ticket voor een geselecteerde reis duidelijk moeten aangeven, met inbegrip van verplichte elementen zoals belastingen en kosten; benadrukt het belang van innoverende IT-platforms die de reserverings- of transactiekosten drukken en onderstreept dat het belangrijk is om verschillende betaalmogelijkheden voor de aankoop van reistickets aan te bieden; verzoekt de EU en de lidstaten om meer te doen om toeslagen voor het gebruik van creditcards of andere redelijke betalingswijzen voor openbare vervoersdiensten te beperken;

6.

benadrukt dat de incompatibiliteit en het gebrek aan consistentie tussen gegevenslagen, en de diversiteit en de ontbrekende interoperabiliteit van gegevensformats en protocollen voor uitwisseling van gegevens de aanwezigheid van geïntegreerde multimodale diensten voor reisinformatie, reisplanning en ticketing in de EU belemmeren en extra kosten veroorzaken; verzoekt de Commissie ervoor te zorgen dat de regelgeving gelijke tred houdt met de snelle ontwikkelingen in de vervoerssector en geen onnodige belasting veroorzaakt;

7.

is ingenomen met het streven van de overheid en de particuliere sector om reisplanningsdiensten tezamen met de vereiste open standaarden en interfaces in het leven te roepen, maar wijst erop dat deze diensten vaak slechts voor bepaalde regio's of landen gelden en zelden multimodaal zijn; roept dan ook als eerste stap de verleners van vervoers- en van reisplanningsdiensten op om voort te bouwen op bestaande synergiën en zich meer te richten op het beschikbaar stellen — met speciale aandacht voor de taal (met name minderheidstalen) waarin deze diensten worden aangeboden — van multimodale, grensoverschrijdende reisplanningsdiensten met overeenkomstige ticketvormen die vervoer over lange en over korte afstand koppelen, met inbegrip van de eerste en de laatste meters, bijvoorbeeld door de verschillende systemen te verbeteren zodat ze interoperabel zijn en met elkaar kunnen communiceren; verzoekt de Commissie om de TEN-T-corridors te gebruiken als proefproject om passagiersstromen en het potentieel voor multimodale diensten voor reisinformatie, reisplanning en ticketing te identificeren;

8.

verzoekt de Commissie om goede praktijken van op lokaal, regionaal of nationaal niveau uitgevoerde projecten te verzamelen, met het oog op de implementatie van deze praktijken op Europees niveau;

9.

benadrukt dat het kopen van tickets eenvoudig en gemakkelijk is dankzij multimodale geïntegreerde ticketsystemen en dat het openbaar vervoer hierdoor meer passagiers trekt die in toenemende mate tevreden zijn, hetgeen de openbaarvervoersbedrijven weer voordelen oplevert;

10.

roept de Commissie op wat multimodale geïntegreerde ticketdiensten betreft de nodige maatregelen te nemen om een duidelijk kader te bepalen dat de inspanningen die de belanghebbenden en bevoegde autoriteiten zich getroosten, alsmede de reeds aanwezige afspraken en de innoverende aard van de aangeboden producten bevordert en vergemakkelijkt, en dringt erop aan dat, indien er tot 2020 geen wezenlijke vooruitgang bij de totstandbrenging van geïntegreerde interoperabele, multimodale grensoverschrijdende ticketingsystemen is geboekt, de Commissie op basis van hetgeen er al wel is bereikt en de reeds ingevoerde vrijwillige initiatieven wetgeving ontwikkelt door minimumregels en een tijdschema in te voeren;

11.

wijst op de actieve rol en verantwoordelijkheid van lokale en regionale autoriteiten wat betreft de eerste en de laatste meters van de reis; acht het daarom van essentieel belang dat zij betrokken worden bij zowel de tenuitvoerlegging van individuele maatregelen en het toezicht op de werking ervan als bij het waarborgen van de doeltreffende werking van het systeem als geheel; roept de bevoegde autoriteiten in de lidstaten, rekening houdend met bovenstaande punten, op

tot uiterlijk 2020, in nauwe samenwerking met de vertegenwoordigers van de vervoerssector, nationale geactualiseerde informatiesystemen voor dienstregelingen en prijzen in te voeren die zijn gebaseerd op open interfaces en die de reisgegevens voor regionaal en lokaal openbaar vervoer dat door particuliere en overheidsbedrijven wordt uitgevoerd, met elkaar verbinden, en deze systemen regelmatig te blijven bijwerken,

ervoor te zorgen dat alle vervoermiddelen in het stads- en streekvervoer tot uiterlijk 2020 voorzien zijn van intelligente systemen voor het verstrekken van realtime-informatie over de locatie van het voertuig en dat dit als voorwaarde in de aanbestedingen wordt opgenomen,

tot uiterlijk 2024 te zorgen voor grensoverschrijdende koppeling van de nationale informatiesystemen voor dienstregelingen en prijzen met realtime-informatie over dienstregelingen van het stads- en streekvervoer op basis van open interfaces, alsmede voor grensoverschrijdende netwerken en toegang voor exploitanten, aanbieders van reisplanning en consumenten;

12.

deelt de opvatting van de Commissie dat billijke, open en gelijke toegang van alle verleners van informatie-, reisplannings- en boekingsdiensten, met inbegrip van kmo's en starters, tot volledige multimodale realtime-gegevens over vervoer en reizen een voorwaarde is om EU-brede multimodale informatie-, plannings- en ticketingdiensten voor reizen tot stand te brengen, en roept de Commissie op met een voorstel te komen dat dienstverleners verplicht tegen billijke en gelijke voorwaarden alle gegevens beschikbaar te stellen die nodig zijn om bredere diensten aan te bieden en reizigers een werkelijke en toegankelijke keuze te bieden tussen de duurzaamste, goedkoopste of snelste verbindingen, zonder de commerciële belangen van de betrokken dienstverleners aan te tasten;

13.

onderstreept dat het, in overeenstemming met het mededingingsbeleid van de EU, de taak van de Commissie is om na te gaan of het risico aanwezig is dat er een informatiemonopolie ontstaat bij multimodale aanbieders van informatie en tickets, en hiertegen zo nodig stappen te ondernemen; voegt hieraan toe dat de Commissie er eveneens op moet toezien dat het deel dat bedoeld is als vergoeding voor de elektronische ticketingdienst niet buitensporig hoog wordt voor de ondernemingen die passagiers vervoeren;

14.

stelt voor een dialoogplatform te ontwikkelen waaraan alle vertegenwoordigers van de vervoerssector en de bevoegde autoriteiten op plaatselijke, regionaal, nationaal en Europees niveau deelnemen en waar praktische oplossingen worden ontworpen voor de stapsgewijze invoering van EU-brede interoperabele elektronische ticketsystemen die rekening houden met de hele reiscyclus van planning tot aankoop van tickets, alsmede voor het vraagstuk van de evenredige verdeling van de inkomsten uit ticketverkoop en de verdeling van de lasten bij geschillen tussen de partijen bij overeenkomsten; is van mening dat de ontwikkeling van deze oplossingen door de markt gestuurd moet worden, zonder dat exploitanten en passagiers met buitensporige kosten worden opgezadeld; verzoekt de Commissie om door middel van EU-medefinanciering synergiën tussen trans-Europese telecommunicatie- en vervoersnetwerken op dit gebied nadrukkelijk te bevorderen;

15.

wijst erop dat de Europese passagiersrechten beperkt zijn, aangezien ze afzonderlijk van toepassing zijn op elke individuele vervoersovereenkomst, maar dat bij reizen met grensoverschrijdende trajecten of multimodaal vervoer de passagiersrechten niet op de gebruikelijke wijze gegarandeerd kunnen worden, en dringt er dan ook bij de Commissie op aan in te gaan op de door het Parlement in zijn resolutie over het stappenplan van 2011 (6) uitgesproken wens betreffende een handvest voor passagiersrechten voor alle soorten vervoer door uiterlijk eind 2017 een voorstel voor een dergelijk handvest in te dienen dat een afzonderlijk hoofdstuk over multimodaal reizen omvat — met duidelijke en transparante bescherming van passagiersrechten in de multimodale context — en dat rekening houdt met het aspect van geïntegreerde multimodale ticketing;

16.

onderstreept dat toegankelijkheid van vervoer voor iedereen, en met name kwetsbare personen, van essentieel belang is voor de maatschappelijke mobiliteit en met het oog op de demografische veranderingen in Europa en dringt erop aan om veel meer rekening te houden met de behoeften van personen met een handicap en/of beperkte mobiliteit en met de bijzondere behoeften van ouderen wat betreft toegang tot reisinformatie vóór en tijdens de reis, ticketopties en boekings- en betalingssystemen, met inbegrip van de mogelijkheid om ruimte voor rolstoelen te reserveren; is ingenomen met het stappenplan van de Commissie voor een Europese toegankelijkheidswet en het potentieel voor wetgevende maatregelen om de economische en sociale hindernissen waarmee personen met een handicap te kampen hebben, weg te nemen; dringt er bij de Commissie op aan om hindernissen voor vervoer aan te pakken in het kader van haar inspanningen om de toegankelijkheid te verbeteren;

17.

onderstreept dat het belangrijk is om uiteenlopende prijsmodellen en betalingsmogelijkheden (vergoedingen, kortingen enz.) te handhaven teneinde ervoor te zorgen dat bepaalde bevolkingsgroepen (werklozen, gepensioneerden, studenten, grote gezinnen, personen met een gering inkomen en andere benadeelde sociale groepen) kunnen profiteren van multimodale ticketingsystemen in de EU;

18.

merkt op dat informatiesystemen voor multimodaal vervoer gebruiksvriendelijk moeten zijn en dus moeten worden aangevuld met kaarten en geografische gegevens;

19.

dringt erop aan dat de actoren ook in de toekomst bij het zoeken naar innoverende oplossingen ondersteund worden en dat de desbetreffende financieringsmogelijkheden, zoals het Shift2Rail-innovatieprogramma 4 in het kader van het programma Horizon 2020 en de faciliteit Connecting Europe, alsook de structuurfondsen, niet alleen gehandhaafd maar ook uitgebreid worden; dringt er bij de Europese Investeringsbank op aan om in dit verband gepast gebruik te maken van het Europees Fonds voor strategische investeringen;

20.

verzoekt de Commissie een eenvoudig toegankelijke lijst met een regelmatige evaluatie van door de EU medegefinancierde projecten op het gebied van „intermodale geïntegreerde ticketing” te publiceren;

21.

wijst op de onmisbare rol van het wereldwijde satellietnavigatiesysteem (GNSS) en met name het Europese satellietnavigatiesysteem Galileo voor het verzamelen van dynamische gegevens, waarmee reizigers zowel vóór als tijdens hun reis kunnen worden ingelicht over eventuele storingen en alternatieve verbindingen; wijst erop dat de voordelen van satellietsystemen te allen tijde gepaard moeten gaan met toereikende bepalingen betreffende gegevensbescherming;

22.

wijst erop dat de verkeerscongestie en de luchtvervuiling in stedelijke gebieden moeten worden verminderd en dringt erop aan stimulansen te ontwikkelen voor het kiezen van duurzame vervoerswijzen in heel Europa, door informatie over verschillende mobiliteitsdiensten, zoals carsharing, carpoolen, park-and-ridesystemen, fietsverhuur, fietspaden en voetgangerswegen in de diensten voor reisinformatie en -planning op te nemen;

23.

is ingenomen met de toenemende beschikbaarheid van geïntegreerde elektronische ticketingsystemen in steden en andere stedelijke gebieden, zoals inclusieve digitale „smartcard”-technologieën die voor alle verschillende vervoerswijzen en voor grensoverschrijdend vervoer kunnen worden gebruikt, maar benadrukt dat technische oplossingen aan de markt moeten worden overgelaten en niet op Europees niveau moeten worden opgelegd;

24.

merkt op dat consequent goede netwerkverbindingen een van de voorwaarden vormen voor een passagiersvriendelijk, slim systeem dat in real-time dynamische informatie kan verstrekken over de verkeerssituatie; roept de Commissie daarom op om een prioriteit te maken van het vergemakkelijken, bevorderen en ondersteunen van de brede beschikbaarheid van gratis of goedkope snelle digitale infrastructuren op alle vervoermiddelen en verkeersknooppunten, middels de faciliteit Connecting Europe, Horizon 2020, EFSI en andere relevante financieringsbronnen;

25.

wijst op het belang van gegevensbescherming, dringt erop aan om Richtlijn 95/46/EG te eerbiedigen en roept op tot duidelijke voorwaarden voor gebruik en doorgifte van gegevens, met name persoonsgegevens, die uitsluitend in geanonimiseerde vorm en enkel ten behoeve van intermodale ticketing mogen worden verwerkt en gebruikt; merkt op dat tickets bij voorkeur moeten kunnen worden aangekocht en betaald via mobiele en internettoepassingen zonder dat registratie in het systeem nodig is;

26.

wijst op het belang van reisplanning, toegankelijke multimodale informatie en duidelijke, transparante ticketing, ook via digitale platforms en internet, op de noodzaak om te zorgen voor betere toegang tot het openbaar vervoer voor personen die binnen de EU naar het buitenland reizen alsmede op het belang van stimulansen voor de modernisering van duurzame vervoersdiensten, daar dit het hele proces van reisplanning zal vergemakkelijken en daardoor toeristen uit de EU en daarbuiten zal aantrekken; wijst voorts op de potentiële positieve effecten van geïntegreerde ticketing in de zin van betere verbindingen tussen alle regio's, en in het bijzonder meer afgelegen gebieden, zoals de ultraperifere gebieden;

27.

wijst erop dat de meer dan honderd multimodale reisplanners die reeds beschikbaar zijn in steden, regio's en op nationaal niveau in de EU meer en beter moeten worden gepromoot en in de kijker gezet en roept tevens op tot inspanningen om de interconnectie tussen deze diensten te bevorderen;

28.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


(1)  PB L 207 van 6.8.2010, blz. 1.

(2)  PB L 123 van 12.5.2011, blz. 11.

(3)  PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31.

(4)  PB C 168 E van 14.6.2013, blz. 72.

(5)  „Stappenplan voor een interne Europese vervoersruimte — werken aan een concurrerend en zuinig vervoerssysteem” (COM(2011)0144)

(6)  Resolutie van het Europees Parlement van 15 december 2011 over het „Stappenplan voor een interne Europese vervoersruimte — werken aan een concurrerend en zuinig vervoerssysteem” (PB C 168 E van 14.6.2013, blz. 72).


Top